Vertrouwen en zelfvertrouwen als kwaliteiten van ontwikkeling en leren
Luc Stevens
Emeritus hoogleraar orthopedagogiek, directeur bij NIVOZ
Geplaatst op 1 juni 2014
Wat vraagt ontwikkeling
De manier waarop we tot nu toe hebben gesproken over ontwikkeling van kinderen, over leren en onderwijzen, over leraar-leerling interacties in de klas en over de paradoxen in de school, biedt bouwstenen voor een hernieuwde discussie over de manier waarop scholen en leraren met kinderen omgaan, voor een hernieuwde discussie over pedagogisch klimaat. Laten we de uitgezette lijnen eens doortrekken.
Dynamisch beeld
Het beeld dat de moderne cognitief-psychologische literatuur van de mens tekent is een dynamisch beeld. Mensen zoeken competenties en doen van meet af aan een appèl op hun omgeving de kansen daarvoor te bieden. Mensen zijn uitgerust voor een actieve interactie met hun omgeving en laten in deze interactie hun wil en vermogen om zich te ontwikkelen blijken.
Proactief karakter
We spraken in dit verband over het proactieve karakter van ontwikkeling. Het is dit oorspronkelijke vermogen, het is deze kracht die opvoeders moeten beschermen èn uitdagen, anders stopt ontwikkeling en vervalt een kind tot apathie.
Ouders vatten deze taak meestal adequaat op of beter gezegd, leren snel er adequaat mee om te gaan als ze kinderen krijgen. De literatuur over de heel vroege ontwikkeling van gehechtheid van kind en opvoeders biedt een interessant inzicht in dit proces, dat men vereenvoudigd als volgt kan weergeven.
Wederzijdse responsiviteit
Kinderen wenden zich van begin af aan actief naar hun (sociale) omgeving en geven daarmee blijk van hun behoefte aan contact of beter, interactie met hun omgeving. Ouders proberen zo te reageren dat hun antwoord past bij de kennelijke behoefte van hun kind. Ouders proberen sensitief te worden voor de behoeften van hun kind zodat dit zich welbevindt, tevreden is.
Competent voelen
Past het antwoord van de ouders, dan kan het kind zich competent voelen. Het heeft bereikt wat het graag 'wilde'. Reacties van tevredenheid of welbevinden of nieuwe pogingen tot interactie van het kind kunnen bij de ouders een gevoel van competentie oproepen. Het lukt hen een tevreden kind te 'krijgen' en een kind dat op hen gericht is: bevestiging van competent ouderschap.
Aldus bevestigen kind en ouders elkaar in een proces dat beschreven wordt als wederzijdse responsiviteit. Meer precies en aansluitend bij wat we eerder bespraken als 'hoge verwachtingen' bevordert deze wederzijdse responsiviteit de ontwikkeling van wederzijdse verwachtingen en verwachtingen ten aanzien van jezelf, als kind en als ouder.
Vertrouwen en veiligheid
Als het lukt te bereiken wat je wil bereiken, doet dit de verwachting ontstaan dat het de volgende keer opnieuw lukken zal: vertrouwen in de beschikbaarheid van de ander en vertrouwen in jezelf, vertrouwen en zelfvertrouwen, de twee benen van een mens om op te staan, zoals de Nijmeegse psychologe Marianne Riksen-Walraven het uitdrukt. Hiermee is nader gepreciseerd wat in de pedagogische literatuur 'veiligheid' wordt genoemd. Niet alleen overigens veiligheid voor het kind, maar ook ervaring van veiligheid voor de ouders.
Overweging
Ga voor jezelf eens na hoe wederzijds responsief de communicatie is met leerlingen in je klas die je graag mag.
Het zelf-ander onderscheid
Simultaan aan deze ontwikkeling gaat de ontwikkeling van het zo wezenlijke zelf-ander onderscheid, de ontwikkeling van de autonomie van het kind.
De groeiende ervaring van het zelf-ander onderscheid is van het kind uit gezien mogelijk op basis van vertrouwen in eigen kunnen en vertrouwen in de beschikbaarheid van de ander, de ouder, ook als deze niet aanwezig is. Van de ouders uit gezien is vertrouwen in de ontwikkeling van hun kind noodzakelijk, willen zij afstand kunnen nemen. Ouders laten hun kinderen los.
Dubbele cyclische relatie
Dit vertrouwen in hun kind is weer gebaseerd op zelfvertrouwen van ouders, dat deels weer wordt gevoed door de kennelijke competenties van hun kind (indien deze niet vanzelfsprekend verschijnen, bijvoorbeeld in geval van zwakzinnigheid) kan dit zelfvertrouwen van ouders zwaar op de proef worden gesteld). De basis van een groeiend zelf-ander onderscheid wordt aldus gevormd door een dubbele cyclische relatie van vertrouwen en zelfvertrouwen.
Vertrouwen en zelfvertrouwen
Vertrouwen in de ander en zelfvertrouwen van het kind en vertrouwen in de ander en zelfvertrouwen van de ouder veronderstellen elkaar. De ouders voeden het vertrouwen van het kind en ontlenen aan het ontstane vertrouwen van het kind zelfvertrouwen en andersom.
Overigens houdt dit niet in dat hun relatie op alle niveau's symmetrisch is, dit wil zeggen ontwikkelingspsychologisch en pedagogisch kunnen hun posities en verantwoordelijkheden verschillend zijn.
Veilige gehechtheid
Op basis van een veilige gehechtheidsrelatie die aldus kan ontstaan, is het kind in staat tot effectieve exploratie van zijn wereld, die tot nieuwe competenties voert. Dit brengt ons bij de verwevenheid van het emotionele en het cognitieve leven.
Overweging
Een goed begrip van het zelf-ander onderscheid en van de ontwikkeling ervan is niet eenvoudig. Wel zal duidelijk zijn hoe belangrijk het is om kinderen niet afhankelijk van je te maken. Zoals we bij het bespreken van de drie motivationele basisbehoeften hebben gezien is dit voor leraren gemakkelijker gezegd, dan gedaan.
Anderzijds weten we ook hoe groot belang leraren hechten aan zelfstandigheid van leerlingen. Maar in hoeverre is dit meer ingegeven door de organisatorisch belasting van leraren in de klas, dan door begrip van de noodzaak dat kinderen het zelf moeten leren doen, autonome mensen moeten worden?
Emotie en cognitie gaan altijd samen
Leraren hebben in hun opleiding het begrip exploratie leren kennen tijdens hun lessen ontwikkelingspsychologie. Het begrip wordt in de leerboeken gebruikt om de onderzoeksdrang en de onderzoeksactiviteiten van het jonge kind aan te duiden. Het begrip heeft een brede betekenis en verwijst naar wat we het pro-actieve karakter van ontwikkeling noemden.
Intentioneel leren
De mens is uit op kennis en vaardigheden, wil leren. Later, in school, laat men dit leren niet meer alleen aan de spontaneïteit van het kind over, maar wordt het kind gevraagd doelgericht of intentioneel te leren. Iets anders dan exploratie wordt leren daarmee echter niet en de basisvoorwaarde voor een succesvol verloop hiervan verandert ook niet, namelijk de zin of de motivatie. En hierop kan men rekenen als er van voldoende zelfvertrouwen, van vertrouwen in eigen competenties en van vertrouwen in anderen sprake is.
Dit (zelf)vertrouwen heeft zich, zoals we al eerder zagen, ontwikkeld vanuit de wederzijdse responsiviteit tussen kind en opvoeders, waarin geleidelijk meer ruimte ontstaat de dingen alléén te doen en te ervaren dat je het ook alleen kàn.
Competentiebeleving
Exploratie of leren vraagt derhalve niet alleen een goede omgeving, goede instructie en materialen bijvoorbeeld en voldoende tijd, het vraagt van de leerling ook de ervaring dat hij het aankan. Dit vind zijn oorsprong in een veilige gehechtheidsrelatie die het kind tevens de gelegenheid bood zichzelf als zelfstandig individu te onderscheiden.
Men kan de ervaring van vertrouwen en zelfvertrouwen terugvoeren op de ervaring van beschikbaarheid (om te ondersteunen) van anderen. Je kan en je durft het alleen omdat je 'weet' dat belangrijke anderen (ouders, leraren) er zijn en dat je op hen kan rekenen.
Leren met zelfvertrouwen
Concluderend zouden we willen formuleren: de kwaliteit van ontwikkeling en leren wordt door (zelf)vertrouwen als emotionele grondervaring mede bepaald. Leren zonder (zelf)vertrouwen mist motivationele kracht en dooft vanzelf uit (aandacht en concentratie verdwijnen). Leren met (zelf)vertrouwen drijft zichzelf aan en bevestigt zichzelf met zijn resultaten.
Het proces van ontwikkeling van een veilige gehechtheidsrelatie en een daarop gebaseerde effectieve exploratie verloopt uiteraard niet zo schematisch als hier geschetst. Het is complex, gaat met vallen en opstaan van kinderen en ouders.
Emotionele verwaarlozing
Voor sommige kinderen verloopt het niet voorspoedig, zij worden geconfronteerd met inconsequent of onvoorspelbaar gedrag van hun opvoeders of treffen opvoeders die geen relatie kunnen aanbieden. In beide gevallen vinden de kinderen geen zekerheden. In het laatste geval spreken we van emotionele verwaarlozing. Leven wordt hier overleven, exploratie wordt hier exploitatie van de omgeving, bekend uit het onderwijs aan zeer moeilijk opvoedbare kinderen.
Aan deze kinderen valt anderzijds het duidelijkst te observeren hoe nauw cognitie en emotie verbonden zijn, hoezeer de kwaliteit van ontwikkeling en leren, met andere woorden exploratie, bepaald wordt door de relationele of emotionele geschiedenis van een kind en de emotionele kwaliteit van de actuele situatie waarin het verkeert.
Sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling zijn inclusief
Tegen deze achtergrond krijgen we een andere kijk op wat in de school gebruikelijk onder sociaal-emotionele ontwikkeling wordt verstaan. Scholen vragen regelmatig om meer aandacht voor dit aspect van de ontwikkeling en zoeken ideeën en programma's. Scholen en individuele leraren verwijzen dan meestal naar de gedrags-, aandachts- en motivatieproblemen van hun leerlingen. Zij zijn bovendien van mening dat dit soort problemen toeneemt in tal en ernst.
In deze discussie wordt de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen echter losgemaakt van de cognitieve ontwikkeling. De veronderstelling hierbij is dat leren in school tot stand komt op basis van het didactische proces. Dit wordt verstoord door gedrags-, aandachts- en motivatieproblemen, oorzaken van buiten.
Gedrags-, aandachts- en motivatieproblemen zijn echter eerder onderdeel van het didactisch proces en als zodanig een opgave voor de leraar. Het is in beginsel niet logisch om te veronderstellen, dat lastig of onaangepast gedrag van leerlingen niets met het onderwijs te maken heeft.
Denk bijvoorbeeld aan de verwachtingen van leraren en leerlingen naar elkaar en hun betekenis voor de motivatie (kwaliteit van leren en ontwikkeling) van de leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling en cognitieve ontwikkeling kunnen niet los van elkaar gezien worden, ze bepalen elkaars kwaliteit.
De sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen is per definitie op elk moment van het onderwijs aan de orde, zoals ook het omgekeerde het geval is. De nog wel eens gehoorde uitspraak dat de school er is "om te leren" (lezen, schrijven, enz.) is dan ook een discussiestopper en getuigt van weinig inzicht in wat daar feitelijk gebeurt.
We zullen de inclusiviteit van sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling in een volgend artikel uitwerken in een nadere beschouwing van het begrip pedagogisch klimaat.
Overweging
In onze verlegenheid om een goede definitie te vinden voor de sociaal-emotionele problemen in onze scholen zoeken wij naar programma's die dit beloven te ontwikkelen. Kunnen wij in school niet meer opvoeden?
Deze artikelenserie is een geredigeerde en geactualiseerde versie van de brochure 'Over denken en doen'.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Gerelateerd
Congres
Meisjes met ADHD
Herkennen en begeleiden van meisjes met ADHD
Medilex Onderwijs
Medilex Onderwijs
Webinar
Roos van Leary in de klas
Gratis webinar met Niels de Jong
Wij-leren.nl Academie
Wij-leren.nl Academie
Overdenken en doen - Een pedagogische bijdrage aan adaptief onderwijs.
Luc Stevens
Een denkpauze en de moeite met verandering.
Luc Stevens
Roos van Leary - uitleg - test - gebruik.
Arja Kerpel
De betekenis van leraren en leerlingen voor elkaar.
Luc Stevens
Werken met de Roos van Leary - boek over communicatie in het team.
Arja Kerpel
Over ontwikkeling van kinderen.
Luc Stevens
Over leren en onderwijzen.
Luc Stevens
Paradoxen of ongerijmdheden rond ontwikkeling en leren.
Luc Stevens
Het intern werkmodel of het denken van de leraar.
Luc Stevens
Geef de leerkracht zijn vak terug!.
Luc Stevens
Ontwikkeling van het intern werkmodel van de leerling.
Luc Stevens
Pedagogisch (basis) klimaat.
Luc Stevens
Leraar die zichzelf ontwikkelt: professionalisering onderwijs.
Luc Stevens
Ook hersenen hebben een bankrekening.
Ivo Mijland
Hoe een talentenscan leerlingen intrinsiek motiveert
Nadine van der Hart
Jeugdervaringen beïnvloeden hele leven
redactie
Het kind is eigenaar van zijn ontwikkeling en is daarvoor competent
Luc Stevens
Pedagogisch contact- verbondenheid door aanraking
Simone Mark
Pedagogische tact - Het pedagogisch antwoord op ontkoppelingen
Marcel van Herpen
Goed zo! is onvoldoende - over didactisch coachen - deel 1
Lia Voerman en Frans Faber
Groeien in de getallenwereld - over belang growth mindset bij rekenen
Dolf Janson
Onderwijs is een wij-woord
Ivo Mijland
Waarom je als leraar trots op je vak zou moeten zijn
Dolf Janson
De puberijsberg en de warme leraar - Jongeren beter begrijpen
Ingrid van Essen
Training, teams en netwerken versterken professioneel vermogen leraar
Annemieke Top
Hoe laat je intrinsieke motivatie groeien?
Dirk van der Wulp
De Leerlingluisteraar is harthorend
Harry van de Pol
Een neurobiologisch perspectief op hechtingsproblematiek
Henk Galenkamp
Iedereen kan muzikant zijn
Vera Meewis
Componeren in de klas
Vera Meewis
De leerhouding als basis voor succes op school
Jos Cöp
De betekenis van de positieve psychologie voor het onderwijs
Peter Ruit
Talenten herkennen en ontwikkelen: een hele uitdaging!
Nadine van der Hart
Zelfaanvaarding - Bouwstenen voor individueel geluk
Hilde van Rossen
Groeien in zelfaanvaarding, 13 concrete adviezen
Hilde van Rossen
Wat zijn cognitieve functies? -1-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 1 -3-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 2 -4-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 1 -3-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 1 -3-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 2 -4-
Emiel van Doorn
Uitwerking van de cognitieve functies-deel 2 -4-
Emiel van Doorn
Juffen zijn toffer dan meesters
Marianne Hogenhout
De leeruitdaging - James Nottingham
Machiel Karels
Pittige pubers - Opvoeden van je puber met ADHD of autisme
Marleen Legemaat
Pubermania - Inspirerend opvoeden
Helèn de Jong
Wij, de leraar - Elk kind heeft een pedagogisch netwerk nodig
Arja Kerpel
Het lukt toch niet... Effectieve strategieën tegen negatief denken
Arja Kerpel
The Essential Schools in de VS - scholen die je leren wie je bent
Machiel Karels
Mindset, de weg naar een succesvol leven - Carol S. Dweck
Arja Kerpel
Roos van Leary - interactiekunde voor professionals
redactie
Gevormd of vervormd? Een pleidooi voor ander onderwijs
Machiel Karels
Gevormd of vervormd? Een pleidooi voor ander onderwijs
Machiel Karels
De leeruitdaging voor jonge kinderen - Diep leren
Bertine van den Oever
Werk voor de reünie
Marieke Stomphorst
Het recht er iets van te maken Jouw rol en positie in een systeem
Elena Carmona van Loon
Denken, dromen, kijken en doen
Bas ter Avest
21st century skills: terug naar de leraar als pedagoog
Hans van Rijn
Didactiek en pedagogiek hebben elkaar nodig
Machiel Karels
Hoe wordt de mens gevormd door zijn tribe? Tjipcast 035
redactie
Mindset in een video van één minuut uitgelegd
redactie
Hoeveel eigenaarschap kunnen professionals aan? Tjipcast 0012
redactie
Roos van Leary in een video van één minuut uitgelegd
redactie
[extra-breed-algemeen-kolom2]
16 fixed mindset
18 growth mindset
82 mindset
54 ontdekkend leren
29 positieve psychologie
6 responsiviteit
79 roos van leary
25 schaduwonderwijs
80 verantwoordelijkheid
42 zelfbeeld
55 zelfbeoordeling
18 growth mindset
82 mindset
54 ontdekkend leren
29 positieve psychologie
6 responsiviteit
79 roos van leary
25 schaduwonderwijs
80 verantwoordelijkheid
42 zelfbeeld
55 zelfbeoordeling
Team Toppers - Leer je talenten kennen met de teamrollen van Belbin
Arja Kerpel
Complimentenspel - PCM
Korstiaan Karels
Ik en mijn gevoelens - Voel je je blij, boos, bang of bedroefd?
Annemarie Brouwer
Werkboek Lef - Mindset bij tieners
Arja Kerpel
Mindset Gesprekskaarten - Werk samen aan een groeimindset!
Arja Kerpel
Mindset Gesprekskaarten - Werk samen aan een groeimindset!
Arja Kerpel
Werkboek Mindset - Samen werken aan een groeimindset
Elly Bonestroo
De Intenso-lijn - Praktisch aan de slag met de theorie van Dabrowski
Arja Kerpel