Kennisplatform
Alles over executieve functies: Leermodules van Emiel van Doorn.

Geef de leerkracht zijn vak terug!

Luc Stevens
Emeritus hoogleraar orthopedagogiek, directeur bij NIVOZ 

Stevens, L. (2014). Geef de leerkracht zijn vak terug!.
Geraadpleegd op 15-10-2024,
van https://wij-leren.nl/luc-stevens-leerkracht-onderwijs.php
Geplaatst op 1 juni 2014
Verantwoordelijkheid nemen

In dit artikel wordt ingegaan op enkele afleidingen en destructieve bewegingen in het onderwijs. Tegelijkertijd wordt aangegeven hoe het onderwijs zich weer op de juiste zaken kan richten.

Dit artikel is een vrijwel letterlijke weergave van de lezing die Luc Stevens hield op de onderwijsdag in Almere, oktober 2013. De verslaglegging is verzorgd door Machiel Karels.

Het waarom van het onderwijs

Bij onderwijzen en opvoeden gaat het om de vraag naar het waarom. We zijn echter al veel te lang afgeleid van de vraag naar het waarom van ons onderwijs. Hiervoor zijn twee belangrijke oorzaken aan te wijzen. De eerste factor van afleiding is de nieuwe orthodoxie van het toetsen en testen. De tweede factor is het gegeven dat het vak van de leraar in het gedrang is gekomen.

Wanneer we terug willen naar het waarom van het onderwijzen, gaat het om de vraag naar legitimatie. En wil de leerkracht zijn vak terug krijgen, dan gaat het om verantwoordelijkheid nemen voor professionalisering en samenwerking.

De nieuwe orthodoxie: onderwijzen voor het toetsen

We zijn in het onderwijs teveel bezet door de vragen naar het wat en hoe. De wat-vraag is door de overheid al volledig ingevuld: toetsen. Het onderwijzen voor de test heeft een hoge vlucht genomen. Maar een goede leraar onttrekt zich aan teaching to the test.
Je merkt het ook in het hoger onderwijs. Bij de start van een nieuw cursusjaar vragen studenten meteen naar het tentamen. Wat daarin gevraagd wordt, moet geleerd worden.

We zijn afgeleid door deze nieuwe orthodoxie. De vooronderstelling hierbij is: hoe meer we meten, hoe meer we het proces onder controle kunnen krijgen. We zijn in de ban van de psychometrie in het onderwijs.

"We zijn in de ban van de psychometrie in het onderwijs"

Een tweede factor van afleiding is: de leraar in het gedrang

De leraar wil zijn werk terugkrijgen. Het vak van de leraar zou gekaapt zijn door de overheid. Het is nog sterker: de leraar MOET zijn werk terug. Wat kan een leerkracht doen om zijn werk weer terug te krijgen? Door er de verantwoordelijkheid voor te nemen.
Leerkrachten, neem de volle verantwoordelijkheid voor je werk. Dat betekent ook dat je verantwoordelijkheid gaat afleggen voor je werk. De resultaten van je leerlingen worden nooit meer zonder jouw aandeel besproken.

Van selectie naar kansen benutten

Als we spreken over onderwijs 2.0, gaan we van selectie naar kans. We bieden kansen. Selectie zie je door het huidige systeem op een natuurlijke manier in de schoolloopbaan ontstaan: kinderen worden steeds verder in niveaus en doelgroepen ingedeeld. Ouders sturen hun kinderen echter nooit naar school om geselecteerd te worden. Ze willen kansen benutten. Dat is tevens een andere invulling van het begrip autonomie.


"Ouders sturen hun kinderen niet naar school om geselecteerd te worden."

Luc Stevens over selectie in het huidige onderwijssysteem

Samenwerken

De toetshysterie heeft ons afgeleid. Vroeger was het vak onderwijs een beroep wat je alleen deed: dat is onderwijs 1.0. Een goede professionaliteit is 2.0: samenwerken met anderen. Verantwoordelijkheid in een school kan je niet alleen dragen. Verantwoordelijkheid draag je als team. Bij een goede school voelt een team als geheel zich verantwoordelijk voor de gedragsproblemen van de leerlingen. Dat wordt door de leerlingen ook zo gevoeld.
Goed begrepen autonomie is: ik doe het zelf, maar ik doe het ook samen met anderen. Samenwerking!

Daarmee komen we bij twee essentiële criteria voor de vakbekwaamheid van een leerkracht: excellentie en samenwerking.

Controlebehoefte en ranking

Het onderwijs is een beetje een arena geworden met controlebehoefte van de overheid en ranking van de maatschappij. De leerlingen en leerkrachten passen daar vervolgens niet in.
Het fundamentele probleem met ranking is dat het product wordt losgekoppeld van het proces!

"Het onderwijs is een beetje een arena geworden met controlebehoefte van de overheid en ranking van de maatschappij."


Tafels uit elkaar en niet samenwerken tijdens de toets is een inbreuk van de psychometrie die je als leraar niet mag toestaan. Je geeft dan zaken uit handen aan de psychometrie. Een neutrale onderzoeker tegenover een 5 jarig kind? Waar blijft dan de vertrouwensrelatie die je als leraar met de leerling hebt?

Diane Ravich, onderzoeker in de VS en secretaris van onderwijs onder Bush, was sterk geporteerd van de nieuwe orthodoxie. Zij is omgedraaid en schreef daar een boek over: “The Death and Life of the Great American School System: How Testing and Choice Are Undermining Education.” Hoe ranking leidt tot corruptie en fraude. In Amerika is er meteen veel geld mee gemoeid, dat kennen wij niet. Bij ons is er in het onderwijs meestal een gebrek aan geld. Het is echter niet het geld wat boeit. Het is de valse vergelijking waar het mis gaat. Het is belangrijk om controle en proces aan elkaar te blijven verbinden.
 

Wij zijn verantwoordelijk voor de goede gang van het onderwijsproces. Die moeten wij niet laten verstoren door onze verlegenheid. Die verantwoordelijkheid moeten we terugnemen.

Schoolconcept en eindtoets

In een schoolconcept wordt aangegeven: hier staat onze school voor. Neem dat in gedachten en vergelijk het met de dagelijkse gesprekken in de lerarenkamer en de zorgen over passend onderwijs: dan zie je een grote discrepantie. Je schoolconcept vertelt niet dat je opleidt voor het eindexamen of de eindtoets. Dan moeten we dat ook niet gaan doen. 


Een school die bovenaan in de ranking wil staan, moet in het schoolconcept zeggen: wij leiden op voor het eindexamen, voor de CITO-toets. Geen leraar heeft gekozen om voor de toets te werken, want dan had hij beter een ander vak kunnen kiezen.
Op school wordt gesproken over de leerling: het unieke van de leerlingen, de verschillen, hun toekomstperspectief. Ze moeten verantwoordelijke keuzes kunnen maken. Dat is waar het om gaat. Er is in het onderwijs een grote gemeenschappelijkheid over dit pedagogische ethos. Maar kunnen wij onze praktijk daar ook dichterbij brengen?

Pedagogisch ideaal

We kunnen ons pedagogische ideaal op twee manieren bereiken: door met de leerlingen te praten en door verantwoording af te leggen aan de leerlingen.

Allereerst bereiken we het pedagogisch ideaal door met de leerling te gaan 'praten'. Wij moeten onze leerlingen opzoeken, als actoren, als degenen die het moeten doen. Dat kun je als leraar niet overnemen. Daar moeten zij een aanleiding voor vinden. Een eindexamen / eindtoets is geen ontwikkelingstaak. Dan moet je dat ook niet zo als leraar benoemen. Het gaat om toewending naar je leerlingen.


De tweede weg is verantwoording afleggen aan de leerlingen, legitimering. Wat je doet, is verantwoord voor de leerling en dat moet je uitleggen. Zo kan de ander in gesprek treden met je daarover. Een zesjarige weet precies te vertellen hoe zijn/haar leerkracht er voor staat. Dit is een opdracht voor onderwijs 2.0: je verantwoordelijkheid met je leerling delen. Biedt ze dan uitdaging en geen geprogrammeerde instructie.

Legitimatie

Bij legitimatie gaat het om de waardigheid van de leraar. Legitimatie houdt veel in: openheid in een team, openheid naar de ouders, bij de klassendeur, met een open schooldeur naar samenleving.


Verantwoordelijkheid afleggen betekent altijd: aan iemand anders. Je doet het samen. Een leraar is met de samenleving aan het werk. De eerste opdracht van een leraar is het potentieel van de leerlingen benutten. Dat is je werkmateriaal. De methode of de toetsen zijn niet je werkmateriaal, dat is je hulpmateriaal. En zo heb je het toch ook bedoeld in je schoolconcept?

Open stellen voor leerlingen

Praten met je leerlingen is metaforisch: leerlingen willen niet dat er zoveel met hen gepraat wordt. Maar het betekent dat je je openstelt voor je leerlingen. Dat je luistert en kijkt naar wat ze bedoelen, wat ze willen. Het gaat om de kwaliteit van de interactie. De behoefte om de competenties te ervaren. Leerlingen ruimte geven en jezelf ook. Leraren ervaren dat ze veel moeten. Ze moeten niet zoveel, leerlingen moeten veel! Het is een andere perceptie!

Onderpresteren

Leerlingen zijn gewend om aangesproken te worden op hun eigen initiatieven. Een van de echte problemen in ons systeem is de permanente onderprestatie! Er kan veel meer! Dat blijkt als je er druk op zet, maar dat is niet de goede manier. Dat zijn kunstgrepen. Niemand van ons weet wat onze jongeren zouden kunnen als wij de omstandigheden zouden veranderen. Opvallend vind iedereen wat kinderen blijken te kunnen – buiten de school.

Kennisproductie in school

De legitimering: kennisproductie in school. Kent een school zichzelf? Waaraan kent een school zichzelf als je het hebt over verantwoording afleggen? We hebben de kwantitatieve gegevens. Maar er is meer. Kinderen hebben kennis over hun leraren, hun school, hun schoolethos. We kijken vrijwel uitsluitend naar de producten. Kinderen moeten thuis kunnen vertellen wat hun school hun waard is. Zij zijn onderdeel van het kennisproductieproces. Laat hen vertellen wat zij weten van dat proces. Wat hebben zij ervaren?


Leerling als kennisproducent! Wij maken van de leerling bijna geen gebruik! Leerling als partner in dat kennisproces. En met elkaar vaststellen: wat is belangrijk, hoe staan we er voor? Leerlingen kunnen je individueel vertellen hoe ze het graag anders zouden willen. Dat gebeurt al wel, maar niet systematisch.
 

Je hoort in de lerarenkamer weinig dat de leerling als steunbron wordt gebruikt. In de lerarenkamer is het heel ontspannen, en dat houden we graag zo. Dat is echter niet oké.
Als je kennis gaat produceren met elkaar als leraren en leerlingen, dan ga je jezelf waardig voelen. Je bent ergens mee bezig, je weet waar je naar toe wilt. Dat is ontwikkeling van professioneel kapitaal. Opbrengsten horen daar natuurlijk bij.

Vertrouwen

Bovenaan deze ontwikkeling staat één woord, in de literatuur en logischerwijze. Dit moeten we met onze collega’s en leerlingen vormgeven. VERTROUWEN! Onderwijs moet een high trust society zijn. Het is nu vaak een low trust onderneming en dat moet veranderen. Dat moeten we niet accepteren.


Nederland is veel gezocht in de internationale kenniseconomie. Maar zijn onze leerlingen er gelukkig mee? We zijn niet afhankelijk van de overheid als het gaat om de inhoud, het schoolethos, het schoolconcept.
 

Passend onderwijs, wie heeft die term verzonnen? De overheid. En iedereen is er bang voor. De leraar is geen hulpbehoevende en dat moet niemand hem maken. We kennen zelf onze sterke en zwakke kanten. We weten wat we waard zijn. En dat kan alleen via de menselijke dimensie. En dat is een dimensie van vertrouwen.

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.