Teaching to the test is een veelgebruikt begrip voor het verschijnsel dat leerkrachten hun onderwijs gaan afstemmen op de toets.
Teaching to the test komt voor op grote schaal en op kleine schaal:
Op grote schaal:
Het hele onderwijscurriculum op deze scholen wordt zo ingericht is dat het focust op het voorbereiden van leerlingen voor een gestandaardiseerde test. Leerkrachten denken dan niet meer na wat ze zelf belangrijk vinden, maar gaan datgene belangrijk vinden wat op de toets wordt gevraagd.
Feitelijk is hier in het Nederlandse onderwijs sprake van door de kwaliteitsmeting die verbonden is met de verplichte Eindtoets Basisonderwijs. Al dan niet bewust, geven scholen extra veel aandacht aan de vakken die middels de Eindtoets Basisonderwijs getoetst worden. Dit heeft een versmalling van het curriculum tot gevolg.
Op kleine schaal:
Deze scholen leggen hun eigen accenten in het onderwijscurriculum, maar als er een toets in zicht komt, oefenen leerkrachten alvast toetsonderdelen met hun leerlingen om een hogere score te halen. Vooral leraren die al meerdere jaren in dezelfde groep werken, kennen de toetsen vrij goed en werken hier al dan niet bewust naar toe.
Manieren van teaching to the test
Teaching to the test gebeurt op verschillende manieren:
- Citotoetsen oefenen, al dan niet met behulp van daarvoor ontwikkelde software. Ook ouders doen dit.
- De toets vooraf inkijken, en bewust of onbewust nog even dingen noemen.
- Tijdens de toets nog hulp geven.
De belangrijkste reden voor teaching to the test is de angst om afgerekend te worden in de media of door de inspectie.
Relatieve metingen
In het kader van teaching to the test is het extra nadelig dat zowel de LVS-toetsen als de Eindtoets zogenaamde 'relatieve metingen' zijn. Dat betekent dat de norm bepaald wordt op basis van de gemiddelde prestaties van de leerlingen. Hoe hoger de leerlingen gezamenlijk scoren, hoe strenger dus de norm wordt. Zie ook 'Van de kat en de bel'.
Laatst geactualiseerd op 16 december 2021