Kennisplatform
Alles over executieve functies: Leermodules van Emiel van Doorn.

Gebruik het ook in je leesonderwijs!

Filipiak, P. (2019). Gebruik het ook in je leesonderwijs!.
Geraadpleegd op 16-10-2024,
van https://wij-leren.nl/cooperatief-leren-leesonderwijs.php
Geplaatst op 19 november 2019
Cooperatief leren in leesonderwijs

Veel scholen werken met ‘Coöperatief leren’ (S .Kagan) en ook met ‘Teach like a Champion’ (D. Lamov). Gebruik hun inzichten ook in beter leesonderwijs: hoe laat je je leerlingen samenwerken bij het (leren) lezen, breng je structuur aan in je leeslessen en voorkom je leesontmoediging?

Communicatief leesonderwijs

Spencer Kagan over zijn coöperatief leren (1):

Het kenmerkende van coöperatief leren is de directe interactie tussen de leerlingen in een groepje voor de uitwisseling van hun gedachten, ideeën en opvattingen. Het gaat om het samenwerken van goede en minder goede leerlingen in tweetallen of kleine groepjes. De kinderen ondersteunen en helpen elkaar en zoeken samen naar oplossingen.

Dit is natuurlijk goed bruikbaar bij het (leren) lezen: coöperatief lezen! Hierna enkele voorbeelden van communicatief leesonderwijs, geïnspireerd op coöperatieve werkvormen.

Tweepraat

De kinderen zitten in hun groepje en krijgen de opdracht om elkaars voorkennis bij het onderwerp van de tekst te bespreken, vervolgens de tekst stil te lezen en daarna aan elkaar te vertellen wat ze wisten en wat ze nog niet wisten.

Tafelrondje

Naar aanleiding van een proefje moeten kinderen weten wat magnetisme is. Wat wordt aangetrokken en wat niet en waarom? De aanwijzingen in de tekst uit het werkboek voor het doen van het proefje, worden gelezen en aan elkaar uitgelegd. Het proefje wordt gedaan, de observaties worden opgeschreven, daarna onderling besproken en tot slot wordt er een verklaring voor magnetisme bedacht. Dit wordt klassikaal besproken.

Hoofden-bij-elkaar

Elk kind in een groepje van vier krijgt een nummer. In het eigen groepje bespreken de kinderen een leesopdracht bij een geschiedenistekst. Gelijke nummers van verschillende groepjes zoeken elkaar op en vertellen aan elkaar het antwoord op de vraag: waarom werd de VOC opgericht? Daarna volgt een klassikale bespreking.

Binnen-buitenkring

Er is een binnen- en buitenring. De korte tekst wordt gelezen. De kinderen fluisteren verbeeldingen bij de tekst en bespreken die. Vervolgens verschuift de binnenkring, wordt er de tekst weer gelezen en worden vragen en antwoorden uitgewisseld door nieuwe tweetallen.

Groepsrollen

Groepjes krijgen de opdracht om een tekst te lezen met opdracht om een zaakvakbegrip te leren. De groepsleden krijgen ieder een rol: de voorkennis-verzamelaar, de tekstlezer, de woorduitlegger, de vragenbedenker en de schrijver. Groepsresultaten worden door de schrijvers voorgelezen en besproken in het groepje of klassikaal.

Leren lezen doe je communicatief.

Leren lezen in een goed pedagogisch en cognitief leerklimaat

Het gaat Doug Lamov (3) om onderwijstechnieken die succesvolle leraren gebruiken voor een goed moreel, sociaal en cognitief leerklimaat. Bij zijn didactische technieken meldt hij ook dat onderwijs niet gemechaniseerd en geprotocolleerd mag worden: een behartenswaardige opmerking voor je leesonderwijs. Gebruik veel afzonderlijke technieken en smeedt die als een ‘onderwijs-kunstenaar’ samen tot een passend en intuïtief gebruik afgestemd op reacties uit je groep.

We geven enkele technieken, geïnspireerd op het werk van Lamov, waarmee je ook je leesonderwijs kunt optimaliseren.

Hoge leesverwachtingen

Volg de leesontwikkeling van je leerlingen door te luisteren naar hun denken bij de tekst. Bespreek vragen bij teksten eerst mondeling zodat je leerlingen die schriftelijk met meer succes kunnen beantwoorden. Gebruik vaak: wat je zegt is goed maar wat weet je nog meer? Zeg het nog eens beter.

Leesresultaten plannen

Geef aan het begin van de les aan wat je leerlingen moeten kunnen of doen met de informatie in de tekst. En zeg wat jij in de leesles gaat doen en wat de leerlingen met de tekst moeten doen. Leg uit wat ze met de tekst moeten doen. Geef een korte uitleg, met alleen instructie als er aandacht is.

Leeslessen structureren

Gebruik de bekende ik-wij-jullie/jij-lesopzet bij het hardopdenkend (leren) lezen van diverse tekstsoorten. Begrijpend lezen is in essentie denkend lezen bij teksten waar de leerlingen voorkennis bij hebben en de meeste woorden al begrijpen. En ze met een begripsvolle leessnelheid van minstens AVI-E4 kunnen lezen. Bedenk een pakkende leesstart bij het onderwerp van de tekst. Sluit de les af met succeservaringen door hen de juiste reactie bij de opdracht of vraag te laten herhalen en stimuleer het actief verder lezen op basis van de inbreng van je leerlingen.

Leescultuur bevorderen

Werk aan geconcentreerde en rustige leesdiscipline en leeshouding bij je leerlingen en controleer de uitvoering van de leesopdracht: doen je leerlingen met de tekst echt wat je vraagt? Ze moeten leren om de gewenste leesactiviteiten ook uit eigen initiatief, geconcentreerd en met betrokkenheid uit te voeren. Zorg er voor dat ze altijd weten wat ze nog meer kunnen doen als ze de tekst hebben gelezen en zorg voor soepele overgangen tussen de lees- presentatie- en schrijfactiviteiten.

Zelfstandig denken bij het lezen

Laat jouw vragen niet het zelfstandig denken van je leerlingen verdringen. Verander niet tussentijds je vraagstelling bij een leesopdracht en stel heldere vragen met eenvoudige vraagzinnen: start je vraag met wie, wanneer, wat, waar, waarom of hoe.

Dergelijke en nog veel andere didactische technieken worden in het boek van Lamov nog verder verfijnd. De CED-Groep bewerkte en vertaalde de technieken naar de Nederlandse situatie, zodat ze bruikbaar zijn in de dagelijkse lespraktijk. Gebruik ze ook in je lees-onderwijs!

Gebruik kampioenstechnieken bij het (leren) lezen.

Leren lezen in je zaakvaklessen

Kies uit onderstaande tips om je leesonderwijs in te passen in je zaakvaklessen. Het voorbeeld volgt de lesstructuur van Naut (biologie), Meander (aardrijkskunde), Brandaan (geschiedenis).

Nieuwsgierigheid opwekken

  • Het lezen van de voorkennistekst bij de foto met de kijkvraag.
  • Voorlezen van tekst met kijkvraag en uitwisselen van ervaringen (voorkennis) over het onderwerp.
  • Eventueel aandacht aan verbindingswoorden in de tekst.
  • Eventueel: kinderen lezen met een schoudermaatje de (verhalende) tekst: ervaringen uitwisselen.

Kennis opbouwen en verwerken

  • Het lezen van de uitlegtekst over de zaakvakbegrippen.
  • Hardopdenkend voorlezen en voordoen van het nadenken over de zaakvak-begrippen.
  • Daarna hardopdenkend lezen door de (enkele) kinderen.
  • Aandacht voor de zaakvakwoorden en de betekenis daarvan voorspellen met de kinderen.
  • Voorspellingen verzamelen op post-its.

Vaardigheden aanleren en oefenen

  • Het lezen van de instructietekst voor het proefje.
  • Aan elkaar uitleggen van de aanwijzingen om het proefje te doen.
  • Beschrijving van het gemaakte proefje uitwisselen, elkaar uitleggen van verklaringen,
  • Zaakvakbegrippen en voorkennis (post-its) herhalen bij het proefje.

Samenvattingsanimatie en test je zelf

  • Het lezen van de testtekstjes.
  • Testtekstjes hardopdenkend voorlezen, verduidelijken bij onbegrip.
  • Zelfstandig of in tweetallen hardopdenkend teksttestjes lezen en daarna pas de test maken: succeservaringen stimuleren.

Leren voor de toets

  • Het lezen van de uitlegteksten over de definities van de zaakvakbegrippen.
  • Hardopdenkend lezen en bespreken in een groepje van de zaakvakbegrippen.
  • Voorkennis over zaakvakbegrippen ophalen verbinden aan de definities van de zaakvakbegrippen.
  • Definities van zaakvakbegrippen opschrijven.

Uitdaging

  • Het lezen van de diverse instructietekstjes.
  • Hardopdenkend lezen in een groepje en lezen op internet met verdiepingsvragen.
  • Eigen vragen over het onderwerp bedenken, uitwisselen van antwoorden.
  • Interactief, hardopdenkend en pratend begrijpend lezen met de teksten.

Nadenken met vragen uit het werkboek en met je eigen vragen bij de uitdaging.

  • Toetsvragen eerder behandelen en bespreken.
  • Bij het onderdeel Uitdaging eigen vragen bedenken of vragen bedenken voor een klasgenoot en het antwoord opzoeken. Antwoorden uitwisselen.
  • Presentatie over een zaakvakbegrip en daarna zelf schrijven over het zaakvakbegrip voor een presentatie waarin twee leerlingen het begrip uitleggen.

Een goede zaakvakmethode maakt (leren) lezen mogelijk door:

  • Een rijke taalleeromgeving: ruimte voor eigen ervaringen van je leerlingen, koppeling met de actualiteit en het gebruik van veel tekst-externe bronnen.
  • De kwaliteit van de input: ruime mediaondersteuning bij teksten en expliciete en opgebouwde aandacht voor de nieuwe zaakvakwoorden.
  • De activerende werkvormen: denkstimulering met eigen onderzoeksvragen en hogere orde denkvragen.
  • De uitdaging met verwerkingsopdrachten en toepassing van het gelezene.
  • De aandacht voor mondelinge en schriftelijke taaltaken: presenteren, publiceren en het stellen van duidelijke eisen aan de taaltaken in je zaakvakonderwijs.

Je leerlingen leren het lezen vooral door veel en gemotiveerd te lezen. Leestijduitbreiding is goed te bewerkstelligen met allerlei leestaken in je zaakvakonderwijs (5).

Breid de leestijd en leesmotivatie ook uit in je zaakvakonderwijs.

Effectiviteit van leesdidactieken

Uit bovenstaande mag blijken dat je bestaande routines kunt gebruiken om je leesonderwijs verder te verbeteren. Hierna nog enkele aanbevelingen.

  • Leesonderwijs dat de leesmotivatie bij je leerlingen bederft is onbruikbaar.
  • Houdt rekening met diverse voorkennis bij verschillende leerlingen in je groep. Je dient daarom met je leerlingen eerst gezamenlijk voorkennis op te bouwen over het onderwerp voordat ze de tekst gaan lezen. Trek het verschil in voorkennis bij je leerlingen min of meer gelijk alvorens je verder gaat. Gebruik bij het leren lezen de eigen kennis van je leerlingen, voedt hun eigen redeneringen en meningen en laat ze vaak met elkaar pratend lezen.
  • Een dominantie van jouw tekstvragen richting je leerlingen zonder ruim gebruik te maken van hun voorkennis en vragen, verdringt hun zelfstandig (leren) denken bij het lezen. Bij tekst-gebaseerde vragen van jou of van de methode loop je het gevaar dat je niet aansluit bij de voorkennis en het begripsmatige referentiekader van je leerlingen (7).
  • Te veel aandacht aan de linguïstische kenmerken van teksten leidt af van de inhoud en van communicatief lezen. Het kan leiden tot saaie leeslessen en tot leesontmoediging. Zeker als je een tekst meerdere dagen laat terugkomen omdat dat in het geprotocolleerde lesvoorschrift staat. De vertaling van linguïstische kennis in leesonderwijs leidt niet altijd tot effectief en motiverend leesonderwijs (7).
  • Het lesprotocol wordt ten onrechte het doel en niet het middel van je leesonderwijs.
  • Nieuwe kennis leren je leerlingen met makkelijk te lezen tekstjes en niet met complexe teksten. Gebrek aan voorkennis bij een tekst heeft een grotere impact op leesbegrip dan de talige complexiteit van een tekst. Complexe en langere tekstsoorten dienen wél aan bod komen bij aanvullend leesmateriaal, bijvoorbeeld in de loop van het zaakvakthema. Start eenvoudig en werk langzaam toe naar meer leescomplexiteit.
  • Er is een verschil tussen de linguïstische en cognitieve complexiteit van teksten en het gemak of de complexiteit van de hele leessituatie (9). Het doorgronden van complexe teksten is een specialistische bezigheid en kan geen dominante en langdurige lesinvulling voor je leerlingen zijn (7).
  • Gebruik een nieuwe leesaanpak als bron van ideeën voor het omgaan met uitdagende teksten, afgestemd op interesses van je leerlingen. Dan pas zijn je leerlingen bereid om zich door een moeilijke tekst heen te worstelen.

Houd niet vast aan onderwijsvoorschriften waarvan je hebt gemerkt dat je leerlingen afhaken in je leesles en gebruik een nieuwe leesdidactiek als een mogelijkheid.

Literatuur

  1. Dr. Spencer Kagan; Coöperatieve Leerstrategieën; research, principes en de praktische uitwerking. https://shop.bazalt.nl/cooeperatieve-leerstrategieen-beknopte-uitgave?c=85
  2. Arja Kerpel, 2014; Coöperatieve werkvormen. https://wij-leren.nl/cooperatieve-werkvormen-artikel.php
  3. Doug Lamov; Teach Like a Champion 2.0 62 technieken om leerlingen te laten excelleren. https://mijn.cedgroep.nl/artikel/853/teach-like-a-champion-2-0.html
  4. Arja Kerpel; Teach like a Champion 2.0 https://wij-leren.nl/teach-like-a-champion.php
  5. Vivian van Alem en Marieke Boers; JSW 6 februari 2017. Taalgericht vakonderwijs: Naut Meander Brandaan. http://www.mariekeboersonderwijsadvies.nl/documents/Van-Alem-en-Boers_Taalgericht-vakonderwijs-Naut-Meander-Brandaan-1.pdf
  6. Marleen Legemaat,2018; Close Reading - Werken aan dieper tekstbegrip in het basisonderwijs. https://wij-leren.nl/close-reading-dieper-tekstbegrip.php
  7. Catherine Snow en Catharine O’ Connor; International Reading Association, 13 september 2013: Close Reading and Far-Reaching Classroom Discussion: Fostering a Vital Connection. https://literacyworldwide.org/docs/default-source/where-we-stand/close-reading-policy-brief.pdf
  8. Paul Filipiak, 2017; Begrijpend lezen vervangen door Close Reading? https://wij-leren.nl/close-reading-begrijpend-studerend-lezen.php
  9. Paul Filipiak, 2018; Makkelijk en moeilijk lezen. https://wij-leren.nl/makkelijk-moeilijk-tekst-lezen.php
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.