Juf, ik was Monica - deel 1
Paul Filipiak
Taalleesdeskundige bij Filipiak Educatie en Multimedia
Geraadpleegd op 15-10-2024,
van https://wij-leren.nl/leesactie-speels-lezen-en-leren.php
‘Leesactie’ is een werkwijze om begrip en beleving van een verhaalfragment te verdiepen. Met ‘Leesactie’ creëren we met de leerlingen aantrekkelijke situaties waarin we op speelse manieren lezen en leren. De leerlingen gaan op een speelse manieren lezen en leren.
Leerlingen worden bij teksten en boeken uitgenodigd om gezamenlijk te fantaseren en zich te verplaatsen in verhaalfiguren. ’Leesactie’ kan betrekking hebben op het verleden, het heden of de toekomst, maar speelt zich altijd af in het voor kinderen aantrekkelijke heden. Via Leesactie wordt bijgedragen aan de sociale, emotionele en cognitieve ontwikkeling van kinderen.
Leesactie bestaat uit een aantal werkvormen, waarvan we er in dit artikel enkele bespreken. We lichten de mogelijkheden toe aan de hand van beschrijvingen van de tekst “ Verdriet” van Jacques Vriens. In dit hoofdstuk uit het boek ‘Een bende in de bovenbouw’, vertelt Juf Ineke aan haar leerlingen dat ze binnenkort gaat verhuizen. De kinderen reageren ieder op hun eigen manier op dit vertrek. Vooral Kim heeft het er moeilijk mee.
Een bende in de bovenbouw
We geven eerst een samenvatting van het desbetreffende hoofdstuk. Juf Ineke gaat samenwonen met haar vriend Tom en vertelt aan de kinderen dat ze vertrekt als Juf van de kinderen in de klas. Dit roept allerlei emotionele reacties bij de kinderen op en er ontstaat een groot tumult. De kinderen reageren ook op het bericht van juf Ineke door allerlei vragen aan haar te stellen. Kim, waarvan de ouders zijn gescheiden, is zo verdrietig dat ze in de pauze in de klas achterblijft en mijmert over de goede drie jaar die ze met juf Ineke heeft gehad en over hoe het nu zal worden met een nieuwe leerkracht. Juf Ineke, die van de pauze eerder in de klas terugkomt, troost Kim. Tijdens de pauze komen enkele kinderen door het raam kijken waar Kim blijft en ze worden door de juf binnengelaten.
Jasper gaat vervolgens midden in de klas staan, spreidt zijn armen uit en roept dramatisch: ‘Uit liefde gaat onze juf naar Breda!” Jasper springt op een stoel: ‘Ze moest kiezen tussen haar klas en haar vriend, maar de liefde heeft het gewonnen. De liefde voor Tom!’ Guus en Freddy klappen en zelfs Marloes begint een beetje te ontdooien. In het volgende fragment wordt de sfeer in de groep besproken en het functioneren van Diederik, die regelmatig de sfeer verpest. In het laatste fragment besteedt juf Ineke nog even aandacht aan Kim en geeft haar haar nieuwe adres in Breda, zodat ze contact met de juf kan onderhouden.
1 Stap in het verhaal
Leesactie voorafgaand aan de tekst of het boek.
De uitgelekte brief
Het onderwerp van een vertrekkende juf kan worden geïntroduceerd door een zelfgemaakte brief van de schooldirecteur, waarin zij schrijft dat de juf niet lang meer op school zal kunnen blijven. De brief lekt uit en wordt door een van de leerlingen “gevonden”. Die leest hem aan de klasgenoten voor die natuurlijk denken dat hun juf echt weg gaat en dienovereenkomstig gaan reageren. In tweetallen bespreken de kinderen wie het heeft geschreven, aan wie het briefje is gericht, waarom deze brief zomaar ergens slingerde, waar het over gaat en hoe ze op de brief zullen reageren.
“Uitgelekte brieven” bij boeken en teksten die kinderen gaan lezen helpen hen bij het opbouwen van voorkennis, motivatie om het verhaal of het boek te lezen en bij het vormen en van een conclusie.
Kennismaking met de personages
Tip
Op kaartjes staan uitspraken van personages uit het hoofdstuk die iets onthullen over hun karakter. Bijvoorbeeld:
- Monica roept met een hoog stemmetje: ‘Oooooooh’ .
- Angela kirde: ‘’’Romantisch’.
- Freddy bromde: “Kop dicht”.
- Marloes hield het niet meer en sprong op: “Houden jullie nou eens op”.
Kinderen lezen klassikaal hun reacties op de uitgelekte brief voor en die vormen samen een montage van verschillende perspectieven over het onderwerp “De juf vertrekt”.
Tip
Indien personages in een boek zijn afgebeeld kun je deze activiteit vooraf laten gaan door een kopie van de getekende personages te laten maken. Daarbij hoort dan de opdracht: Kies twee personages uit. Wat kun je uit de tekeningen te weten komen over dat personage en over de relatie met andere personages? Alles wat je zegt moet je kunnen motiveren.
Het kan ook gaan om de oriëntatie op uitspraken van één personage om dit personage al wat beter te leren kennen, bijvoorbeeld de uitspraken van Kim, een van de hoofdpersonen in het verhaal.
- Kim knikte. “Ik weet best dat je naar Breda wil. Ik vind Tom ook aardig. Alleen wil ik niet dat je weg gaat.”
- Kim grinnikte “Natuurlijk niet. Jij had het bijna verraden en daarom verzint hij maar wat”.
- “Hou je mond nou maar dicht” fluisterde Kim.
- Kim zuchtte en veegde met haar mouw langs haar ogen. “Ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen”.
- Waarom reageert Kim zoals ze reageert? Waarom is ze zo aan juf Ineke gehecht?
Tip
Geef verschillende citaten van één personage bijvoorbeeld van Kim aan elke leerling in groepjes van vijf. De leerlingen bespreken de citaten om uit te vinden wie de verhaalpersoon is en waar het verhaal over gaat waarin hij/zij voorkomt. Wat is haar probleem, welk gevoel heb je bij deze persoon en wat denk je dat er met deze persoon in het verhaal gaat gebeuren?
Nagenieten
Van goede boeken en teksten kun je nagenieten. Haal er uit wat er in zit en misschien wil je niet alleen het hoofdstuk maar het hele boek lezen. Er zijn verschillende mogelijkheden die we hierna presenteren bij zes samengevatte fragmenten uit het hoofdstuk “Verdriet”. Niet alle zes leesacties worden altijd bij elke tekst gedaan. Maak per tekst een keuze. We gebruiken dus de (beschrijvingen van) tekstfragmenten om een aantal mogelijkheden voor leesacties in een kort bestek toe te lichten.
2 Rollenspel
Lezen en leren vanuit verschillende standpunten.
Fragment 1
Juf Ineke gaat samenwonen met haar vriend Tom en vertelt aan de kinderen dat ze vertrekt als juf van de kinderen in de klas. Dit roept allerlei reacties bij de kinderen op en er ontstaat een groot tumult.
Maak samen met de kinderen een script van een van dit fragment voor een rollenspel, bijvoorbeeld:
- Juf Ineke vertelt met moeite dat ze de klas gaat verlaten en gaat samenwonen met haar vriend in Breda.
- Monica en Angela reageren clownesk op de boodschap van juf en Feddy reageert daar weer afwijzend op. Er ontstaat een scheldpartij tussen Angela en Freddy.
- Marloes wordt daarover boos, want ze wil horen wat juf Ineke verder te vertellen heeft.
- Jasper, die er al meer van weet, plaatst een opmerking richting Juf Ineke (“Dan ga je zeker iedere dag op-en-neer naar Breda?”)
- Marloes begrijpt er niks van en kijkt vragend naar Kim die tegen Marloes zegt dat ze niets moet laten merken.
- Juf Ineke gaat verder met “Ik zou best iedere dag op-en-neer willen, maar...”
- Dan flapt Marloes eruit: “Je gaat bij ons weg!”
Om het rollenspel goed van de grond te krijgen kun je letten op een goede voorbereiding, een persoonlijke bezinning op je eigen rol en op een ondersteuning door de leerkracht tijdens het rollenspel. Het spelen van een rollenspel is bedoeld om de leerlingen in fictieve situaties te laten oefenen.
Een belangrijk element van het rollenspel is de pedagogische ingreep. Het spel wordt dan met een handklap bevroren. Vraag leerlingen om suggesties over de voortgang of voeg een personage aan het spel toe. We geven nog enkele aandachtspunten voor de voorbereiding:
- Geef kerninformatie en een korte aanwijzing over de rollen. Welke rollen zijn er in het fragment en welke kies je? Wie speelt de rol van Juf Ineke, de tweeling Monica en Angela, Freddy, Marloes, Jasper, en Kim?
- Geef de situatie van het fragment nog eens aan.
- Geef kinderen vooraf nog even de tijd om het rollenspel door te praten.
- Ondersteun als leerkracht het rollenspel door verslag te doen van wat je ziet en hoort, uit te leggen nieuwe informatie bij het verhaal aandragen aan de rollenspelers.
- Wat is het doel, de opbrengst van het rollenspel? Waar moeten ze mee terugkomen? Het rollenspel moet volgens het verhaal eindigen in tumult. Hoe bereik je dat?
- Wie begint met het rollenspel?
Checklist voor je persoonlijke rol:
- Welke rol heb ik?
- Met wie speel ik het rollenspel? Welke andere rollen zijn er?
- Over welk probleem of spanning gaat het? Het gaat over het vertrek van juf Ineke, dat allerlei emotionele reacties bij de kinderen oproept.
- Wat weet ik van de gelezen tekst om mijn rol goed te kunnen spelen?
- Hoe begin ik het rollenspel?
- Hoe kan ik de ander helpen bij de invulling van zijn/haar rol? Neem hiervoor bijvoorbeeld plaats op de Praatstoel. Deze praatstoel is gericht op het verdiepen van het begrip van verhaalfiguren en ideeën uit de tekst. In deel 2 van dit artikel zal deze werkvorm en nog een aantal andere werkvormen besproken worden.