Kennisplatform
Alles over executieve functies: Leermodules van Emiel van Doorn.

De meerwaarde van professionele leergemeenschappen en lerende netwerken

Naomi Mertens
Zelfstandig onderwijsadviseur bij MijnLeergemeenschap   

Mertens, N. (2016). Dat klusje klaren we samen.
Geraadpleegd op 15-10-2024,
van https://wij-leren.nl/plg-professionele-leergemeenschap-netwerken.php
Geplaatst op 1 juni 2016
Leren samen leren

"Dat klusje klaren we samen"

Waarom netwerken?

Je kent dat misschien wel, dat je meedoet aan een netwerk van IB-ers, of aan een werkgroep taal of sociale veiligheid; misschien doe je zelfs wel mee aan een groep van leraren uit verschillende scholen. In het begin is dat leuk en nieuw en leer je elkaar beter kennen. Je haalt er nieuwe ideeën en vertelt er wat je zelf aan het doen bent. Maar na een keertje of drie komt de klad erin. Je weet wel zo ongeveer wat de ander doet en de opdracht van de groep is ook niet helemaal helder. Als jij degene bent die meer brengt dan haalt, dan levert de bijeenkomst onvoldoende op. Wat kun je er nou aan doen om die groep volwassenen beter met elkaar te laten leren? En: wat zouden netwerken en professionele leergemeenschappen eigenlijk kunnen toevoegen aan het werk in de school?

In de studies die er in de afgelopen jaren over netwerkleren verschenen zijn, lezen we over de toegevoegde waarde die netwerken hebben voor schoolontwikkeling, teamontwikkeling en zelfs leerlingresultaten. Kort gezegd: scholen die ruimte maken voor teamleren in professionele leergemeenschappen en die meedoen aan netwerken tussen scholen, hebben over het algemeen ook betere onderwijsresultaten. De verklaring daarvoor is redelijk eenvoudig: leraren die samen hun praktijk verbeteren, zijn meer geneigd om hun eigen handelen onder de loep te nemen en zich af te vragen of het misschien ook anders kan dan het nu gaat. Professionals die reflectief handelen, zijn beter in staat om in te spelen op veranderingen die zich voordoen in de praktijk en kunnen flexibeler reageren op verschillen tussen kinderen. Als je je daarbij gesteund voelt door collega’s in en buiten je eigen school, kun je ook met je vragen terecht bij anderen.

Wat maakt dat het werkt 

Sleutelkenmerken van eff ectieve netwerken en professionele leergemeenschappen: 

  1. DOELEN STELLEN: Als je weet waar je naartoe werkt, weet je ook wanneer de klus klaar is.
  2. SAMEN ONDERZOEK DOEN: Als je samen op zoek gaat naar het antwoord op je eigen vraag, krijg je zeker een antwoord dat past in je eigen context en bij je eigen praktijk.  
  3. SAMEN PRAKTIJK MAKEN: Door samen nieuwe onderwijsvormen te maken, lessen te ontwerpen en met elkaar je eigen praktijk aan te scherpen (bijvoorbeeld door elkaar feedback te geven in de klas), verander je echt iets aan je onderwijs.
  4. ECHT SAMENWERKEN: Samen producten maken die je echt gebruikt, samen voor de groep, samen op onderzoek uit levert je altijd een breder perspectief op dan wanneer je het alleen doet. 
  5. GEDEELD LEIDERSCHAP:Iedereen neemt de verantwoordelijkheid op zich voor het functioneren van het netwerk/de groep als geheel en het goed functioneren van alle leden daarin.
  6. RELATIE OPBOUWEN: Door elkaars kwaliteiten te kennen en daarin te investeren, gaan individuele deelnemers nog beter presteren. Door intervisie en andere vormen van diepterefl ectie leer je niet alleen elkaar, maar ook jezelf beter kennen.

"Het is belangrijk om je team of groep te zien als een lerende groep: deelnemers zijn allemaal verschillend in de manier waarop ze kunnen bijdragen." 

Uitgangspunten

Deze kenmerken liggen misschien erg voor de hand, maar hoe krijg je dit voor elkaar? Samen met Louise Stoll (professor aan de Universiteit van Londen) en met ondersteuning van Research en Development middelen van OCW ontwikkelde APS in Utrecht een aanpak om gestagneerde netwerken weer leven in te blazen en om werkgroepen te veranderen in onderzoeksgroepen. De werkwijze en aanpak is gebaseerd op een paar uitgangspunten: 

  • Professionals zijn altijd eigenaar van hun eigen onderwijsleerproces. 
  • Zonder betrokkenheid is leren niet mogelijk. 
  • Mensen die leren, zijn mensen in verandering.
  • Netwerkleren is een vorm van leren die past bij ons huidige tijdsgewricht.
  • Het leren van de kinderen is uitgangspunt voor al het leren van volwassenen die met hen werken.

Als je al deze uitgangspunten onderschrijft als werkgroep, team, school of schoolbestuur, is het raadzaam eens goed om je heen te kijken en je eigen situatie ermee te vergelijken.

"Waar kan het op dit moment scherper of beter?"

Zelf aan de slag 

Om het werken in een professionele leergemeenschap mogelijk te maken, ben je niet afhankelijk van een subsidie of een overheidsregeling. Je kunt er zelf mee beginnen. Zo kun je zonder al teveel moeite je werkgroep veranderen in een onderzoeksgroep. Als je daar als groep van leraren voor voelt, kun je jezelf het volgende afvragen: 

  • Weten we wat we willen opleveren binnen een bepaalde tijd? (Bijvoorbeeld de keuze voor een methode, een werkwijze voor het volgen van sociale vaardigheden, een dyslexieprotocol.)
  • Is onze groep samengesteld uit mensen die er veel over weten en/of erg gemotiveerd voor zijn? (Een vertegenwoordiging uit alle bouwen is minder van belang dan expertise.) 
  • Wie heeft ervaring in het uitvoeren van praktijkonderzoek of kent werkwijzen voor onderwijsontwerp en actieonderzoek? 
  • Wat vragen we ons echt af?  
  • Wat weten we al en wat weten we nog niet?
  • Wie zijn onze bronnen? Waar halen we informatie?
  • Wat kunnen we vast uitproberen in onze praktijk?
  • Hoe houden we bij wat er in de klas gebeurt als we er iets in veranderen?

Samen leren moet je leren 

Marktplaats schreef al eerder over de waarde van professionele leergemeenschappen. Sinds 2010 is er veel ervaring opgedaan in scholen, IB- en ICT-netwerken op het gebied van samen beter leren en hebben we inzicht gekregen in de manier waarop die netwerken een effectieve bijdrage kunnen leveren aan het leren van leerlingen. Het is duidelijk geworden dat dat niet zomaar gebeurt. Om netwerken en PLG’s goed te laten werken, zijn er spelverdelers nodig die de spelers goed laten samenwerken. Om een team meer te laten zijn dan een verzameling individuen en zo gebruik te kunnen maken van de kennis en ervaring die tussen verbonden mensen ontstaat, heb je als netwerkbegeleider of als groepscoördinator een belangrijke rol.

Het is belangrijk om je team of groep te zien als een lerende groep: deelnemers zijn allemaal verschillend in de manier waarop ze kunnen bijdragen. Zoek met elkaar uit waar iedereen goed in is, wat mensen willen leren en op welke manier dat het beste kan.

"Maak een leerbehoeftenoverzicht voordat je begint aan de klus."

Deel de bijeenkomsten zó in dat er ruimte is voor het delen van ervaringen en voor verhalen over wat er speelt in de klas, maar ook voor het onderzoeken en presenteren van nieuwe informatie en voor het maken van materialen die je liefst morgen al kunt gebruiken. We noemen dat ‘pendelen’ tussen theorie en praktijk, of werken met hoofd, hart en handen. Het prettigst ga je toch naar huis met het idee dat je met elkaar een flinke klus geklaard hebt.

Leestips 

  • www.aps.nl/ netwerkleren voor de brochures: ‘Leidinggeven aan lerende netwerken’ en ‘Vragen om meer’.
  • http://networkedlearning.ncsl.org.uk Stoll, L. and Seashore Louis, K. (2007 - editors)
  • Professional Learning Communities: Divergence, Depth and Dilemmas. Maidenhead: Open University Press/McGrawHill. (verkrijgbaar via www.bol.com)

Louise Stoll, professor aan het London Centre for Leadership in Learning was vorige maand in Nederland. Zij gaf een presentatie op de IPON-conferentie en bij APS. In de afgelopen 25 jaar heeft zij veel werk verricht op het gebied van het versterken van de kwaliteit van scholen door het verbinden van professionals in professionele leergemeenschappen en lerende netwerken. Dat doet zij vanuit de gedachte dat lerende organisaties pas eff ectief zijn, als die organisaties ook daadwerkelijk hun mensen stimuleren zich te blijven ontwikkelen. We Skypen haar en vragen haar waar haar motivatie vandaan komt om zo lang aan dit thema te blijven werken:

“I have been focusing on PLC’s and networks for 15 years now. Through following others’ research and writing, I started to conclude that opportunities for learning were so much greater when shared with others. As a result of my own research and development work I have observed teachers become more knowledgeable, confi dent, energised and excited about their practice as a result of collaborating with others. It’s a real eye opener and motivator for teachers to observe teachers in their school and other schools – that excites me. I think we still have a lot to learn about how people learn from and with each other. That keeps me exploring the topic and wanting to help open up exciting new possibilities for practitioner learning.What ‘s important, is seeing teachers as learners.

Teacher learning has a direct infl uence on student learning. Therefore, schools must be eff ective learning environments for teachers. People tend to think that if the learning climate in schools is good for children, this will also be the case for their teachers, but that isn’t automatically true. Teachers are action-oriented. Therefore their learning needs to be connected to their classroom practice. But it’s not enough just to change the way you do things. What we see is that curious teachers sometimes try strategies that are used by the teacher in the next class, but without reflecting on the actual problem that they want to solve or understanding why the strategy works in a particular situation.

What works for one situation, won’t always work in another. It’s important therefore to stimulate classroom research. To reflect together on your practice and search for sources that can help to fi nd answers ignites a learning process for professionals. In order to be able to tackle the needs of the 21st century, teachers will need to be creative; to experiment with their practice and try out new approaches to teaching and learning and designing curriculum. Special conditions are needed in schools to facilitate this. Schools have to be places where teachers can develop the intellectual confi dence to explore new ideas, to ask questions and to make mistakes from which they can learn. Also, schools and teachers are better off  if they aren’t isolated. Connectedness with other schools leads to new opportunities. It’s about combining communities of practice in which teachers and school specialists from diff erent schools learn from one another.”

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.