Kennisplatform
Nog enkele plaatsen vrij bij Medilex: Congres Kleutertaal.

Top-down denken in onderwijs en opvoeding

Lisanne van Nijnatten
Kinder- & jeugdpsycholoog bij Praktijk De Blik  

Nijnatten, L. van der (2015) Top-down denken in onderwijs en opvoeding.
Geraadpleegd op 12-11-2024,
van https://wij-leren.nl/leerdoelen-onderwijs-opvoeding.php
Geplaatst op 1 juni 2015
Top down denken

In de leren leren begeleiding die ik geef merk ik regelmatig dat top-down denken een groot talent is, maar ook een struikelblok voor veel kinderen wanneer ze in een bottom-up systeem werken. De herkenning en grote sprongen in ontwikkeling die ik bij deze kinderen zie wanneer ik top-down leren uitleg is even mooi als triest. Er is alleen nog maar weinig informatie te vinden over top-down denken en de toepassing ervan. Ik denk dat top-down denken zowel in het onderwijs als in de opvoeding toegepast kan worden.

Wat is top-down denken?

Top-down denken is een holistische manier van denken. Hierbij wordt gedacht vanuit algemene principes of eindtermen, waarna de stukjes kennis worden opgebouwd. Voor een top-down denker is alle kennis onderdeel van de wereld om hem heen. Kennis is met elkaar verbonden en heeft betekenis nodig om bruikbaar opgeslagen te worden. Er wordt gedacht vanuit het ‘waarom’ naar het ‘hoe’.

Hiertegenover staat bottom-up denken. Hierin wordt kennis opgebouwd vanuit afzonderlijke delen. Om te werken naar een einddoel wordt opgedeeld in verschillende stappen, om bij de laatste stap een begrip en beeld te hebben bij het einddoel. Voor de bruikbaarheid van de kennis in de praktijk is voor bottom-up denkers een antwoord op de ‘waarom’-vraag niet essentieel. Het kan echter ook geen kwaad!

Dat klinkt misschien abstract, daarom helpt dit plaatje hopelijk:

Deze twee vormen van denken zijn te vergelijken met inductief en deductief redeneren. Binnen inductief redeneren wordt er vanuit verschillende waarnemingen een overkoepelende wet geformuleerd. Deductief redeneren werkt andersom, hierbij worden waarnemingen begrepen vanuit een overkoepelende wet.

Top-down denken is dus géén beperking in het denkvermogen. Het is gewoon een ander uitgangspunt voor het verwerken van informatie en verwerven van kennis. Top-down denken lijkt karakteristiek voor hoogbegaafde mensen. Wetenschappelijk is dit echter heel moeilijk om te onderzoeken, omdat de huidige middelen voor het onderzoeken van zulk gedachtegoed niet toereikend zijn.

Op papier zijn de meeste lesmethoden in het onderwijs echter bottom-up opgedeeld. Kinderen hebben vaak weinig inzicht in het einddoel van de lesstof. Hierdoor zie ik veel kinderen die als een soort kip zonder kop gaan leren en opdrachten maken omdat de leerkracht heeft gezegd dat ze dat moeten doen.

Deze kinderen werken vaak inefficiënt en zijn niet bewust bezig met hun eigen, unieke leerproces. Een grote rode vlag voor problemen die vanuit top-down denken komen is het herhaaldelijk stellen van de waarom-vraag. Voor deze kinderen kan een top-down aanpak prettig zijn om ze meer structuur en motivatie te geven.

Top-down onderwijs

Leerdoelen

De grootste basisvaardigheid van top-down leren is naar mijn mening het werken met leerdoelen. Dit kan kinderen vanaf het startpunt van een leerproces al een perspectief bieden op het einddoel van een leerproces. Hierdoor weet een kind dat al het harde werk dat hij verricht tot een doel leidt dat hij aan het begin van zijn leerproces nog niet had behaald.

Wanneer ik de vraag stel “Wat kun je van deze paragraaf leren?” of “Wat is de bedoeling dat je hier leert?” zie ik veel grote ogen en dichte monden. Hoe kan een kind zijn eigen leerproces gericht aansturen als hij helemaal geen idee heeft wat er van hem wordt verwacht of waar de lesstof over gaat?

Gelukkig is het gebruik van leerdoelen wel de makkelijkste top-down vaardigheid die er is. Vaak staan de leerdoelen al aangegeven in het boek, maar wordt er geen aandacht aan besteed. Soms staan ze aan het begin van een hoofdstuk of per paragraaf, soms aan het einde bij de samenvatting.

Ik heb zelfs wel eens een lesmethode gezien waarbij alle leerdoelen achter elkaar aan het einde van het boek stonden! Mocht je er in het boek niet uitkomen, dan kun je het altijd nagaan bij de leerkracht. Als het goed is heeft deze een lesplan voor elke les of elk hoofdstuk, waarin de leerdoelen vermeld staan.

Het lijkt mij geen probleem om deze te verstrekken aan de leerlingen. Ook het benoemen van het leerdoel voordat de les begint kan enorm nuttig zijn voor top-down denkers.

Leertechnieken

Door te werken met leerdoelen kan de uitspraak

“Ik ga vanmiddag nog wat Engels leren”

ook concreter worden. Ik vind dit persoonlijk een hele vage uitspraak, omdat ik niet weet wat een kind dan precies gaat doen en welke kennis hij als resultaat van die actie heeft. Op internet heb ik hier al veel over geschreven.

“Ik ga vanmiddag flash cards maken om 100 Engelse woorden te leren over vakantie”

is al een stuk concreter. Het geeft meer richting aan het leerproces van een kind.

Veel mensen gebruiken het woord ‘leren’ als een synoniem voor stampen, herhalen en samenvatten. Hiermee lijkt het alsof ze proberen de kennis die nieuwe lesstof biedt letterlijk in hun hoofd te proppen. Dit gaat echter in tegen het top-down principe dat kennis een onderdeel is van inzicht in de wereld om je heen.

Wanneer kennis gestampt wordt mist het inzicht om onderdeel te worden van het wereldbeeld van een kind. De kennis komt uit het boek en staat los van de wereld om hen heen. Daarom zijn leertechnieken nodig waarbij dit inzicht wel gekweekt wordt. Ik laat kinderen deze techniek voornamelijk zelf bedenken, waarbij we meestal uitkomen op een schematische leertechniek met weinig woorden en veel (zelfgemaakte) plaatjes.

De manier waarop een kind zijn leerdoel behaalt is niet aan een ander om te bepalen. Wanneer alle leerdoelen behaald zijn, is een voldoende cijfer voor de toets in principe binnen handbereik. Want wat is het doel van een toets? Meten of het kind de vereiste kennis en vaardigheden beheerst. Door de dialoog over leren en toetsen op een top-down manier te voeren wordt veel strijd en verwarring overwonnen en voorkomen.

Relevantie van kennis

Heel basaal gezien is het leren van nieuwe kennis en vaardigheden een manier om de wereld voorspelbaar, begrijpelijk en manipuleerbaar te maken. Je hebt bepaalde kennis dus nodig om je op lange termijn te kunnen redden in de wereld. Vaak is het echter lastig om een antwoord te geven op de vraag

“Waarom moet ik dit leren?”

die veel kinderen hebben. Het is niet altijd duidelijk wat de relevantie is van specifieke onderwerpen die scholen behandelen. Deze uitleg is wel nodig, omdat het een manier biedt om de nieuwe kennis makkelijker te passen in het wereldbeeld dat een kind al heeft opgebouwd.

Een voorbeeld hiervan is het belang van goede spelling. Taal is een afspraak tussen mensen, zodat iedereen elkaar kan verstaan wanneer je dezelfde regels volgt. Wanneer mensen woorden verkeerd spellen kan onduidelijkheid bestaan over wat je probeert te vertellen. Hiernaast kan het ongeloofwaardig overkomen.

De spellingsregels gelden voor iedereen en zijn een blijk van beheersing van de taal. Het nut van spelling is dus niet het klakkeloos volgen van regeltjes, maar begrijpelijk communiceren met anderen.

Niet voor alle kennis is misschien direct een relevantie te bedenken die voor elk kind opgaat. Ik heb vroeger zelf de waarom-vraag ook veel gesteld. Mijn moeder zei dan dat de kennis op zichzelf misschien niet nuttig voor mij persoonlijk was, maar dat het wel enorm nuttig was om te leren hoe ik verschillende soorten nieuwe lesstof kon leren.

Hierbij vertelde ze dat ik op de middelbare school nog alle tijd had om te experimenteren met verschillende leertechnieken op verschillende soorten lesstof, waar ik later nog lang plezier van zou hebben. Hiermee leg je dus de relevantie bij de vorm van het leerproces, in plaats van de inhoud. En ze had helemaal gelijk!

Top-down opvoeding

Regels uitleggen

Ik merk dat veel opstandig gedrag van hoogbegaafde kinderen niet voortkomt uit recalcitrantie, maar uit onduidelijkheid over de ongeschreven regels. Hierbij zie ik de onbeantwoorde waarom-vraag vaak als onderdeel van de strijd.

  • Waarom kan ik niet in mijn pyjama naar school?
  • Waarom moet ik met bestek eten?
  • Waarom moet ik wel de tafel dekken en mijn broertje niet?
  • Waarom moet ik om acht uur naar bed?

Als ouder kan het enorm frustrerend zijn om altijd sluitende antwoorden te hebben op al deze vragen. Het antwoord “Omdat ik het zeg” of “Omdat alle andere kinderen/mensen dat ook zo doen”  is voor veel kinderen niet genoeg. Net als bij het aangeven van de relevantie van lesstof, is het ook belangrijk om de relevantie van gedragsregels uit te leggen.

Natuurlijk kun je niet elke ochtend een sluitend betoog geven over de relevantie van elk onderdeel van het ochtendritueel. Daarom is het handig om op een apart moment brede thema’s te bespreken met je kind. Zo geef je hem een ‘kapstok’ van regels over de wereld, waarin hij daarna zelf met weinig hulp nieuwe situaties kan ophangen. Vooral het bespreken van cultuur, gezondheid, autoriteit en (on)rechtvaardigheid kan een overkoepelend inzicht bieden om de alledaagse dingen in op te hangen.

Zo was ik laatst betrokken bij een vijfjarige jongen met enorm veel vragen. Ik vond hem geweldig leuk, maar school had soms moeite om hem mee te laten doen met de groep. Een terugkerend probleem was het lopen in de rij naar het schoolplein. Deze jongen weigerde resoluut de hand van zijn maatje vast te houden.

Na een aantal weken strijd had zijn juf nietsvermoedend uitgelegd dat op hun school alle kinderen handjes vasthouden als ze in de rij lopen. Dat is veiliger en overzichtelijker dan wanneer de rij zonder vaste handjes door de school scharrelt. Tot en met groep 8 was dit de regel. Vanaf dat moment was het handen vasthouden in de rij geen enkel probleem meer.

We hebben hem er niet meer over gehoord. Deze jongen had vanuit de uitleg het begrip van de regel en de reden erachter. Ook begreep hij dat deze regel niet was om hem te betuttelen, maar ook voor zijn eigen veiligheid was.

En wanneer er geen duidelijk antwoord is op de vraag waarom-vraag van bepaalde regels, wat dan? Dan ben je mooi geconfronteerd met het verschil tussen jouw eigen wereldbeeld en dat van je kind. Veel dingen doe je omdat je het normaal vindt, niet zozeer omdat het nuttig is. Dan zou het uiteindelijk niet erg moeten zijn als iemand anders dat gedrag niet overneemt.

Zolang het niemand schaadt. Je hebt in je zoektocht naar een antwoord op de waarom-vraag in ieder geval wel kritisch nagedacht vanuit een top-down benadering. Dat kan al veel rust bieden, welke strijd kan voorkomen.

Helpen met huiswerk

Net als in lesmethodes en lesuren, kun je leerdoelen gebruiken als startpunt van het maken van leer- en huiswerk. Beginnen met het formuleren van een leerdoel, dan kun je daarna bekijken hoe de lesstof geleerd gaat worden en hoe je voor jezelf gaat toetsen of je je leerdoel behaald hebt. De standaard vragen die ik daarbij belangrijk vind:

  • Wat wordt er verwacht dat je hebt geleerd na het maken/lezen/leren van deze lesstof?
  • Hoe ga jij ervoor zorgen dat deze kennis in jouw hoofd komt (en blijft)?
  • Wanneer en hoe weet je dat je hebt leerdoel hebt behaald?

En om te benadrukken welke vorderingen een kind heeft gemaakt door te leren:

  • Wat weet/kun je nu, dat je voor het leren nog niet wist/kon?

Zo kun je ook helpen met plannen. Door te plannen vanuit leerdoelen en niet vanuit minuten, opdrachten of paragrafen worden de leervorderingen van een kind inzichtelijker. Ook wordt het nut van huiswerk maken duidelijker. Dat kan motiveren om werk te verrichten.

Voor veel top-down denkende ouders kan het enorm vanzelfsprekend zijn om al voldoende handvatten aan hun kind mee te geven op dit gebied. Deze ouders snappen waarschijnlijk ook de verwarring en frustraties van hun kinderen op dit gebied. Uiteindelijk zal een top-down denker zich toch moeten redden in een grotendeels bottom-up denkende wereld.

Dan kun je maar beter begrijpen wat er bij jezelf gebeurt en de juiste tools hebben om om te gaan met de wereld. Top-down denken is zeker een talent. Aansluiten bij een top-down manier van denken kan – naar mijn ervaring – leren efficiënter en leuker maken. Daarnaast kan het volgens mij veel strijd en conflicten voorkomen.

Om dan mooi af te sluiten met nog een waarom-vraag: Waarom wordt hier niet méér mee gewerkt?

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.