Het directe instructiemodel is een lesmodel dat uitgaat van de verschillende leervermogens van kinderen. Kinderen verschillen van elkaar in de manier en snelheid van leren.
Sommige kinderen begrijpen de instructie snel en willen vlot aan de slag, andere kinderen hebben meer uitleg nodig. Daar wordt in het Directe Instructiemodel rekening mee gehouden.
Bij Directe instructie zit er veel structuur in de lessen, want elke les is opgebouwd uit een aantal fasen:
- terugblik;
- oriëntatie;
- instructie;
- begeleid inoefenen;
- controle;
- verwerking en afronding.
De leerkracht controleert in grote mate het leerproces. Dit model is vooral effectief bij kinderen die veel begeleiding en een actieve instructie nodig hebben.
Verschillende soorten DI
Er zijn verschillende varianten van het directe-instructiemodel:
- Expliciete Directe Instructie (EDI);
- Interactief Gedifferentieerde Directe Instructie (IGDI);
- Activerende Directe Instructie (ADI).
Het beste is om schoolbreed voor één bepaalde variant te kiezen, zodat de aanpak in alle groepen hetzelfde is en leerlingen daaraan gewend raken.
Welke doelen heb je voor ogen?
Daarnaast is het belangrijk om te bedenken dat het directe instructiemodel met name effectief is bij de voorbereiding voor een kennistoets. Het onderwijs kent echter meer ontwikkeldoelen dan alleen kennisoverdracht. Het is belangrijk om deze pedagogische doelen in het oog te houden bij de afweging welke keuze er gemaakt wordt qua werkvormen en instructiemodellen. Elke werkvorm heeft een eigen effect op de leerling.
Boeken over directe instructie
en
Laatst geactualiseerd op 6 december 2023