Kennisplatform
Alles over executieve functies: Leermodules van Emiel van Doorn.

Dieper leren. De zin en onzin van leerrijk onderwijs

Blonk - Meulenkamp, M. (2019). Dieper leren. De zin en onzin van leerrijk onderwijs.
Geraadpleegd op 15-10-2024,
van https://wij-leren.nl/leerrijk-onderwijs-variatie-didactiek.php
Geplaatst op 11 september 2019
Leerrijk onderwijs, zin en onzin

‘Ik hoor en ik vergeet, ik zie en herinner, ik doe en ik begrijp’

(Confucius)

Opvoeding en educatie doen vooral een beroep op bepaalde aspecten in ons brein. Denk aan de ratio en de logica, ons taalcentrum, het verleden en de toekomst. In veel mindere mate hebben we aandacht voor het stimuleren van fantasie, verbeeldingskracht, emotie, creativiteit en het in het hier en nu zetelen. Dat komt omdat we daar vaak het nut niet van inzien.

Da Vinci kwam al tot de droevige conclusie dat de gemiddelde mens ‘kijkt zonder te zien, luistert zonder te horen, aanraakt zonder te voelen, eet zonder te proeven, zich beweegt zonder zich van zijn lichaam bewust te zijn, inademt zonder iets van stank of geur gewaar te worden en praat zonder te denken’.

In onze tijd is het er zeker niet beter op geworden. Om kinderen echt iets te leren, moeten we dat leren zo divers inrichten dat kinderen op allerlei manieren in hun brein geprikkeld worden. De leerstof moet zo gevarieerd zijn dat het daardoor diep kan verankeren.

Verschillende leerlingen leren verschillend

Paul Kirschner zegt het volgende: ‘Verschillende leerlingen reageren op een verschillende manier op verschillende dingen en een goede leerkracht weet hoe hij of zij het best kan inspelen op de sterktes van de leerling om te compenseren voor de zwaktes, net als een goede chef.’

Kirschner raakt daarbij een belangrijk punt. We kunnen geen didactiek inzetten die passend is voor álle leerlingen. Wel is bewezen dat leerlingen er baat bij hebben om zelf te zoeken, zelf te puzzelen en zelf betekenis te creëren. Vanuit motivatie en aandacht leren geeft tegelijkertijd een gevoel van autonomie en dat is weer stimulerend voor het leerproces.

Daarnaast is het begrip ‘transfer’ belangrijk in het debat over leren. Transfer is: het gebruiken van kennis in een geheel andere situatie dan waarin de kennis geleerd is. Transfer vindt niet eenvoudig plaats (Bransford, Brown & Cocking 2000). Transfer vereist dat de leerling het geleerde heeft begrepen en het nut ervan inziet. En: transfer wordt pas gebruikt wanneer de leerling ertoe wordt aangezet. En daar ligt dan toch weer een rol voor de leerkracht.

Hoe kom je tot dieper leren?

Beter onthouden doen leerlingen als ze dieper nadenken en actief aan de slag gaan. Leerkrachten die op diverse manieren het denken van hun leerlingen stimuleren geven diepere inhoud aan hun lesstof en creëren een leeromgeving waarbij denkvaardigheden naar een hoger plan kunnen worden getild. Leerlingen die al van jongs af aan gewend zijn om hogere denkvaardigheden te gebruiken, ontwikkelen dat als gewoonte die ze blijven aanwenden in voortgezette opleidingen, studie en loopbaan.

Concreet kan dit betekenen dat tijdens het lesgeven nadruk ligt op de voortgang. Dat noemen we ook wel de ontwikkeling van een mentaal model (Resnick, 1987). Daarbij krijgt niet een product de centrale plek, maar de wijze waarop je tot het product komt. Het mentale model ziet er zo uit, op de plek waar kennis, denken en uitvoeren elkaar ontmoeten wordt het meest geleerd. Een leerling heeft het nodig om niet alleen de kennis tot zich te nemen, maar zal deze stof ook in andere contexten moeten kunnen toepassen, kunnen doordenken en er handelend mee bezig geweest zijn. Dat leidt tot dieper leren.


 
Feedback om inzicht te krijgen in het mentale denken

Inzicht in het mentale denken omvat zicht krijgen op wat de leerling denkt, voelt en heeft gedaan om tot leren te komen. Om inzicht te krijgen in het leren van kinderen is evaluatie en feedback belangrijk. Feedback gaat dan niet over het product alleen, maar vooral ook over het leerproces:

  • Welke vragen heb je jezelf gesteld?
  • Wat heb je van de leerstof geleerd?
  • Was het belangrijk om dit te leren, waarom wel/niet?
  • Welke relatie zie je tussen hoe het proces is gegaan en het uiteindelijke eindproduct?

Deze vragen kun je als leerkracht overigens ook bij de start stellen?:

  • Welke vragen stel je jezelf?
  • Welke betekenis heeft de leerstof voor jou? Wat wil je leren? Waarom?
  • Wat is straks in het proces belangrijk om te komen tot een goed eindproduct?

Als je als leerkracht deze vragen stelt, kun je met de leerlingen bespreken wat de mogelijkheden zijn om met de leerstof om te gaan. Daardoor zul je leerstof vanzelf afwisselender en effectiever inzetten.

Tips voor het geven van feedback

In het boekje ‘Hoe bedenk je het?’ van Jenny de Bode e.a. staan een aantal prachtige handvatten rond het geven van feedback:

In de feedback reageer je als leerkracht op een manier die tot dieper nadenken uitnodigt:

  1. Waardeer eigenwijsheid: Laat leerlingen niet (alleen) scoren met hoge cijfers of perfecte antwoorden. Geef complimenten voor originele ideeën en voor het durven uiten van een mening waar niemand het mee eens was.
  2. Signaleer aannames en (voor)oordelen en zet daar vraagtekens bij.
  3. Bied keuzes en de mogelijkheid om op die keuzes terug te komen.
  4. Geef tijd om creatief te denken. Voor het bedenken van iets inventiefs of origineels hebben we tijd nodig. Te veel van de standaard leerstof laat leerlingen geen tijd om creatief te denken.
  5. Doe ook in toetsen een beroep op creatief denken.
  6. Leer leerlingen onzekerheid te accepteren. Een nieuw idee komt vaak stukje bij beetje en geeft in de periode voordat het vaste vorm krijgt een wankel gevoel. In dat stadium is aanmoediging nodig om de tijd te nemen en het leren dat dit bij deze fase van het proces hoort.
  7. Straf fouten niet af. Zie fouten als een groeimogelijkheid en help kinderen te leren van hun fouten.
  8. Leer leerlingen omgaan met obstakels. Brainstorm regelmatig met je klas over manieren om een gegeven probleem te tackelen en laat ze nadenken over mogelijke strategieën.
  9. Onderwijs eigen verantwoordelijkheid. Hieronder vind je daar meer uitleg bij.

Feedback gebruiken als input voor je onderwijs

Met het aanspreken op eigen verantwoordelijkheid komen we weer terug bij het mentale model. Kinderen hebben het nodig om te leren van hun proces en wat daar goed ging en een volgende keer beter kan. Te vaak wijzen kinderen factoren van buiten aan als reden voor hun eigen falen of succes. Kinderen moeten leren na te denken over hun eigen kennis, hun denkproces en hun uitvoering.

Als je als leerkracht vragen over het proces stelt, krijg je input die je goed kunt gebruiken om je focus voor de komende tijd te bepalen. Daarbij zul je zelf uit je comfortzone moeten stappen van routine en eigen expertise en samen met de leerlingen op zoek moeten gaan wat de volgende stap wordt in het leren. Voorkom daarin de cognitieve eenzijdigheid. Leg de nadruk op de brede vorming.

Het nut van leerrijk onderwijs is gebaat bij een leerkracht die zijn eigen manier van lesgeven en het leren van de kinderen regelmatig tegen het licht houdt. Het mentale model speelt bij de leerkracht dus uiteindelijk net zo’n belangrijk rol als bij de leerlingen zelf!

Bronnen:

  • De Bode, J., Nijman, L. (2014). Hoe bedenk je het? Creatief denken in het basisonderwijs
  • https://www.scienceguide.nl/2017/04/wie-inspecteert-de-onderwijsinspectie/
  • Biesta, Gert. (2015). Het prachtige risico van onderwijs
  • Velzen van, Joke. (2008), Kennis & denken & leren
  • Dirksen, Gerjanne. (2014), Breindidactiek, helpen leren met breinkennis
  • Bultermand, J. & Muynck de, B. (2014). Is alles van waarde meetbaar? Toetsing en vorming in het onderwijs
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.