Doe maar taal - 1001 dynamische lesideeën voor alle taalniveaus
Marleen Legemaat
Redactielid bij Kennisplatform Wij-leren.nl
Geraadpleegd op 16-10-2024,
van https://wij-leren.nl/doe-maar-taal.php
Een lesideeënboek om taal te bevorderen. Zo zou je het boek Doe maar taal van Koen Verhoeven kunnen benoemen. Het boek biedt inspiratie om op een creatieve manier aan de slag te gaan met taal. Dit kan zijn om een verloren momentje op te vullen of gericht aan bepaalde vaardigheden te werken.
Doe maar Taal valt uiteen in vijf delen: Spreken, schrijven, luisteren, lezen en spelvormen. Elk deel bevat activiteiten waarbij de opbouw is van kortere naar langer durende activiteiten en van minder naar meer voorbereiding. Via de code voorin het boek kan je terecht op de website van Uitgever Acco waar je nog meer materiaal en inspirerende websites kunt vinden.
Ik volg de indeling van het boek en selecteer zomaar wat lesideeën om zo een indruk te geven van de inhoud van Doe maar taal.
Spreken
De lesideeën over spreken vullen bijna de helft van het boek. Het laat zien dat spreken belangrijk is voor de taalvaardigheid van leerlingen.
- Vijf-minutenideeën:
Mijn dingen. Laat leerlingen vertellen over hun dingen. Wat zit er in hun etui, schooltas, handtas? Van wie hebben ze het gekregen en met wie hebben ze het gekocht?
Emoties en/ of woorden uitbeelden: Leerlingen staan achter hun bank en beelden tegelijk zo snel mogelijk de door de leerkracht genoemde emoties of woorden uit.
- Elkaar beter leren kennen:
Naamrebus: de leerlingen maken een rebus van een naam. Eventueel kun je dit op het bord laten doen.
Mijn (voornaam)acrostichon; Leerlingen schrijven hun naam verticaal op een papier en noteren achter elke letter een woord dat hen typeert.
Spreekcirkel: de leerlingen nemen plaats tegenover elkaar in een binnen- en buitenkring. De leerlingen interviewen elkaar en spreken enkele minuten met elkaar, daarna draait de cirkel door. Je kunt hierbij ook thema’s aanbieden waarover gesproken kan worden.
- Spreken, spreken en nog eens spreken. Hier vinden we lesideeën die de nadruk leggen op samen spreken, vertellen, beschrijven en naar elkaar luisteren.
Radioprogramma. De leerlingen werken in groepjes en maken hun eigen radioprogramma met reclame, muziek, interview en interessante weetjes.
Feestdagen: Heb je verschillende nationaliteiten in de klas, laat dan leerlingen praten en informatie opzoeken en presenteren over verschillende feestdagen.
Spreektopics: Laat vertellen over mijn droom, een probleemvakantie, een hobby, je vroegste herinnering.
- Daar ga ik niet mee akkoord. Bij dit onderdeel vind je discussievormen die het klassiek debat in een andere vorm kunnen gieten. Bijvoorbeeld: hoekendiscussie, rood- en groendiscussie, muurdiscussies of placematdiscussies. Verder verschillende discussietopics, bijvoorbeeld: Onmisbaar: maak een lijst van tien onmisbare dingen in jouw dagelijkse leven en bespreek dit met elkaar. Ook vinden we thema’s om over te discussiëren: in welke mate zijn we afhankelijk van technologie. Waarom is de mens zo bang voor verandering? Is vrije meningsuiting absoluut?
- Brainstormen of woordwebben: Via het vrij associeeren ontstaan reeksen woorden die bij een bepaald woord kunnen opkomen. Door het leggen van verbindingen ontstaat een woordweb. Idee: superheldenbrainstorm waarbij je een probleem geeft en de leerlingen laat brainstormen hoe superhelden dit zouden oplossen.
- Wat zeg je? Bij dit onderdeel vind je verschillende lesideeën om een correcte uitspraak te stimuleren. Bijvoorbeeld: ritmisch spreken, zorg voor enkele ritmische zinnen, limericks, haiku’s en leer de leerlingen ritmisch spreken. Verder een pagina met tongbrekers zoals De koetsier poetst de pas gepoetste postkoets met postkoetspoets.
- Improvisatie; hierbij moet je spontaan iets bedenken uitbeelden en / of uitvoeren. Belangrijk is eerst opwarmingsoefeningen te doen om leerlingen alvast te inspireren en eventuele drempelvrees weg te nemen. Er worden lesidee tips gegeven voor drie onderdelen:
- Uitbeelden; Spiegelbeeld; leerlingen staan in twee rijen tegenover elkaar. Leerkracht geeft opdracht, één rij beeldt uit, de andere rij spiegelt;
- Verhalen vertellen met als voorbeelden schimmenverhaal, halvecirkelverhaal, beginzinverhalen;
- Rollenspellen; verschillende vormen en ideeén om een leuk rollenspel op te zetten worden gegeven; Verder vinden we hier ook lijsten met situaties om in rollenspel na te spelen.
- Tenslotte eindigt het deel over spreken met oefeningen om vragen te stellen. Bijvoorbeeld in de vorm van enqueteurs of klasinterview.
Schrijven
- Ook het gedeelte over schrijfopdrachten begint met vijf-minutenideeën;
- Vervolgens komen schrijfopdrachten aan bod rond gedichten, zoals de copla, sms-gedicht, figuurgedicht, stiftgedicht, ruitgedicht;
- Schrijven in de vorm van een dictee; waarbij uitgangspunt is dat iemand tekst dicteert en dat een ander nauwkeurig noteert. Verschillende vormen om een dictee te geven worden genoemd. Gatendictee, stripverhalendictee, fotofoutendictee, mimedictee;
- Tenslotte creatieve schrijfideeën waarmee je de klas aan het schrijven kunt krijgen. Bijvoorbeeld Vriendenboek; met de hele klas een vriendenboek maken.
Luisteren en kijken
- Vijf-minutenideeën ; bijvoorbeeld woorden tellen in een zin die je als leerkracht uitspreekt;
- Luisterfragment via audio of video. Introductie is daarbij heel belangrijk om voorkennis, verwachting en betrokkenheid te activeren. Je kunt ook de transcriptie van een luisterfragment aan de leerlingen geven waarbij woorden of letters zijn weggelaten. Terwijl ze luisteren naar het fragment vullen ze de ontbrekende dingen aan; Na een luisterfragment kun je allerlei verwerkingsvormen doen, zoals naspelen, of uitbeelden, een nieuwsbericht ervan maken;
- Luisteren kan ook in combinatie met muziek. Meezingen met de tekst is goed voor articulatie. Leerlingen kunnen ook op dezelfde melodie een nieuwe tekst maken.
Lezen
- Vijf-minutenideeën; iedereen tegelijk hardop dezelfde tekst lezen; woorden overslaan terwijl je een tekst leest, bijvoorbeeld telkens het vijfde woord;
- Voorlezen; allerlei tips en werkvormen om voorlezen een plek te geven in je onderwijs passeren de revue. Bijvoorbeeld, leesbingo, teken wat ik voorlees.
- Teksten; verschillende ideeën voor het omgaan met teksten: begin/midden/einde verzinnen van een tekst, woorden op een lijstje geven die leerlingen in een tekst op moeten zoeken; zes W’s, leerlingen lezen een tekst en moeten antwoord kunnen geven op de vragen Wie, wat, waar, waarom, wanneer, en waarmee( hoe)
Spel
Hierbij gaat het om lesideeën in spelvorm. In dit onderdeel staan ongeveer 150 ideeën voor spelletjes rond taal. De spellen zijn ingedeeld in de volgende onderdelen:
- Vijf-minutenideeën; ABC-worm, galgje;
- Woordenschatspelletjes; Rebussen;
- Spelen met letters: Alfabetwandeling: in groepjes wandelen de leerlingen rond de school en noteren bij elke letter van het alfabet dingen die ze tegenkomen;
- Spelen met woorden: Vierwoordendiscussie;
- Spelen met zinnen; Zinnen aanvullen;
- Bingo’s;
- Quizzen;
- Groepjes vormen met of zonder behulp van materiaal.
Recensie:
1001 dynamische lesideeën voor alle taalniveaus, zegt de ondertitel van Doe maar Taal. En dat is niets teveel gezegd. Dit boek is echt een constante opsomming van ideeën om rond taal mee aan de slag te gaan. Geen boek dus dat je zomaar doorleest, wel een inspiratiebron dat elke taalbewuste school in de kast moet hebben staan, zodat leerkrachten het voor het grijpen hebben. En voor de prijs hoef je het niet te laten.
Het boek biedt veel variatie in werkvormen. Ook handig is de variatie in lesduur: van ideeën voor verloren momentjes tot groots opgezette discussievormen rond stevige thema's.
De insteek van het boek is dat er voor elk taalniveau wel wat te vinden is. Veel ideeën zijn denk ik vooral geschikt voor de midden- en bovenbouw van de basisschool en voor het voortgezet onderwijs.
N.a.v. Koen Verhoeven, Doe maar taal, 1001 dynamische lesideeën voor alle taalniveaus, Uitgeverij Acco, Leuven, 2019, ISBN 978-94-6379-224-0,
Bestellen
Het boek Doe maar Taal is te bestellen via: