Werkdruk bespreekbaar maken? Doe dit met kennis van de CAO PO. Deel 1
Marjolijn van Noord
Coach bij Aan de vaart coaching
Geraadpleegd op 13-12-2024,
van https://wij-leren.nl/werkdruk-cao-primair-onderwijs-werktijdfactor-taakbeleid.php
Veel leerkrachten ervaren een hoge werkdruk. Werkdruk ontstaat als de werkbelasting groter is dan de belastbaarheid van de persoon. Op belastbaarheid heb je als leerkracht zelf invloed, maar de werkbelasting in het Primair Onderwijs is moeilijker te beinvloeden.
Als leerkracht je werkdruk bespreekbaar maken, is makkelijker als je de CAO PO kent. Dit is deel 1 over de CAO PO met kennis die je kan helpen goed voorbereid het gesprek aan te gaan.
Werkbelasting en werkdruk
Zoals hierboven beschreven ervaren veel leerkrachten een hoge werkdruk. Deze werkdruk ontstaat als de werkbelasting groter is dan de belastbaarheid van de persoon. Op die belastbaarheid heb je als mens zelf invloed, die gaat over jou als persoon. De volgende zaken spelen een rol:
- jouw verleden;
- jouw karakter;
- hoe je met dingen omgaat;
- jouw beleving.
Werkbelasting bespreekbaar maken
Op de werkbelasting in het primair onderwijs is de invloed van de individuele leerkracht klein. Daarom is het belangrijk de werkbelasting bespreekbaar te maken op school. De basis moet namelijk wel kloppen. Deze bestaat uit drie zaken:
- de uren die je betaald krijgt, moeten voldoende kunnen zijn om het werk in te doen;
- de arbeidsomstandigheden moeten in orde zijn;
- de regels, zoals de CAO PO ondermeer voorschrijft, moeten ook nu al gevolgd worden.
Als leerkracht je werkdruk bespreekbaar maken, is makkelijker als je zelf de CAO PO kent. Je kunt dan goed aangeven hoe het staat met de werkbelasting, wat er bij jou op school goed geregeld is en wat er anders kan of moet.
De CAO kennis is regelmatig niet up to date bij leerkrachten en directeuren. Dat is ook niet zo gek, want deze cao telt 420 bladzijden en alleen de inhoudsopgave is al 20 pagina’s. Bij veel leerkrachten heeft het de interesse ook niet, ze vinden het maar gedoe en dat is jammer. Juist omdat werkdruk voor iedere persoon anders ligt, is het goed om objectief naar werkbelasting te kijken.
Deze artikelenreeks in 3 delen gaat over belangrijke zaken uit de CAO PO en kan je helpen goed voorbereid het gesprek aan te gaan over werkdruk. Dit wordt beschreven in begrijpelijke taal, zodat jij het weer aan je collega’s, directeur of bestuurder kunt uitleggen.
"De invloed van een individuele leerkracht op de werkbelasting is klein, dus maak het bespreekbaar."
De onderwerpen die in dit deel aan bod komen
De onderwerpen die in dit deel aan bod komen zijn de volgende:
- De werkuren en je werktijdfactor (artikel 2.2 t/m 2.4 CAO PO)
- 40-urige werkweek (artikel 2.2 t/m 2.4 CAO PO)
- Taakbeleid; basismodel of overlegmodel (artikel 2.8 t/m 2.14 CAO PO)
1. De werkuren en je werktijdfactor
(artikel 2.2 t/m 2.4 CAO PO)
De CAO schrijft voor dat een fulltime leerkracht 1659 uur per jaar werkt. Daarnaast heeft de fulltime leerkracht 428 verlofuren, inclusief de feestdagen.
De werktijdfactor (wtf) die je hebt vermenigvuldig je met 1659 uur en je weet hoeveel uur je per jaar moet werken. Dit zijn je totale werkuren, inclusief lesuren, voorbereiding, nawerk, ouderavonden, vergaderingen, studiedagen, nascholing, etc. Al je activiteiten vallen hieronder, ook als ze s’avonds zijn. Deze uren staan, als het goed is, vermeld op je normjaartaak.
Er staat niet in de cao dat al deze uren op school gewerkt moeten worden. Dat kan wel staan in het beleid van je stichting of school. Dat staat meestal in het taakbeleid of in het werkreglement, waarin ook de rusttijden, oftewel pauzes staan. Pauzes waarin je op kinderen moet letten, tellen niet als rusttijd voor jou. Tijdens rusttijd moet je, bij wijze van spreken, boodschappen kunnen doen.
Bij een werkdag langer dan 5,5 uur heb je recht op 30 minuten pauze, of 2 x 15 minuten tussen 10 uur en 14 uur.
De PGMR of de PMR (Het personeelsdeel van de Medezeggenschapsraad dan wel de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad) moet met de afspraken hebben ingestemd.
Vanaf 1 augustus 2015 worden werktijdfactoren vastgelegd in hele uren per week met een minimum van 8 uur. De werktijdfactor wordt als volgt berekend: werkuren per week/ 40, oftewel minimaal 8/40 = 0,2 wtf.
Werkte je al voor 1 augustus 2015 in het Primair Onderwijs, dan wordt je werktijdfactor door de nieuwe CAO niet anders.
Bespreektip
Zijn jullie als team gewoon om veel werkzaamheden thuis te doen en willen jullie dit graag voortzetten? Laat dan in het werkreglement opnemen dat het is toegestaan thuis te werken, voor zover dat kan, en deze uren onderdeel zijn van de 40-urige werkweek. Je kunt dan niet verplicht worden 40 uur per week op school aanwezig te zijn.
Het aantal uur dat thuis gewerkt mag worden is het beste vast te leggen als percentage van de aanstelling. Bijvoorbeeld 15% van de te werken uren mag thuis plaatsvinden. Op een werkdag van 8 uur is dat 1 uur.
Het is fijn als er ruimte is voor de individuele collega’s om daar te werken waar zij het meest productief zijn. Voor de een is dat thuis, waar er geen kinderen of ouders kunnen binnenlopen. Voor de ander is dat op school, omdat daar alle spullen bij de hand zijn en er een duidelijke scheiding is tussen werk en privé.
2. 40-urige werkweek
(artikel 2.2 t/m 2.4 CAO PO)
In de CAO PO staat sinds 2014 - 2015 de 40-urige werkweek beschreven. Deze is per 1 augustus 2015 uiterlijk ingegaan op alle scholen.
In een werkreglement, goedgekeurd door de PGMR en PMR, moet worden vastgelegd wat de arbeids- en rusttijden zijn.
Er is niet in de cao vastgelegd dat sprake moet zijn van 5 gelijke dagen of dat een werkdag een maximaal aantal uur mag zijn. Men kan bijvoorbeeld kiezen voor 5 x 8 uur, maar ook voor 8,5 uur per dag en op woensdag 6 uur, of zelfs voor elke dag een ander aantal uur.
In de praktijk
Voor een fulltimer met werktijdfactor 1 betekent dit dat per jaar 41,48 weken gewerkt wordt, namelijk 1659 / 40 uur = 41,48 weken. Hierbij gaan de meeste scholen voor de kinderen uit van 39,22 lesweken. Dit betekent dus ook werken in de schoolvakanties.
Hiermee wordt een poging gedaan de hoeveelheid werk te verdelen over meerdere weken, zodat de hoeveelheid werk per week omlaag gaat. Om dit in de praktijk te laten slagen, moet goed worden nagedacht over een andere planning en organisatie van het werk. Om bijvoorbeeld rapporten maken naar een schoolvakantiedag te kunnen verplaatsen, kunnen deze pas na de schoolvakantie worden uitgereikt in plaats van ervoor.
"Werk verdelen heeft een goede planning en organisatie nodig."
Wat te doen als je teveel werkt?
Bij de 40-urige werkweek is het de bedoeling dat niet meer dan 40 uur gewerkt wordt. Is er in een week een ouderavond gepland die 2 uur duurt, dan moet er ruimte zijn om af te wijken van het werkreglement en eerder die middag of een andere dag die week 2 uur eerder naar huis te gaan dan gebruikelijk.
Op deze wijze worden de werkuren verplaatst en is geen sprake van overwerk. In de praktijk is dit vaak lastig, omdat hierdoor andere werkzaamheden blijven liggen, of overleggen en vergaderen niet mogelijk is. In dat geval kan sprake zijn van overwerk.
Overwerk ontstaat als de werkgever, bijvoorbeeld je directeur, je opdraagt extra werkuren te maken bovenop de 40 uur. In het geval van de ouderavond, kunnen deze uren door je directeur als overwerk worden bestempeld. In dat geval, zegt de cao dat deze uren gecompenseerd moeten worden in dezelfde periode tussen twee schoolvakanties (vakanties inbegrepen).
Als er in de schoolvakantie een werkdag gepland staat, mag deze bijvoorbeeld 2 uur korter duren. In de praktijk zorgt de overwerkregeling ervoor dat het aantal te werken dagen in schoolvakanties vermindert.
Bespreektip
Leg binnen een school voorafgaand aan het schooljaar als de jaarplanning wordt besproken, met elkaar vast of een avondactiviteit als overwerk geldt of als verplaatsing van de werkuren in dezelfde week. Dit voorkomt discussies achteraf.
Als er behoefte is in het team om vooruit te plannen en inzicht te hebben, kan vooraf worden vastgelegd op welke dag men eerder naar huis gaat die week ter compensatie van de ouderavond. Het is niet verplicht.
3. Taakbeleid; basismodel of overlegmodel
(artikel 2.8 t/m 2.14 CAO PO)
De CAO PO geeft werkgevers de mogelijkheid om voor het taakbeleid te kiezen uit het basismodel en het overlegmodel. Bij beide modellen maken de werkgever en het team afspraken over het totaal aan overige werkzaamheden dat binnen de school moeten worden uitgevoerd. Daarbij houden zij rekening met de totale beschikbare formatie en de (on)mogelijkheden om binnen de beschikbare formatie de gewenste taken uit te kunnen voeren.
Daarnaast is bij beide sprake van individueel overleg tussen directeur en medewerker over de invulling van het dienstverband, zoals werkzaamheden, werkdagen, werktijden, de jaarkalender en professionalisering.
Het is belangrijk te weten voor welk model je school of stichting gekozen heeft, omdat er ook belangrijke verschillen zijn.
De verschillen op een rij:
- in het basismodel is sprake van een maximale lessentaak van 930 uur (op fulltime basis, bij deeltijders geldt naar rato), in het overlegmodel niet. Meer uren lesgeven kan alleen bij individuele overeenstemming hierover voorafgaand aan het schooljaar;
- in het basismodel is sprake van een tabel als richtlijn om het aantal dagdelen dat een parttimer inzetbaar moet zijn per week te bepalen;
- het overlegmodel kan slechts worden ingevoerd na een invoeringsprocedure langs GMR en PMR. Ook moet een meerderheid van de medewerkers op een school instemmen.Dit moet elke 3 jaar opnieuw gebeuren. Lukt het niet om instemming te krijgen, dan geldt het basismodel;
- In het overlegmodel geldt een individuele opslagfactor (zie opslagfactor) in plaats van een algemene. Deze kan van veel factoren afhangen, zoals bijvoorbeeld groepsgrootte, ervaring van de leerkracht, aantal zorgkinderen, etc. Welke factoren moet worden vastgelegd in het invoeringsplan op school, welke door PMR en de meerderheid van het personeel is vastgesteld.
Er zijn, zoals je ziet, voorafgaand aan het schooljaar in beide modellen een hoop zaken die besproken en vastgelegd moeten worden. Zowel op teamniveau als op individueel niveau.
De CAO PO probeert met de keuze voor basis of overlegmodel het mogelijk te maken dat elk team de CAO inzet op een manier die voor dat team werkbaar is. Er is ruimte voor eigen invulling en verschillen tussen leerkrachten, bijvoorbeeld omdat sommigen een grotere groep hebben met veel zorgleerlingen en anderen een kleine groep.
Diversiteit, daar draait het om. Het biedt ruimte om leerkrachten dat te laten doen waar ze goed in zijn en wat er op dat moment voor de groep of de school nodig is.
"Het zou mooi zijn als elke leerkracht werkzaamheden doet die hem of haar het minste werkdruk oplevert."
Bespreektip
De invulling van de werkzaamheden mag per leerkracht verschillen, zowel in de omvang van de lesuren als in de opslagfactor. Als je de opslagfactor afhankelijk maakt van de groepsgrootte en het aantal zorgleerlingen, vergeet dan ook niet om de opslagfactor te verlagen bij kleine, homogene groepen. Zo ontstaat bij de leerkrachten met een kleine groep ruimte om meer taken te doen.
Hoe mooi zou het zijn als elke leerkracht die werkzaamheden kan doen, die haar of hem de minste werkdruk geven? Dat zijn de werkzaamheden die passen bij de belastbaarheid van de persoon. Bijvoorbeeld liever meer les en minder commissies, of liever minder les en veel zorgtaken.
Verder lezen
Tot zover deel 1. In deel 2 over de CAO PO wordt ingegaan op de normjaartaak, de opslagfactor en in deeltijd werken.
Deel 3 gaat over duurzame inzetbaarheid, professionalisering, zwangerschaps- en ouderschapsverlof en salaris tijdens ziekte.