Kennisplatform
Kindgesprekken voeren - hoe doe je dat? Gratis leermodules van Noëlle Pameijer en Karen van Kooten.

Hoe komen we van deze rotonde? Over het belang van creatief en probleemoplossend denken bij schoolontwikkeling

Myriam Lieskamp
auteur, onderwijsadviseur, senior strategisch beleidsmedewerker bij Myriam Lieskamp  

Lieskamp, M. (2019). Hoe komen we van deze rotonde? Over het belang van creatief en probleemoplossend denken bij schoolontwikkeling.
Geraadpleegd op 04-10-2024,
van https://wij-leren.nl/hoe-komen-we-van-deze-rotonde-af.php
Geplaatst op 10 december 2019
Van deze rotonde

Myriam Lieskamp is hoofdredacteur van de boekenserie: samen leidinggeven aan de onderwijspraktijk. Het zijn interessante boeken over diverse onderwijskundige onderwerpen. In het boek 'Hoe komen we van deze rotonde? Over het belang van creatief en probleemoplossend denken bij schoolontwikkeling' gaan Reiken en Loenen in op leidinggeven in het onderwijs, waarbij creatieve denkkracht een belangrijk onderdeel is! 

Deel 1: kader voor creatief denken en onderwijsontwikkeling

Hoofdstuk 1: Over creativiteit

Bij creativiteit denken we al snel aan de kunsten. En de kunsten gaan natuurlijk over creativiteit, maar creativiteit is veel breder: het zien, vinden of doen van iets nieuws, het gebruiken van ons aangeboren voorstellingsvermogen. Iedereen beschikt over een creatief vermogen, maar er is een bepaalde modus en een rijke (leer)omgeving nodig om deze tot uiting te laten komen.

Individuele kenmerken van iemand die creatief denkt, zijn:

  • het denken buiten gebaande paden
  • nieuwe samenhangen kunnen zien
  • het durven nemen van (verantwoorde) risico’s
  • fouten kunnen zien als leermogelijkheden
  • een ondernemende en onderzoekende houding

Daarnaast spelen aspecten als stemming, persoonlijk leiderschap, vaardigheid en toepasbaarheid een belangrijke rol om met creatief denken ook echt tot vernieuwing te komen.

Hoofdstuk 2: Denken over denken

Creativiteit kan ernstig worden beperkt door (vastgeroeste) denkpatronen. Denkpatronen ontstaan door alle ervaringen die we opdoen waardoor routines ontstaan. Deze routines helpen ons om niet over élke hande- ling na te hoeven denken. Bij creativiteit gaat het om het doorbreken van deze patronen en gewoontes. Dit kan weerstand oproepen. Daarnaast zijn er mentale modellen en belemmerende overtuigingen die ons gedrag bepalen en veranderingen lastig maken.

Veranderingsprocessen worden beïnvloed door ieders persoonlijke denken en handelen. Een brede samenstelling van denkstijlen en vaardigheden in een team maakt de kans op succes groter, als er ruimte is voor begrip voor elkaars verschillen in bijvoorbeeld focus en drijfveren.

Ten slotte kan bedrijfsblindheid een obstakel zijn bij (het denken over) ontwikkeling in de school, omdat er daardoor minder mogelijkheden worden gezien.

Hoofdstuk 3: De context van het creatieve proces

Om succesvol te ontwikkelen, kijken we in dit boek ook naar een aantal aspecten binnen de school die van grote invloed zijn. Zo is er allereerst de kwaliteit en de verandercapaciteit van de school. Het is van belang om goed zicht te hebben op de eigen schoolomgeving.

Een school is gebaat bij een professionele leergemeenschap: doorlopend elkaar ontmoeten, samen reflecteren en samen leren, met als doel het verbeteren van het leren van de leerlingen. De Rijnlandse benadering sluit goed aan bij een professionele leergemeenschap, waarin twee aspecten centraal staan:

  • de persoonlijke ontwikkeling van medewerkers;
  • het primaire proces.

Deze Rijnlandse benadering kent vele voordelen (zoals innovatiecultuur en innovatieve en inspirerende leiderschapsstijl), maar ook enkele nadelen (waaronder veel overleg en minder ondernemerschap).
Intrinsieke motivatie, werkplezier en samenwerken zorgen echter voor een werkomgeving waar veel nieuwe ideeën bedacht kunnen worden.

Om te bepalen waar je je beperkte tijd en energie aan besteedt bij ontwikkeling in de school, is het hebben van een missie met focus belangrijk. Een missie is een inspirerend, uitdagend en dynamisch beeld van de toekomst, die perspectieven biedt over een periode van drie tot vijf jaar.

Als schoolleider kun je in bovenstaande aspecten sturen, initiëren en inspireren. Je bent rolmodel waarbij je als leider een aantal basiscompetenties inzet. Het grootste obstakel richting een creatieve organisatie is in de regel tijd (lees: prioriteit). Hierdoor kom je vaak in een vicieuze cirkel waarin je steeds hetzelfde blijft doen en er geen ruimte ontstaat voor creativiteit.

Hoe beter je jezelf en de omgeving kent, des te gemakkelijker zal het zijn om creativiteit succesvol toe te passen binnen schoolontwikkeling.

"Als schoolleider kun je sturen, initiëren en inspireren. Je bent rolmodel."

Deel 2: van ambitie naar acties met impact

In deel 1 zijn we ingegaan op een aantal omgevingsfactoren die het creatieve proces beïnvloeden. In dit tweede deel gaan we met tekst, uitleg en oefeningen in op de 4 fasen van het creatieve proces:

  • Fase 1 – Probleemstelling: stilstaan bij het verlangen
  • Fase 2 – Divergeren: het bekende loslaten
  • Fase 3 – Convergeren: kiezen
  • Fase 4 – Uitvoeren: laat het werkelijkheid worden

Hoofdstuk 4: Stilstaan bij het verlangen

De eerste fase van het creatieve proces betreft het concreet maken van het verlangen. Het is de fase van het onderzoeken en uiteindelijk bepalen van een probleemstelling.

Je kunt zeggen dat er sprake is van een probleem als de huidige situatie niet overeenkomt met de gewenste situatie. Zet hierbij in op dingen die er écht toe doen, die fundamenteel zijn voor jullie missie en waar je daadwerkelijk invloed op hebt. Zorg er hierbij voor dat alle betrokkenen oprecht begrijpen en voelen wat de opbrengsten van de verandering(en) zullen zijn, anders is de kans op terugvallen in het bekende groot.

Vaak is het eerste probleem dat we tegenkomen niet het echte probleem. Met de ‘5x waarom’-methode kun je eenvoudig onderzoeken wat het echte probleem is. Het is belangrijk tijd te nemen voor deze fase van het proces voordat je tot de formulering van een krachtige probleemstelling overgaat.

Een goede probleemstelling:

  • bestaat bij voorkeur uit één zin
  • is actief geformuleerd en benoemt ook de probleemeigenaar
  • start met ‘Hoe…’ of ‘Bedenk…’
  • focust op het verlangen en is daarom positief geformuleerd

Door de probleemstelling SMART te formuleren, kun je je probleemstelling net wat scherper, dwingender of ambitieuzer formuleren. En vooral: zet in op onderwerpen waarvan de ambitie torenhoog is. Alleen dan zal het lukken om door te zetten en de obstakels die ongetwijfeld zullen komen te overwinnen.

Hoofdstuk 5: Hoe we nu creatief naar de oplossing gaan werken

Bij de meeste problemen kiezen we vaak, bewust of onbewust, voor de eerste de beste oplossing die zich aandient. Creatief ben je dan echter nog niet geweest. Begin daarom met een braindump om je hoofd leeg te maken en ruimte te creëren voor echte creatieve oplossingen.

In deze tweede fase gaan we vervolgens divergent denken: het zoeken naar alternatieven. Dit doe je door (alleen in deze fase) je eerder vastgestelde probleemstelling aan te passen, of te combineren met begrippen of situaties die in eerste instantie niets met het probleem te maken lijken te hebben. Dit is voor veel mensen ongemakkelijk, onlogisch. Het vergt enige oefening om divergerende technieken goed te gebruiken.

Bij divergent denken gelden de volgende afspraken:

  • stel je oordeel uit;
  • ga voor kwantiteit;
  • leg verbindingen;
  • zoek het nieuwe;
  • schrijf alles op.

Afhankelijk van je ambities en hoeveelheid tijd kun je één of meerdere rondes divergeren, waarbij je verschillende divergeertechnieken kunt gebruiken.

"Begin met een braindump om je hoofd leeg te maken en ruimte te creëren voor echte creatieve oplossingen."

Hoofdstuk 6: Kiezen uit de vele mogelijkheden

Na de divergerende fase zul je uit een grote hoeveelheid nieuwe mogelijkheden tot een keuze moeten komen. Dit is de fase van convergeren.

De regels die hierbij gelden zijn:

  • positieve benadering;
  • houd het nieuwe in ere;
  • focus op je probleemstelling;
  • vertrouw je intuïtie.

Een belangrijke vraag om steeds opnieuw te gebruiken is deze:
‘Hoe kan het idee van [mogelijkheid die gevonden is tijdens divergeren in fase 2] helpen om [probleemstelling zoals geformuleerd in fase 1]?’

Wanneer je veel mogelijkheden hebt om uit te kiezen, kan de COCD-box je helpen om je opties te categoriseren door ze op twee criteria te toetsen:

  • Hoe origineel is het idee?
  • Hoe haalbaar, realiseerbaar, is het idee?

De COCD-box helpt je om samen in een groep bij veel gevonden mogelijkheden toch snel, eenvoudig en democratisch te kiezen. Wat je ook doet, maak een keuze. Het grootste gevaar is om niet te kiezen en te blijven doen wat je al deed.

Hoofdstuk 7: Laat het werkelijkheid worden

Fase 4 gaat over het toepassen van de gekozen oplossing, over de uitvoering ervan. Hierbij zijn samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid van belang. Het kan niet anders dan dat je ‘beren op de weg’ tegenkomt die je willen tegenhouden om vastgeroeste gewoontes los te laten.

Om succesvol te zijn, helpt het om de te zetten stappen al een keer in je hoofd te doen (door ze hardop uit te spreken of op te schrijven). Hiermee vergroot je de kans op succes. Het is volstrekt logisch dat bij groei en innovatie gevoelens van onzekerheid en onveiligheid meespelen, maak deze daarom concreet en bespreekbaar.

Hierin verschillen we van persoon tot persoon, waarbij we ook verschillende denkwijzen hanteren. Met de ‘denkhoeden’ van De Bono kun je deze denkwijzen concreet maken, wat niet alleen verrassend nieuwe invalshoeken en alternatieven oplevert, maar ook meer begrip geeft voor de denkwijzen van collega’s.

De eerste tijd dat er gewerkt wordt met de nieuwe oplossing is de kans op een zogenaamde implementatie- dip groot. Je vraagt van jezelf en collega’s om op vier verschillende velden tegelijk te schakelen:

  • overtuigingen;
  • rolmodellen;
  • systemen en processen;
  • vaardigheden.

Je moet blijven zorgen dat de ‘waarom’-vraag steeds adequaat beantwoord kan worden. Zowel fysiologisch als psychologisch streeft de mens naar continuïteit om orde en rust te krijgen. Valkuilen als perfectionisme (angst om te falen), frustratie (je voelt je weer onbekwaam) en rationaliseren (goedpraten om het bij het oude te kunnen laten) liggen hier op de loer en willen je in je comfort zone houden. Ook hier geldt: maak ze bespreekbaar.

Vergeet tot slot bij het doorlopen van de vier fases in het creatieve proces niet om (tussentijds) te evalueren, te waarderen en gezette stappen te vieren.

"Maak valkuilen bespreekbaar!"

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Bestellen

Het boek Van deze rotonde is te bestellen via:



Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.