Gedraag je!
Marleen Legemaat
Redactielid bij Kennisplatform Wij-leren.nl
Geraadpleegd op 16-10-2024,
van https://wij-leren.nl/gedraag-je-toegepaste-gedragsleer.php
'Gedraag je!' wordt er regelmatig geroepen als leerlingen niet doen wat je graag ziet. Maar wat is je gedragen eigenlijk? In het boek Gedraag je! gaan twee psychologen in op de vraag hoe je gedrag kunt beïnvloeden. Met de principes uit de gedragsleer kunnen volgens hen ook leerkrachten prima uit de voeten.
Dit boek wil leerkrachten effectieve technieken van de toegepaste gedragsleer (TGL) in handen geven die het werken in de klas plezieriger maken. Want het is heel vermoeiend als je op elk moment van de dag probeert ongewenst gedrag te voorkomen of onder controle te houden. Aan het einde van de dag ben je dan op. Als je dit op je intuïtie doet, kan het zo zijn dat je ongewild gedrag versterkt of in stand houdt.
Hoe kun je anders met (on)gewenst gedrag om gaan? In vijf hoofdstukken laten de auteurs dit zien:
Hoofdstuk 1 Toegepaste gedragsleer
Dit theoriehoofdstuk behandelt de drie basiswetten van TGL.
De theoretische kaders waarbinnen dat gebeurt zijn die van
- De leertheorie - leerprincipes die laten zien hoe mensen leren.
- De hechtingstheorie met haar drie basisbehoeften (competentie, autonomie, relatie).
Leerprincipes uit de leertheorie (Toegepaste Gedragsleer, TGL) zijn:
- Gedrag dat je beloont, neemt toe
- Gedrag dat je straft, wordt onderdrukt
- Gedrag dat je negeert, dooft uit.
Als leerkracht moet je helder hebben wat je als gewenst en als ongewenst gedrag ziet. Belangrijk is dat je goed waarneemt – horen en zien zonder direct te interpreteren.
Ongewenst gedrag doet vaak iets met de leerkracht: het roept emotie op. Vaak framen we de werkelijkheid doordat we haar gelijk interpreteren, zonder precies waar te nemen wat er nu eigenlijk gebeurt. Een stappenplan om leerlinggedrag te analyseren kan hierbij helpen.
Wanneer ongewenst gedrag doorgaat, moet er ergens voor de leerling een ‘beloning’ zitten die het gedrag in stand houdt. Met allerlei voorbeelden, schema’s en observaties wordt duidelijk gemaakt hoe dit werkt.
Gedrag is pas een probleem als het het leerproces van andere leerlingen belemmert of verstoort
Storend gedrag is altijd ongewenst, maar ongewenst hoeft niet per se storend te zijn, althans niet storend voor anderen.
Hoofdstuk 2 Het creëren van een goed werkklimaat
Als er nog geen of nauwelijks problemen zijn is het goed om preventief met TGL aan de slag te gaan om een goed werkklimaat te stimuleren.
Wat kun je doen?
- Klassenregels positief stellen zonder het woordje niet erin: Bijvoorbeeld: in de gang lopen we rustig ipv je mag niet hollen in de gang
- Laat uw leerlingen weten wat u van ze verwacht: verwijs regelmatig naar school- en klassenregels.
- Benoem en beloon gewenst gedrag – want als je het nooit meer benoemt, komt dat neer op negeren en dooft het uit.
- Hanteer de positief/negatief ratio als handige maat: dit is de verhouding positieve opmerkingen tegenover negatieve die u maakt naar de leerlingen toe. De verhouding tussen negatieve en positieve interacties moet zo zijn dat er voor elke negatieve interactie er minstens twee positieve zijn.
Een op TGL gebaseerde methodiek heet Wacht, Hint Prijs (WHP):
Wacht na het stellen van een vraag of het geven van een opdracht. Komt de leerling er niet uit, geef dan een hint. En vergeet niet de leerling feedback te geven: prijs als hij er na de hint uitgekomen is.
Hoofdstuk 3: Probleemgerichte technieken
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de vraag waarom het zo lastig is om niet op probleemgedrag te reageren. Ook worden manieren aangereikt om te breken met gedrag dat onbedoeld probleemgedrag in stand houdt of uitlokt.
Het is beter je op te stellen als coach dan als leider: u nodigt uw leerlingen uit tot teamwork en geeft hen verantwoordelijkheid. Zo komt u tegemoet aan basisbehoeften als autonomie en competentie.
Probleemgedrag is gedrag dat regelmatig voorkomt. Om te blijven voortduren moet het op de één of andere manier beloond worden. Het is belangrijk te analyseren waardoor het bekrachtigd wordt. In plaats van het probleemgedrag is het belangrijk duidelijk doelgedrag te formuleren.
In dit hoofdstuk vinden we veranderingstechnieken, voorbeelden en stappenplannen om probleemgedrag te analyseren.
Leerkrachten ervaren vaak een (negatieve) beloning in reageren op ongewenst gedrag omdat het gedrag voor korte tijd ophoudt. Helaas komt het ongewenste gedrag meestal heel snel weer terug, omdat straffen het ongewenste gedrag alleen maar onderdrukt.
Het is goed daar als leerkracht bewust van te zijn: eerst rustig worden (tot 5 tellen…) en dan een positieve, helpende reactie geven, bijvoorbeeld aandacht geven aan leerlingen die het wél goed doen.
Mag straffen dan nooit? Jawel maar wees er zuinig mee. Ga bij uzelf te rade of het gedrag echt tot de categorie ‘niet te negeren’ hoort. Meestal gaat het dan over gedrag dat gevaarlijk is voor de leerling zelf of voor anderen.
Hoofdstuk 4 Ouders
De huidige generatie kinderen wordt wel de pretparkgeneratie of applausgeneratie genoemd. Volgens hun ouders zijn ze allemaal bijzonder. Leerkrachten kunnen extreem verantwoordelijk worden gemaakt voor alles wat er goed of fout gaat met kinderen. Het is goed om achter welk gedrag dan ook van ouders steeds de onderliggende bezorgdheid voor hun kind te proeven. Dit maakt het al een stuk gemakkelijker.
Het is belangrijk dat er tóch een zekere afstand blijft tussen beide milieus van school en thuis waarin het kind zich beweegt.
Al te frequente rapportage tussen school en thuis, waardoor de leerkracht vrijwel alles weet van wat er thuis gebeurd is en omgekeerd, verstikt een kind.
In oudergesprekken is het basisprincipe: luister en laat merken dat u luistert. Vat regelmatig woorden van ouder samen of herhaal ze. Stel vragen. Dit heet actief luisteren maar beter is het selectief actief luisteren. U wilt ongewenst gedrag van ouders immers niet in stand houden. Ga in op woorden die gewenst gedrag uitdrukken en negeer andere woorden. Zo leert u positieve elementen en goede bedoelingen te ontdekken in wat ouders zeggen, ook als die zich anders presenteren. In dit hoofdstuk worden zes patronen benoemd en uitgewerkt waarop houdingen van ouders terug te voeren zijn.
Hoofdstuk 5: Implementatie
In dit laatste hoofdstuk staan suggesties om TGL succesvol in te voeren, eventueel ook op schoolniveau. Vaak is er weerstand om TGL in te voeren: tien argumenten die daarbij worden krijgen een weerwoord – hier volgen er drie van de tien:
- Problemen komen door de thuissituatie van leerlingen; daar is toch niets aan te doen
Maar: Tijdens schooluren heeft u veel invloed en bent u de meest bepalende figuur.
- Hij/zij heeft een stoornis of het zit in de genen
Maar: Ook deze kinderen moeten zich ontwikkelen, frame ze niet te veel als kind met stoornis want daardoor brengt u uw invloed terug tot nul.
- TGL is manipuleren
Maar: Gedragswetten werken zoals ze werken en het gaat er bij TGL om dat je er bewust gebruik van maakt. Positieve opmerkingen die je maakt zijn wel gemeend, maar dát je ze maakt is professioneel handelen.
Bijlage
Aan het einde van elk hoofdstuk staan meerkeuze-vragen. In de bijlage worden de juiste antwoorden besproken.
Recensie
Psychologen die leerkrachten een handje helpen met kennis uit hun vakgebied. Zo zou je dit boek kunnen zien.
Een interessant boek over het toepassen van gedragsleer in de schoolsituatie. Het voorwoord geeft aan: heel geschikt voor leerkrachten die op hun tenen lopen en de sfeer in de klas als negatief ervaren.
Sommige elementen uit dit boek zijn eyeopeners, andere zijn voor de hand liggend. Bijvoorbeeld dat het maken van meer positieve dan negatieve opmerkingen voor een betere sfeer zorgt. Eigenlijk weet iedereen dat wel en het wordt in het boek ook zo benoemd: natuurtalenten doen dit vanzelf vaak al goed – alleen niet iedereen ís een natuurtalent.
Daarom is het mooi dat dit boek je bewust maakt van hoe bepaald gedrag in stand wordt gehouden en handvaten geeft voor het omgaan met (on)gewenst gedrag. En hoe je structureel gewenst gedrag kunt bevorderen.
De schrijfstijl is tamelijk afstandelijk – leerkrachten worden met u aangesproken – en sommige zinnen hadden voor de leesbaarheid wel doormidden gemogen.
De lay-out van het boek in een retro-setting met de wat ambivalente titel ‘gedraag je’ kan voor verwarring zorgen: is dit nu toch een boek uit de jaren zeventig? Nee dus! Helemaal 2018!
Bestellen
N.a.v. Chris Struiksma en Henck van Bilsen, Gedraag je! Toegepaste gedragsleer voor een goed leerklimaat in de klas, Bazalt Educatieve Uitgaven 2017
Bestellen
Het boek Gedraag je! is te bestellen via: