Uitvoeren en evalueren van het groepsplan
Arjan Clijsen
Senior adviseur KPC Groep bij KPC Groep
Geraadpleegd op 20-09-2024,
van https://wij-leren.nl/zorgroute-vo-4-6.php
Doel
Wie
Wat nodig
|
Het groepsplan is opgesteld. In stap 6 van de cyclus HGW voeren de mentor en docenten het groepsplan uit en evalueren na afronding van het plan of de gestelde doelen bereikt zijn en de aanpak gewerkt heeft. De uitkomsten uit de evaluatie worden gebruikt om in de volgende cyclus een nieuw groepsplan op te stellen (zie ook hoofdstuk 5)
4.6.1 Uitvoering van het groepsplan
De mentor en docenten voeren het groepsplan in de afgesproken periode (duur van een cyclus) uit. Hierbij kijken zij of de voorgestelde aanpak daadwerkelijk werkt. Op basis van waarneming en reflectie passen mentor of docent, indien nodig, het groepsplan tussentijds aan.
Uitvoering is de maat van alles
Vaak wordt in het onderwijs verondersteld dat een opgesteld plan ook 'automatisch' in de groep uitgevoerd wordt. Niets is minder waar. De praktijk leert dat groepsplannen en handelingsplannen dikwijls niet uitgevoerd worden of na al enkele weken in de la verdwijnen. Het heeft geen enkele zin veel tijd en energie in het opstellen van plannen te steken als die vervolgens niet uitgevoerd worden.
Het is daarom essentieel dat het groepsplan een 'werkdocument' is dat mentor en docenten actief gebruiken bij de dagelijkse planning en uitvoering van hun onderwijs. Een (week)rooster, waarin gepland staat wanneer welke subgroepjes leerlingen extra instructie en begeleiding ontvangen, kan hierbij goed van dienst komen. Ontwerp zelf in school een (week)rooster, waarin mentor en docenten gekoppeld aan het groepsplan aangeven wanneer ze welke subgroepjes leerlingen instructie of begeleiding bieden. Als werkdocument worden hoge eisen aan het groepsplan gesteld. Het opgestelde groepsplan moet praktisch, handzaam en haalbaar zijn en mentor en docenten concrete aanwijzingen bieden die uitvoerbaar zijn.
Vooral bij vakoverstijgende groepsplannen is van belang dat alle betrokken docenten zich eigenaar voelen van het plan en bereid zijn dit uit te voeren. Als deze gezamenlijke verantwoordelijkheid ontbreekt, brokkelt de uitvoering van het groepsplan al snel af. De mentor is de spil in de uitvoering van het vakoverstijgende groepsplan en ziet toe op een goede uitvoering. Mentorlessen lenen zich goed om in de hele groep of in subgroepjes aandacht te besteden aan algemene sociale vaardigheden en studievaardigheden; denk bijvoorbeeld aan onderwerpen als leren plannen, structureren van een werkstuk, pesten, hoe ga je met elkaar om en hoe zit ik in mijn vel. Zorg voor transfer naar de vaklessen.
Groepsplannen worden niet vrijblijvend opgesteld, maar vragen een inspanningsverplichting. Het is daarom goed dat de afdelingsleiders en het management van school stelselmatig volgen of de plannen daadwerkelijk conform de afspraken uitgevoerd worden. Daarnaast is het goed om in kaart te brengen waar mentoren of docenten bij het uitvoeren van de plannen ondersteuning bij nodig hebben, bijvoorbeeld ten aanzien van het instructiegedrag, de lesopbouw en het klassenmanagement. Naar analogie van de onderwijsbehoeften van leerlingen is het goed om de ondersteuningsbehoeften van mentoren en docenten vast te stellen. Klassenbezoeken bieden hier veel zicht op. Maak in school afspraken over het coachen van mentoren en docenten bij het uitvoeren van groepsplannen.
Observeren, reflecteren en bijstellen
Tijdens de uitvoering van het plan observeren de mentor en de docenten of de in het groepsplan voorgestelde aanpak werkt en het beoogde resultaat heeft. Mentor en docenten kijken naar hun eigen handelen en analyseren of de leerlingen profiteren van de (extra) instructie en het (extra) aanbod. Op basis van deze analyse en reflectie kan de mentor of docent besluiten het groepsplan tussentijds bij te stellen, aan te passen of aan te vullen. Tussentijdse bijstellingen of aanpassingen worden in een andere kleur of cursief in het groepsplan genoteerd. Sommige mentoren of docenten houden tijdens de uitvoering van het groepsplan een logboek bij waarin ze bijvoorbeeld noteren wat goed werkt, wat extra aandacht nodig heeft en wat de resultaten zijn.
Scholen kiezen zelf in welke frequentie zij de cyclus HGW per schooljaar uitvoeren. Als op basis van deze keuze het groepsplan méér dan 10 weken bestrijkt, verdient het aanbeveling om halverwege de periode van uitvoering standaard de voortgang van het groepsplan onder de loep te nemen en te onderzoeken waar bijstelling of aanvulling van het groepsplan nodig is.
Zonder zo'n tussentijdse reflectie dreigt het groepsplan aan actualiteit te verliezen en is het geen werkdocument meer.
De kennis en ervaring die mentoren en docenten tijdens het eerste invoeringsjaar opdoen met het opstellen en uitvoeren van groepsplannen komen goed van pas in volgende jaren. Het opstellen van de plannen kost dan beduidend minder tijd en de uitvoering ervan verloopt makkelijker.
Klassenbezoeken
Klassenbezoeken zijn een goed middel om met betrekking tot de uitvoering van de groepsplannen de vinger aan de pols te houden en na te gaan waar mentoren of docenten ondersteuning bij nodig hebben. Bij een klassenbezoek is het niet de bedoeling om de mentor of docent te beoordelen. Centraal staat de begeleidingsvraag of ondersteuningsbehoefte van de mentor of docent, die voorafgaand aan het bezoek vastgesteld is. Na afloop van het klassenbezoek vindt een nabespreking met de mentor of docent plaats, waarin de vraag van de mentor of docent beantwoord wordt, feedback gegeven wordt en samen geïnventariseerd wordt waar verbeterpunten liggen en hoe die opgepakt worden.
Doel klassenbezoeken
|
In het draaiboek invoering onderwijszorgroutes in het voortgezet onderwijs staat de introductie en opzet van klassenbezoeken in school toegelicht. In dit draaiboek is eveneens een checklist opgenomen met aandachtspunten voor een klassenbezoek, zoals instructiegedrag, opbouw van de les, begeleiding van subgroepjes leerlingen en besteding van beschikbare leertijd. De uitvoering van groepsplannen vraagt een effectief klassenmanagement. In bijlage 8 treft u tips aan voor een effectief klassenmanagement.
4.6.2 Evaluatie van het groepsplan
Na afronding van een vakoverstijgend of vakspecifiek groepsplan wordt geëvalueerd of de in het plan gestelde doelen bereikt zijn. Er vindt een reflectie plaats op het eigen handelen en op de resultaten daarvan.
In de praktijk zien we dat het evalueren van het groepsplan vaak onvoldoende aandacht krijgt of zelfs overgeslagen wordt. Dat is jammer, omdat door het ontbreken van een goede evaluatie het opstellen van het nieuwe groepsplan bemoeilijkt wordt en men in school onvoldoende inzicht verwerft in welke aanpak of welk aanbod goed werkt en school geen verantwoording kan afleggen over wat de resultaten zijn van de extra tijd en middelen die ingezet zijn.
Het vakoverstijgende groepsplan wordt door de mentor met de docenten in de groepsbespreking geëvalueerd. De docenten geven in deze bespreking aan of het aanbod in hun praktijk uitvoerbaar was, gewerkt heeft en het gewenste resultaat had. De evaluatie biedt belangrijke informatie voor het opstellen van het nieuwe groepsplan: Wat heeft de komende periode voortgang nodig en waar zijn aanpassingen in het aanbod gewenst? Het vakspecifieke groepsplan wordt door de docent geëvalueerd. Wellicht kunnen reflectie op het aanbod en de resultaten daarvan ook een plek krijgen in het overleg binnen de vaksectie of binnen een kernteam.
Bij het evalueren van een groepsplan worden de volgende stappen gezet:
- Zijn de in het groepsplan geplande activiteiten (voor de hele groep en subgroepen) afgerond? Zo nee, wat is hiervan de oorzaak?
- Zijn de in het groepsplan gestelde doelen bereikt? Binnen een subgroepje wordt per leerling nagegaan of de leerling de doelen behaald heeft. Wat is de oorzaak dat doelen niet bereikt zijn? Welke factoren in de instructie, leeromgeving, begeleiding en gekozen clustering hebben bijgedragen aan het niet bereiken van de doelen? Waren de doelen realistisch: niet te hoog of te laag gegrepen? Wat betekent dit voor de doelen die in het nieuwe groepsplan nagestreefd worden?
- Hebben de leerlingen geprofiteerd van de aanpak en het aanbod? Wat zijn de behaalde resultaten?
- Wordt de aanpak of het aanbod de komende periode voortgezet of afgebouwd? Welke aanpassingen zijn de komende periode nodig in het aanbod, de aanpak en/of de leeromgeving?
Kijk bij het evalueren niet alleen naar de resultaten en vorderingen van de leerlingen, maar ook naar het eigen handelen. Evalueren vraagt een kritische reflectie op het eigen handelen.
Analyseer de wisselwerking tussen het eigen handelen en het gedrag en de resultaten van de leerlingen.
Vergeet bij het evalueren niet de behaalde successen te benoemen en met elkaar te vieren.
Ga bij het evalueren in gesprek met de leerling. Vraag aan de leerling of de gestelde doelen bereikt zijn, wat daaraan bijgedragen heeft, waar aanpassing nodig is en hoe we verder gaan.
Hierbij is van belang dat de leerling inzicht heeft in zijn eigen ontwikkeling en de vorderingen die hij gemaakt heeft. Vier de behaalde successen met de leerling.
De behaalde resultaten en uitkomsten van de evaluatie worden in het groepsplan genoteerd, bijvoorbeeld in de kolom 'Evaluatie' of in een apart vak 'Evaluatie' onderaan het groepsplan. Het groepsoverzicht en het geëvalueerde groepsplan worden samen opgeslagen en bewaard in het leerlingvolgsysteem van school (groepsdossier), zodat achteraf altijd nagetrokken kan worden wat aan leerlingen (extra) aangeboden is en met welk resultaat. Deze groepsoverzichten en groepsplannen zijn ook een belangrijke bron van inspiratie, met goede praktijkvoorbeelden, voor het in de toekomst opstellen van nieuwe groepsplannen.
Aandachtspunten voor het uitvoeren en evalueren van groepsplannen
|
Bijlagen
Bij dit artikel hoort een Draaiboek onderwijszorgroutes VO.