Ontwikkelkansen in een 50% onderwijssituatie: benut de input van ouder en kind.
Martine Blonk - Meulenkamp
Onderwijsadviseur bij Driestar Onderwijsadvies
Geraadpleegd op 06-12-2024,
van https://wij-leren.nl/contact-op-afstand.php
Dit artikel is geschreven samen met Neely Anne de Ronde-Davidse, lector inclusieve klassen bij Driestar educatief
Minister Arie Slob schreef erover in zijn brief aan het onderwijsveld op 7 april j.l. De boodschap is eenduidig: “Het motiveren van leerlingen om actief betrokken te zijn bij het leren, is belangrijker dan het aanbieden van alle geplande lesstof.”
Inmiddels zitten de eerste weken van thuisonderwijs (ook wel onderwijs op afstand genoemd) erop en gaan de scholen weer voor 50 % starten. We merken dat veel kinderen en ouders enthousiast aan de slag gegaan zijn en dat veel leerkrachten de leerlingen op afstand ondersteunen. Werken aan relatie en vertrouwen, het groepsgevoel niet te veel verliezen is een opgave als dat digitaal moest. Toch is het ontzettend belangrijk om juist veel aandacht aan relatie en vertrouwen te besteden in de komende tijd.
In dit artikel gaan we hier dieper op in en geven we enkele tips om hieraan te blijven werken in deze tijden van fysieke afstand. We richten ons in dit artikel op de mooie kansen die er liggen in (online) kind- en oudergesprekken en op gesprekken met de groep. We doen dit, omdat zolang de scholen niet volledig open zijn en er ook nog kinderen zijn die door omstandigheden thuis blijven, er ook mooie kansen liggen in de (online) gesprekken die er in de afgelopen periode zijn ingezet.
Aandacht voor relatie door er te zijn voor je leerlingen
Relatie en vertrouwen zijn belangrijke voorwaarden om tot leren te komen (zie bijvoorbeeld het basisbehoeften model van Luc Stevens). Kinderen hebben de leerkracht nodig om gezien te blijven. Op school kunnen ze hun verhaal kwijt, leerkrachten ondersteunen hen bij het leerproces, hebben goed zicht op hun competenties en daaraan verbonden behoeften, dat is ineens veranderd. Ouders nemen dat contact nu echt niet helemaal over, sterker nog, kinderen hebben dat contact met hun leerkracht hard nodig.
Zeker omdat de Corona-crisis iets met kinderen doet, er komt emotie bij kijken.
De ene leerling is er misschien rauwig om dat de school weer begint en kwam thuis helemaal tot bloei, de ander kan bang zijn, er kunnen spanningen in het gezin zijn ontstaan of kinderen kregen te maken ziekte of rouw. Het is belangrijk dat kinderen die gevoelens kwijt kunnen. Gerdien Bertram-Troost verwoorde dat mooi in een opinie stuk met als strekking dat ‘zorg voor de ziel’ nu hard nodig is. We zijn kwetsbaar als mensen en de Corona-crisis benadrukt dat extra. ‘Zorg voor de ziel’ op afstand is wel anders, omdat het nu aankomt op veel zenden zijn vanaf jouw kant als leerkracht. Je ziet immers niet direct hoe kinderen binnenkomen, je kunt niet altijd peilen hoe ze zich voelen en kinderen (en hun ouders) zullen minder snel zelf contact opnemen.
Dat neemt niet weg dat niets doen geen optie is. Kinderen hebben het nodig om hun leerkracht te zien en te spreken. Met de wetenschap dat op contact leggen in een 1,5 meter maatschappij een hele kunst is, betekent dit wel dat een goede voorbereiding cruciaal is.
Contact houden: veel zenden en de juiste vragen stellen
Het komt dus vooral aan op veel zenden gaf Bertram-Troost aan. Zenden doe je door met regelmaat contact op te nemen met je leerlingen. Het is belangrijk om net als anders, kinderen op hun gemak te stellen, goed te luisteren, en tussendoor samen te vatten om te checken of je de leerling goed begrepen hebt (Delfos, 2017). Ook het benoemen van het doel van het gesprek blijft belangrijk. Delfos benadrukt daarnaast dat goed oogcontact maken, lichaamstaal lezen en gebruiken heel belangrijk is, maar juist dat is nu een stuk lastiger.
Vraag daarom tussendoor vaker of je de leerling goed begrepen hebt: “bedoel je te zeggen dat?”, “begrijp ik nu goed dat je….”?
Om goed zicht te krijgen op hoe het gaat met de leerling zul je veel open vragen moeten stellen en vaker door moeten vragen. Sommige kinderen praten minder makkelijk, gebruik bij hen bijvoorbeeld emoticons zodat ze aan kunnen geven welk emoticon past bij hoe ze zich voelen of hoe ze zich gevoeld hebben. Wat voor vragen kun je stellen:
- Hoe gaat het met je?
- Hoe ervaar jij thuis les krijgen?
- Wat doet deze tijd met jou?
- Hoe voel je je?
- Hoe vind je het dat je weer naar school mag?
Betrek de leerlingen ook bij het leren op afstand, je kunt veel van ze leren en de positieve ervaringen thuis ook gebruiken als de kinderen weer naar school mogen. Dat levert dan vragen op als:
- Wat vind je van de lesstof die je thuis krijgt?
- Waar loop je tegenaan?
- Kun je zelfstandig werken of heb je toch vaak hulp van je ouders nodig?
- Help jij ook wel eens een broertje of zusje met werk? Of vraag je wel eens aan hen om hulp?
Stel ook vragen over de lesstof:
- Hoe vind je de inhoud van het programma?
- Heb je er genoeg aan of houd je tijd over?
- Wat doe je als je klaar bent met de lesstof als de lesdag eigenlijk nog niet voorbij is?
- Wat doe je als de lesstof nog niet af is, maar je lesdag al wel voorbij is?
Met betrekking tot instructie kun je vragen stellen als:
- Wie legt de lesstof aan je uit?
- Zou je vaker instructie nodig hebben van mij als leerkracht? Of vind je een uitlegfilmpje dat je na de uitleg kunt kijken fijner?
- Hoe ga je om met vragen?
En besteed vooral ook tijd aan vragen naar wat ze op dit moment juist fijn vinden:
- Wat willen ze behouden als de school weer open gaat? Kinderen uit de bovenbouw zou je bijvoorbeeld een opdracht kunnen geven om een les te ontwerpen met daarin elementen uit het thuisonderwijs.
Ontwikkelgesprekken als bron voor meer onderwijs op maat
Door deze vragen te stellen heb je oog voor alle drie de pijlers van Biesta: kwalificatie, socialisatie en subjectificatie. Er is veel aandacht geweest voor kwalificatie de afgelopen weken. En ook nu bij de opstart lijkt het veel te gaan over leerresultaten in kaart brengen en achterstanden wegwerken.
Maar juist de andere 2 pijlers, subjectificatie en socialisatie zijn nu enorm belangrijk.
Doordat je kinderen weer in je klas meemaakt in kleinere groepen, liggen er kansen om bewust bezig te zijn met alle drie de aspecten van goed onderwijs. Neem daar de tijd voor, want er is bekend vanuit eerdere crisissituaties waarbij kinderen plotseling voor langere tijd geen onderwijs konden volgen (zoals bij orkaan Katrina), dat gemiddelde genomen leerachterstanden verrassend snel werden ingelopen (zie John Hattie de invloeden tijdens de coronacrisis).
Bovendien kun je door de juiste vragen te stellen veel informatie verzamelen over je leerlingen. Dat is een vorm van formatief handelen, waarbij je de brede ontwikkeling van een leerling in kaart brengt door gebruik te maken van meerdere informatiebronnen. Die informatie kan je helpen om meer vanuit ontwikkelingsmogelijkheden te handelen en je onderwijs meer af te stemmen op diversiteit in je klas. Uit het recente rapport van de onderwijsinspectie, de staat van het onderwijs, blijkt dat dat laatste nog steeds onvoldoende tot zijn recht komt. Omdat je de komende weken de helft van je groep in de klas hebt, is er juist nu een kans om daar eens wat meer mee te experimenteren en daarvoor je kind- en of oudergesprekken te benutten.
Samen met ouders werken aan het (thuis)onderwijs
Ook bij contacten met ouders is het bouwen aan vertrouwen enorm belangrijk (Mitchell, 2014). De rol van ouders (en verzorgers) is in deze tijd van deels thuisonderwijs veranderd, ze zijn meer en nauwer betrokken bij het leerproces van hun kinderen en hebben er zelf een actievere rol in. Tegelijkertijd blijft de leerkracht de professional. Er zal dus ruimte gecreëerd moeten worden om als leerkracht ouders waar nodig te helpen en te sturen. Houd daarbij de drie kernwaarden uit ouderbetrokkenheid 3.0 voor ogen (De Vries, 2017):
- Gelijkwaardigheid
- Samen verantwoordelijk
- Verantwoordelijk voor elkaar
Sommige ouders zul je bijvoorbeeld moeten ondersteunen bij het geven van instructie of feedback. Tegelijkertijd kan het zijn dat ouders thuis opmerken dat bepaalde dingen nu juist veel beter gaan dan op school. Daar kan de leerkracht van leren. Door de juiste vragen te stellen kun je aan dat vertrouwen werken en kun je ouders ook motiveren om met je tips aan de slag te gaan. Kleine successen samen vieren helpt om de relatie goed te houden (Mitchell, 2014).
Probeer ook open te staan voor ervaringen van ouders. Sommige leerlingen bloeien nu juist helemaal op.
Daarop doorvragen helpt om, als de kinderen weer naar school mogen, beter in te spelen op behoeften van leerlingen. Andere leerlingen zullen het nu juist heel lastig vinden, zijn misschien wel helemaal niet te motiveren. Probeer in deze tijd daarom zoveel als mogelijk samen beslissingen te nemen, immers je bent nu nog meer dan ‘normaal’, samen verantwoordelijk voor het onderwijs. Zorg ervoor dat je elkaar goed op de hoogte houdt, maak daar afspraken over hoe je dat doet en met welke frequentie. Met het ene gezin zul je intensiever contact hebben dan met het andere gezin. Spreekuren op een vast moment zijn handig, om te voorkomen dat je overspoelt wordt door vragen. En net als bij de leerlingen geldt: heb oog voor wat goed gaat. Als gezinnen het zwaar hebben, vraag door op waar ze plezier uit halen en maak samen bijvoorbeeld een plezierplan en bespreek hoe ze tijd vrij kunnen houden voor deze leuke activiteiten.
Tips voor een oudergesprek op afstand
Omdat geadviseerd wordt om ouders nog niet in de school te laten komen, zullen veel oudergesprekken digitaal gaan. Ook bij een digitaal oudergesprek kun je terugvallen op je eigen ervaringen met betrekking tot een goede gespreksopbouw. De kern van het oudergesprek is immers hetzelfde als in een ontmoeting op school. Bereid je voor aan de hand van een gespreks-leidraad, met voorbeeldvragen voor jezelf en bedenk goed wat je met deze gesprekken wilt bereiken. Net als bij de kindgesprekken geldt: begin met vragen hoe het met de ander gaat, zorg voor heldere verwachtingen door het doel en de structuur van het gesprek te benoemen (Bolks, 2011).
De beknopte handreiking In gesprek blijven met kinderen en ouders (Driestar Educatief, 2020) geeft tips voor een goed gesprek op afstand en hoe je contact kunt houden met je groep. Ook bevat de handreiking gesprekstechnieken en voorbeeldvragen die helpen om in kaart te brengen waar leerlingen en ouders tegenaan lopen en wat ze nu nodig hebben. Houd er rekening mee dat het lastig kan zijn om een gesprek in te plannen, omdat ouders momenteel veel ballen in de lucht proberen te houden. Kijk samen welke momenten schikken of maak gebruik van een gespreksplanner, bijvoorbeeld in de Parro app. Benoem dat je deze gesprekken belangrijk vindt, omdat je samen met de ouders zorg wilt dragen voor een goede ontwikkeling van hun kind.
Routine vinden in het onderhouden van contact met je hele klas
Tessa zit met glinsterende ogen in de Microsoft Teams vergadering. De juf heeft net een uitdaging gelanceerd. De groep is in 4 groepen verdeeld. Uit elk groepje krijgt een leerling een opdracht. Wie heeft er als eerste een wc-rol, wie een paar sokken van mama etc. Een spannende wedstrijd! Het geeft duidelijk wat ontspanning. Na dit ontspannen momentje vraagt de juf om in de chat een emoticon te tonen dat aangeeft hoe het momenteel met hen gaat. Tessa kiest voor een zonnetje en een traantje. Ze is blij dat het zulk mooi weer is en een beetje verdrietig omdat oma deze week jarig was en ze niet naar de verjaardag kon.
Contact met de hele klas en ervoor zorgen dat kinderen onderling contact kunnen hebben is nodig en leuk, het helpt om de groep in stand te houden. Omdat kinderen elkaar niet als gehele groep zien, kan je bepaalde aspecten online klassikaal doen. De ene helft van de klas zit op dat moment op school en de andere helft van de klas zit thuis. Dit kan helpen om het groepsgevoel te ondersteunen. Zorg vooraf dat je de benodigde techniek zelf goed onder de knie hebt, probeer het desnoods uit met slechts een aantal leerlingen. Er zijn verschillende manieren zoals Teams, Google Hangouts, Zoom). Let wel op privacy instellingen.
De routine in het contact met je klas kan bestaan uit een structuur die je ook duidelijk communiceert naar ouders en leerlingen:
- Wanneer hebben de leerlingen een groepsgesprek of instructie? Het is goed om te beseffen dat ouders vaak op de achtergrond nodig zijn. Je kunt dit dus zeker in de onderbouw niet dagelijks inplannen, maar wekelijks is zeker mogelijk.
- Laat met regelmaat een kort berichtje achter zoals een motiverend mailtje, een leuke foto of een filmpje.
- Probeer ook eens een groepsopdracht uit. Laat de bovenbouw bijvoorbeeld een ketting filmpje maken, door aan de hand van een gerichte opdracht iedereen wat in te laten sturen en daar dan 1 film van te maken. Deel dat filmpje in de groep. Je kunt ze ook samen een verhaal laten schrijven. Bij de kleuters kun je bijvoorbeeld een collage maken van ingestuurde foto’s van kinderen en dat delen in de groep. Op die manier werk je toch aan verbinding.
- Wanneer hebben de leerlingen een individueel gesprek met de leerkracht? Ook als er niet direct een hulpvraag is, dan nog is het goed om hier aandacht voor te hebben. Besef dat kinderen in deze tijd extra genieten van persoonlijke aandacht (zelfs als ze dit niet laten blijken).
Plan met ouders een gesprek in op een moment dat past in de gezinssituatie. Je merkt dat ouders nu wel eens aangeven dat het prima gaat of dat ze nu geen tijd hebben voor een gesprek, doordat er al zoveel ballen hoog gehouden moeten worden. Zoek dan toch met elkaar naar een geschikt moment. Het is belangrijk om in deze tijd ouders het gevoel te geven dat er samen zorg gedragen wordt voor de ontwikkeling van kinderen. Bovendien geeft het jou als leerkracht de gelegenheid om te luisteren hoe het met de leerling en ouders gaat in een tijd waarop jij op hen een stuk van je pedagogische verantwoordelijkheid overdraagt.
Waardeer ouders in datgene wat ze doen thuis en erken dat het ook soms gewoon een dag niet lukt.
Contact op afstand is anders, maar niet onmogelijk. De juf van Tessa gaf aan dat ze door het ontdekken van online gesprekken nu soms meer aan individuele aandacht toekomt, dan in een gewone lesdag. Juist door als leerkracht veel te ‘zenden’, zul je merken dat je ook veel moois terug kunt krijgen van ouders en kinderen. Dat helpt om samen de schouders eronder te blijven zetten en om in de klas en op afstand in contact te blijven!