Kennisplatform
Alles over executieve functies: Leermodules van Emiel van Doorn.

Democratisering van scholen en onderwijs door Student Voice

Carien Verhoeff
Associate Lector bij De Haagse Hogeschool  

Verhoeff, C. & Guérin, L. (2021). Democratisering van scholen en onderwijs door Student Voice.
Geraadpleegd op 16-10-2024,
van https://wij-leren.nl/democratisering-onderwijs-door-student-voice.php
Geplaatst op 19 februari 2021
Leerlingen aan het woord: luister je echt?

‘Ik doe mee, maar hoor je me eigenlijk wel?’

Dit artikel is samen geschreven met Laurence Guérin.

Volgens het Kinderrechtenverdrag hebben kinderen recht op goed onderwijs (artikelen 28 en 29) en ook recht op medezeggenschap en vrijheid van meningsvorming en meningsuiting (artikelen 12, 13 en 14). Deze twee rechten samen roepen de vraag op wat kinderen eigenlijk te vertellen hebben over hun onderwijs. Doet het onderwijs voldoende recht aan de mondigheid en de zeggenschap van de leerling? Wat heeft het onderwijs nodig om zichzelf op dit punt te verbeteren? Wat hebben leerlingen nodig om meer en beter gebruik te kunnen maken van hun recht op zeggenschap en meningsvorming over onderwijs? 

Wij willen in het onderwijs voortdurend de vraag stellen of we leerlingen werkelijk een stem geven, en het onderwijs stimuleren en faciliteren om de inspraak van leerlingen constructief te vergroten. Niet alleen omdat het een récht van kinderen is maar ook om de pedagogische functie van ons onderwijs waar te kunnen maken. De waarde van leerling- of studentparticipatie wordt bestudeerd in een sterk groeiende onderzoeksbeweging ‘Student Voice’.

In onderwijs en onderzoek is er een groeiende belangstelling voor Student Voice als vorm van leerlingparticipatie. Student voice heeft geen eenduidige definitie. Er zijn veel definities en variaties van student voice en het vraagt dus om helder te zijn welke opvatting of variant wordt bedoeld en met welk pedagogisch doel leerlingen participeren. Helaas wordt student voice vaak instrumenteel gebruikt en staat leerlingparticipatie in dienst van de structuur en de organisatie van de school. Nemen we de emanciperende pedagogische functie van het onderwijs serieus, dan vereist student voice de machtsverhoudingen binnen de school te herzien opdat met leerlingen of studenten samen wordt gewerkt aan de democratisering van scholen en onderwijs. In dit artikel presenteren we ons idee van student voice[i].

‘Als ik in de klas een kritische opmerking maakte over de les, dan werd dat door de leraar gezien als een aanval. Ze wantrouwen je, en dan word je de klas uitgestuurd. Terwijl ik alleen maar de les beter wilde maken. Dat helpt mij, de leraar en de andere leerlingen. Leraren moeten leerlingen wat meer vertrouwen, dat ze echt het beste voor hebben en dat dat in het belang is van iedereen’ (MBO student over zijn ervaringen in het voortgezet onderwijs).

Geen eenduidige definities

Een groeiend aantal studies richt zich op ‘student voice’. Het begrip ‘student voice' is echter complex, manifesteert zich op verschillende manieren en in verschillende gradaties en wordt ook wel benoemd als ‘leerlingbetrokkenheid’, ‘leerlingparticipatie’, ‘studentbetrokkenheid’ en Engelstalig ‘engagement’, ‘pupil voice’, ‘student voice’, ‘students as partners in learning en teaching’ en ‘educational leadership’. Hoewel de begrippen gemeen hebben dat zij de leerling of student een betekenisvolle rol toedichten, onderscheiden we wezenlijk verschillende visies.

Naast de leerlinggeoriënteerde benaderingen kennen we de systeemgeoriënteerde benaderingen (Charteris & Smardon, 2019). Leerlinggeoriënteerde benaderingen benadrukken het belang van participatie voor de ontwikkeling van de student zélf. Binnen systeemgerichte benaderingen heeft studentparticipatie vooral ook betekenis voor de (verantwoording) van de studieresultaten. Beide benaderingen kunnen elkaar versterken, maar er zijn ook tegenkrachten die deze ‘student voice beweging’ kritiseren.

Een eenduidige definitie van student voice is dus niet zomaar voorhanden. De begripsafbakening vraagt om een verkenning van de student-voice literatuur. Een toegankelijke definitie van student voice is die van Adam Fletcher: ‘Sound out defines student voice as any expression of any learner about anything related to learning, schools or education’ (Fletcher, 2017, p. 58). In deze vorm lijkt student voice geen betekenis te hoeven hebben in de ontwikkeling van onderwijs en leren. In de literatuur wordt deze relatie echter zeker wel gelegd.

Quaglia & Corso (2014) plaatsen student voice expliciet in het teken van hervormingsagenda’s:
We believe student voice should be instrumental to any educational reform agenda. Our theme, therefore, is listen, learn and lead. We must not only ask young people their thoughts, but we must truly listen. We must learn from what they are saying by asking important questions and discovering why they feel as they do. And finally, we must utilize what we learn to be effective educators (Quaglia & Corso, 2014).

De gedachte is dat leerlingen met hoge aspiraties, beter presteren, een hoger sociaal bewustzijn hebben hetgeen bijdraagt aan de schoolprestaties. De vragenlijst van Quaglia & Corso (‘My Voice’) operationaliseert deze instrumentele benadering van student voice en toont tevens een normatief karakter. De uitspraken waarop studenten positief scoren zijn gerelateerd aan schoolsucces en impliciete waarden en normen over (samen)werken zoals:

  • ‘mijn uiterste best doen’
  • ‘een goed burger zijn’, ‘goede cijfers halen’
  • ‘mijzelf uitdagen om leerprestaties te verbeteren’
  • ‘hard werken’
  • ‘doelen kennen waaraan de school dit jaar werkt’

En:

  • 'docenten informeren mijn ouders over wat ik goed doe’
  • ‘docenten erkennen vriendelijke en behulpzame studenten’
  • ‘docenten hebben het in de gaten wanneer ik mijn best doe’
  • ‘ik  vind het leuk om met andere studenten aan projecten te werken’
  • ‘andere studenten zien mij als een leider’
  • ‘ik geloof dat ik verschil kan maken in deze wereld’
  • ‘ik geloof dat ik succesvol kan zijn’.[ii]

Deze interpretatie van student voice lijkt vooral betekenis te krijgen voor het realiseren van onderwijsvernieuwingen (houding, gedrag, resultaten). Dit roept de vraag op naar de manier waarop studenten ondersteund worden de bestaande onderwijspraktijken en het voorgenomen beleid te bevragen, te onderzoeken en een eigen oordeel te vormen. Deze vraag raakt de rol van de student bij het bedenken van en beslissen over de vernieuwing.

Hoe ver reikt participatie?

Leerlingenraad

Student Voice geïnstrumentaliseerd

Hoewel de vele kwalitatieve studies de waarde van ‘student voice' zonder meer onderkennen, met nuances in de mate van participatie en verschillen in doeloriëntatie, zijn er ook tegenkrachten. De staf zou niet graag controle uit handen willen of kunnen geven, bijvoorbeeld wanneer de overheid of de beroepsgroep kwaliteitseisen stelt waaraan moet worden voldaan. Dit geeft restricties aan vergaande vormen van participatie. Ook het beleid, de procedures en de structuren van de school zijn niet altijd ondersteunend. En studenten zouden te weinig kennis of ervaring kunnen hebben om de gevraagde rol op zich te nemen, hetgeen door de pleitbezorgers van vergaande vormen van participatie wordt bekritiseerd. ‘By manipulating, tokenizing and exploiting individual students’ perspectives on any given topic in education, entire generations of young people have been disengaged from school reform’ (Fletcher, 2014, p. 40).

Deze argumenten kunnen een barrière zijn voor het ontwikkelen van partnerschappen waar gelijkwaardigheid en wederkerigheid kenmerkend zijn. Het is niet vanzelfsprekend dat we leerlingen horen en vooral niet dat we luisteren en hen verstaan (Fielding, 2001). Paalman vraagt in haar lectorale rede dan ook terecht aandacht voor het luisteren naar de stem van de lerende en wat dit vraagt van de docent (Paalman-Dijkenga, 2020).

Meaningful student involvement is blocked because adults give students a carrot by listening to their voices, and then these same adults turn around and blatantly use student voice to forward their own agendas without concern for what students are genuinely seeking (…) To many schools, governments, and organizations are manipulating student voice to fit into adult-driven, anti-authentic approaches to promoting particular reform agenda’s (Fletcher, 2014, p.38).

Deze instrumentalisatie is een belangrijke reden om expliciet te zijn over de motieven van een school voor het versterken van student voice. Vergaande vormen van student voice dagen de traditionele verhoudingen in het onderwijs uit. De rol van de student transformeert naar de rol van partner, co-creator. En de aandacht wordt verlegd van studieresultaten en leeruitkomsten naar procesgerelateerde opbrengsten van onderwijs. Student Voice vraagt ook om afstand te doen van traditionele leiderschapsmodellen. Dit veronderstelt dat alle partijen de bereidheid hebben macht te delen en plaats te maken voor vormen van ‘distributed leadership’ (Brasof, 2015; Menon, 2005).

Feelgood dagen

Verwarm jezelf, niet de wereld; met dit motto doen elk jaar weer honderdduizenden Nederlanders mee met de ‘warmetruiendag’. De verwarming gaat op 5 februari één graad lager. Want … “wist je dat we met één graad lager maar liefst 6% CO2 en 6% energie besparen? En als we dit allemaal samendoen kunnen we op één dag het jaarverbruik van drie Waddeneilanden besparen. Kortom: samen hebben we impact, en dát is waar we met Warmetruiendag voor gaan. Daarom roepen we alle medewerkers en studenten op om ook thuis je favoriete warme trui op te zoeken en op vrijdag 5 februari de kachel een graadje lager te zetten. Zij geven alvast het goede voorbeeld’”. Op de foto die bij deze tekst hoort staat een collage van bekende gezichten van de school, een diverse populatie, vriendelijk lachend in de camera en met hun favoriete warme trui.

Op diezelfde school zijn in dezelfde week de online gedragsregels gepubliceerd: Je gedraagt je volgens de ‘tien online gedragsregels’ van de school, waaronder de regel ‘microfoon uit en camera aan’. Recent is een studie gepubliceerd waaruit blijkt hoeveel energie een uur videobellen kost met camera aan. Studenten wordt verzocht te gehoorzamen aan deze 10 gedragsregels en uitgenodigd mee te doen aan de ‘warme truien dag’. Op studenten wordt een moreel appel gedaan ‘mee te doen’. Er is niet voorzien in het meedenken en meebeslissen.

Het bovenstaande voorbeeld toont aan dat het nog niet zo eenvoudig is om instrumentalisatie te voorkomen. Waarom vragen we leerlingen en studenten niet serieus en als gelijkwaardig gesprekspartner mee te denken, te onderzoeken en te beslissen over duurzaamheid, over een voor hun veilige en betekenisvolle online leeromgeving en om vervolgens afgewogen keuzes te maken? Van ‘goede’ voorbeelden, gehoorzaamheid en ‘feel good dagen’, naar kritisch analyseren, onderzoeken en meedenken. Het levert vast meer ongemak op, maar draagt wel bij aan de brede vorming en de emanciperende opdracht van de school. En ook aan de ontwikkeling van de school als democratisch instituut.

Je neemt alle deelnemers aan de leergemeenschap serieus, ook studenten.

Student voice: machtsverhouding herzien

Student Voice is controversieel omdat het raakt aan machts- en gezagsrelaties die we in de school kennen. Het roept vragen op zoals: Hoeveel ruimte is er voor leerlingen als we moeten voldoen aan extern opgelegde eisen vanuit de inspectie en weten de leerlingen wel genoeg om in the lead te zijn?

Leerlingen zelf vragen zich af: kunnen we dit wel? En hoe kunnen álle leerlingen participeren op het hoogste niveau en profiteren van deze samenwerking? Blijft dit niet te veel voorbehouden aan een enkeling? En hoe uitnodigend is de schoolcultuur? Een school die eenzijdig stuurt op leerresultaten die gekoppeld zijn aan externe opgelegde normen, kan wel eens onbewust en onbedoeld (te) weinig ruimte laten voor leerlingenparticipatie om naast de kwalificatie en socialisatie ook de brede vorming en emancipatie te ondersteunen.

Als de rol van de leerling verandert naar die van partner, vraagt dit ook om het delen van macht.

Het vraagt ook om plaats te maken voor vormen van gespreid leiderschap (Brasof, 2015; Menon, 2005).

Student Voice kan op verschillende manieren worden ingezet: als verbetering van het onderwijs op klas- of curriculumniveau of op het niveau van de organisatie. De mate van participatie van leerlingen is afhankelijk van de openheid en bereidheid van de school. We weten dat de manier waarop en de mate waarin leerlingen participeren verschilt (Mitra 2005; Mitra & Gross, 2009):

  • Zo kunnen leerlingen worden betrokken door hen ‘te horen’ (‘being heard'). Hier gaat het om hun een stem te geven zonder verantwoordelijkheid. De beslissingen over wat wel of niet te doen blijft bij de volwassen (leraar, directeur, enzovoort). Leerlingen worden bijvoorbeeld gehoord met leerling-enquêtes en in panels. Denk in het MBO aan de JOB Monitor en in het HBO aan de NSE-enquête.
  • De participatie kan ook intensiever zijn in de vorm van partnerschappen (‘collaboration’). Leerlingen en staf hebben een gezamenlijke opgave en zoeken ook samen naar oplossingen. In het proces delen de leerlingen en leraren de verantwoordelijkheid. Je kunt hier denken aan projecten waar studenten en staf gezamenlijk participeren in onderzoeks- en ontwerpprojecten. Studenten en leerlingen beslissen mee over belangrijke keuzes in deze projecten.
  • Binnen partnerschappen kan participatie nog verder gaan en kunnen studenten in de lead zijn (‘leadership’). De leerlingen en studenten hebben de bevoegdheid en verantwoordelijkheid om projecten te initiëren, door te voeren en beslissen.

We weten uit de vele kwalitatieve casestudies dat meer vergaande vormen van partnerschappen leiden tot een groeiend gevoel van eigenwaarde, studentwelzijn, studieresultaten, gemeenschapszin, brede vorming en geloofwaardig burgerschapsonderwijs (Cook-Sather, Bovill & Felten, 2014).

Kwaliteit van de samenwerking

Om de genoemde positieve effecten van de samenwerking te realiseren zijn er kwaliteitseisen voor de samenwerking. Het doet ertoe hoe er wordt samengewerkt. Het gaat dan op de verschillende niveaus om:

  • openheid & respect
  • gelijkwaardigheid & wederkerigheid
  • autonomie & onafhankelijkheid.

Zo geldt dat alleen als resultaten van enquêtes in openheid worden gedeeld en duidelijk is wat er mee wordt gedaan, deze betrokkenheid van studenten leidt tot meer gevoel van eigenwaarde. Ontbreekt de terugkoppeling en het verwerken van de feedback, dan neemt het cynisme toe en de bereidheid te participeren neemt af. Openheid en respect zijn dus voorwaardelijk aan het realiseren van de positieve effecten van deze samenwerking.

In partnerschappen zullen positieve resultaten alleen worden gerealiseerd als sprake is van een gemeenschappelijk ervaren opgave, gelijkwaardigheid en wederkerigheid. Een partnerschap waarbinnen onbedoeld en onbewust de staf bepalend is in hoe er wordt gewerkt en wat er moet worden opgeleverd (met andere woorden gelijkwaardigheid en wederkerigheid ontbreken) blijven de positieve effecten uit.

In de literatuur wordt verwezen naar de schadelijke effecten van ‘tokenism’, ‘whitewashing’ en ‘showboating’. Dit zijn bedrieglijke vormen van participatie waar er ten onrechte van wordt uitgegaan dat enkele uitverkoren studenten alle studenten uit een bepaalde minderheidsgroep vertegenwoordigen, deze enkeling een heldenstatus krijgt toegedicht en de student in kwestie mede daardoor de eigen kwaliteiten gaat overdrijven. Het zijn in werkelijkheid participatievormen waarin de zo noodzakelijke en betekenisvolle diversiteit van student voice wordt weggedrukt: niet alle studenten kunnen immers deelnemen.

Student voice raakt vraagstukken rond macht en inclusie en roept op tot zelfreflectie in de school.

Hoe democratisch zijn wij echt?

Leerlingen doen mee, maar horen wij wel wat zij te zeggen hebben en doet hun stem ertoe in de besluitvorming?

Tokenism

Van tokenism is sprake wanneer studenten niet daadwerkelijk bij kunnen dragen aan besluitvorming op klas-, curriculum-, organisatie- en bestuursniveau. De stem van de student wordt ingezet (gebruikt) om de besluiten van de volwassenen kracht bij te zetten. Adam Fletcher benoemt 51 manieren waarop studenten worden inpakt in de besluitvorming van volwassenen en de stem van de student in werkelijkheid wordt gekaapt. In “51 ways students are tokenized” noemt hij onder andere de volgende situaties waar sprake is van tokenism: een of enkele leerlingen worden gevraagd te participeren in de activiteiten van de staf op de manier zoals de staf dat wil; de staf spreekt over student voice, zonder ooit deze studenten zelf te hebben gesproken; studenten die een afwijkende mening hebben van de school worden uitgesloten van het presenteren van hun mening en studenten die een mening hebben die in lijn ligt met die van de school worden aangemoedigd deze in te brengen en zichtbaar te maken; student worden niet ingewijd in de democratische principes en doelen van student voice (Adam Fletcher 2014 in Soundout).

De betekenis van student voice

De betekenis van ‘student voice' voor onderwijs en onderzoek koppelen we als lectoraat aan de vier pedagogische functies van onderwijs te weten kwalificatie, socialisatie, brede vorming en emancipatie (van der Ploeg, 2019; Biesta, 2015; Biesta, 2018). Deze vier functies veronderstellen participatie op de verschillende niveaus: ‘being heard’, ‘collaboration’ en ‘leadership’.

  • Kwalificatie vraagt vooral om eenduidigheid en toetsbaarheid van de aan te leren kennis en vaardigheden, transparante processen om deze aan te leren en te beoordelen. Kwalificatie vraagt in de relatie minimaal om een respectvolle, open bejegening van studenten.
  • Socialisatie veronderstelt dat studenten worden ingewijd en opgenomen in de community van de school (de opleiding) en de beroepsgroep (stage-instelling). Studenten nemen de waarden, normen en gewoonten van de school en de beroepsgroep over en dragen deze zelf ook uit. Socialisatie vraagt in de relatie om gelijkwaardigheid, gezamenlijke verantwoordelijkheid & wederkerigheid.
  • Brede vorming vraagt erom dat studenten worden ingewijd in complexe maatschappelijke vraagstukken en genoeg kennis opdoen om kritisch te reflecteren op deze vraagstukken.
  • De emancipatiefunctie tenslotte veronderstelt dat studenten worden ingewijd in verschillende vormen van democratie, burgerschap en wereldburgerschap en dat leerlingen/studenten zélf de organisatie van de instelling en de omgangsvormen kritisch kunnen en durven te bevragen. De emancipatiefunctie vraagt niet alleen leerlingen/studenten te laten participeren in genoemde processen, maar leerlingen/studenten de ruimte te geven om zelf invulling te geven aan Student voice en (wereld)burgerschap in de breedte. Vanuit eigen autonome verlangens en drijfveren dragen studenten bij aan het waarderen en het veranderen van de organisatie en omgangsvormen. Net zoals in een liberale democratie waar pluraliteit vanzelfsprekend is en iedereen kan bijdragen aan het onderzoek, de discussie en de besluitvorming.

De vier pedagogische functies samen maken de school tot een democratisch instituut waar gezamenlijk onderzoeken, met respect voor verschillende achtergronden en rollen, het gezamenlijk delibereren en het gezamenlijk beslissen vanzelfsprekend is.

Wat staat ons te doen?

De school als democratisch instituut waar de vier pedagogische functies tot hun recht komen, vraagt om reflectie op vertrouwde machtsverhoudingen en het ter tafel brengen van vraagstukken rond macht en inclusie in de school. Democratie moet worden (voor)geleefd (Janse de Jonge & Verhoeff, 2020). Daarvoor is meer onderzoek nodig naar democratisering van scholen in PO, VO, MBO en HBO. Hoe ver staat het nu écht met de participatie en wat zijn de belemmerende en bevorderende factoren? En welke praktijken kunnen we ontwikkelen waarmee de ontwikkeling van de school als democratisch instituut wordt ondersteund?

Naast onderzoek is het voeren van discussies met alle deelnemers in de leergemeenschap (leerlingen/studenten, docenten, onderzoekers, ontwerpers, managers, bestuurders) zinvol, om een visie te ontwikkelen op student voice, het burgerschapsonderwijs en de ontwikkeling van de school als democratisch instituut. Iedereen die wil, doet mee aan het gesprek over hoe student voice en wereldburgerschap vorm krijgt in de school.

Het ter tafel brengen, het onderzoeken en het beslissen over fundamentele vraagstukken vraagt veel van politiek, bestuur en management. Werk maken van diversiteit en inclusie, en het ruimte maken voor de niet-beslissende groep deelnemers in de leeromgeving, vereist lef. Het vraagt immers vooral om een eerlijke analyse van de huidige situatie, vervolgens om zelfreflectie van hen die tot nu toe bepalend zijn en het ruimhartig plaatsmaken voor leerlingen en studenten. Veel scholen zullen ervan overtuigd zijn de leerling centraal te stellen in hun onderwijs en onderzoek. Zij hebben in de visie ambities verwoord zoals het vergroten van eigenaarschap, het borgen van studentwelzijn, het verbeteren van studieresultaten, het ontwikkelen van talenten, de brede vorming en (wereld)burgerschap en geven aan de diversiteit en pluraliteit van achtergronden en opvattingen toe te juichen. Maar wanneer met de beste bedoelingen het bestuur, management en leraren voor de leerling en student denkt en beslist over hen, vraagt het realiseren van deze doelen steeds meer energie en denkkracht van enkelen.

Het is de vraag of dat realistisch is. Met student voice in de betekenis zoals we in dit artikel hebben gepresenteerd, zouden deze ambities, met gedeelde verantwoordelijkheid en gezamenlijke (beslissings-)kracht wel eens dichter bij zijn dan we denken. Wij zijn heel benieuwd, leerlingen aan het woord!

Meer weten? Ga naar www.leerlingenaanhetwoord.nl

Geraadpleegde bronnen

  • Biesta, G. (2015). Het prachtige risico van onderwijs. Culemborg: Phronese.
  • Biesta, G. (2018). De terugkeer van het lesgeven. Culemborg: Phronese.
  • Brasof, M. (2015). Student Voice and School Governance. Distributed Leadership to Youth and Adults. London: Routledge.
  • Charteris, J. & Smardon, D. (2019). The Politics of Student Voice: unraveling the multiple discourses articulated in school. In: Cambridge Journal of Education 49:1, pp 93-110.
  • Cook-Sather, A., Bovill, C. & Felten, P. (2014). Engaging Students as Partners in Learning and Teaching. A Guide for Faculty. San Francisco: Jossey-Bass.
  • Fielding, M. (2001). Beyond the Rhetoric of Student Voice: new departures or new constraints in the transformation 21st… FORUM, vol. 43, no 2.
  • Fletcher, A. (2014). The Guide of Meaningful Student Involvement. Olympia, AW: Soundout. Retrieved from sountout.org, p.40.
  • Fletcher, A. (2017). Student Voice Revolution. The Meaningful Student Involvement Handbook. Olympia: CommonAction.
  • Janse de Jonge, E. & Verhoeff, C. (2020). ‘Vandaag geen zin in Burgerschap’. Onmondigheid van de leerling is dé faalfactor van de democratie. In: Liberale Reflecties. Den Haag: TeldersStichting.
  • Menon, M.E. (2005). Students views regarding their participation in university governance: implications for distributed leadership in higher education. In: Tertiary Education and Management 11: pp 167-182.
  • Mitra, D. (2006). Increasing Student Voice and Moving Toward Youth Leadership. In: The Prevention Researcher 13(1) pp 7-10.
  • Mitra, D.L. & Gross, S.J. (2009). Increasing Student Voice in High School Reform; Building Partnerships, Improving Outcomes. In: Educational Management Administration & Leadership 37:522, pp. 521-543.
  • Paalman, I. (2020). De stem van de lerende zichtbaar maken. Lectorale rede. Zwolle: Viaa.
  • Quaglia, R.J. & Corso, M.J. (2014). Student Voice. The Instrument of Change. USA: Corwin.
  • Van der Ploeg, P.A. (2015). Burgerschapsvorming anders: een pleidooi voor zakelijk onderwijs. Pedagogiek, 35, 285-298.
  • Van der Ploeg, P.A. & Guérin, L.J.F. (2016). Questioning Participation and Solidarity as Goals of Citizenship Education. Critical Review, 1-17.


[i] De begrippen student en leerling wordt door elkaar gebruikt. Wanneer we in dit artikel spreken over studenten bedoelen we ook leerlingen en andersom.

[ii] Stellingen zijn afkomstig uit de Nederlandse vertaling van de vragenlijst van Quaglia & Corso ‘My Voice’, opgenomen in Paalman-Dijkenga, I, De Jager, W. & Taks, M. (2017). Het lef om te luisteren. Met leerlingen werken aan de kwaliteit van onderwijs (p.219-224).

 

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.