Pictoverhalen: op weg naar leessucces

Marcel Schmeier

Specialist didactisch handelen bij Gewoon goed lesgeven

  

  Geplaatst op 1 juni 2015

In de eerste groepen van de basisschool ligt de nadruk op het ‘leren lezen’ en in de midden- en bovenbouw verschuift dit steeds meer naar ‘lezen om te leren’.

Met andere woorden: de aandacht verschuift van technisch lezen naar begrijpend lezen.

Leesonderwijs

Deze twee aspecten van het leesonderwijs hangen sterk met elkaar samen en kunnen niet los van elkaar worden gezien. In de onderbouw dient er daarom ook aandacht te zijn voor de betekenis en inhoud van hetgeen wordt gelezen. In de midden- en bovenbouw moet er blijvende aandacht zijn voor het technisch lezen.

Pictoverhalen maken het mogelijk om al in de kleutergroepen aandacht te besteden aan belangrijke voorwaardelijke aspecten van het technisch lezen. En in groep 3 zorgen pictoverhalen voor teksten met een betere samenhang, zodat het mogelijk is om over de inhoud te spreken met de kinderen.

Wat zijn pictoverhalen

Pictoverhalen bestaan uit woorden en plaatjes die samen een verhaal vormen. Ze worden ook wel beeld- of meeleesverhalen genoemd. Het grootste gedeelte van een pictoverhaal bestaat uit woorden, maar sommige woorden zijn vervangen door herkenbare pictogrammen of plaatjes. Er wordt steeds dezelfde afbeelding gebruikt voor hetzelfde begrip (Chorus, 2000).

 
Figuur 1. Voorbeeld van een pictoverhaal waarbij het woord ‘koning’ telkens is vervangen door hetzelfde plaatje (Eekhof & Van der Voo, 2000)

Voordelen van pictoverhalen

Het voordeel van pictoverhalen is dat kinderen nog niet alle letters hoeven te kunnen lezen (Paus, 2002) en toch al ervaring kunnen opdoen met geschreven teksten. Hiermee zijn deze verhalen zeer geschikt voor de algemene talige ontwikkeling, de woordenschat (Paus, 2002) en het bewustzijn dat pictogrammen een vaste betekenis en verklanking hebben. Dit laatste is een goede voorbereiding op het verklanken van letters, het daadwerkelijke lezen. 

In sommige verhalen staat onder de plaatjes ook telkens het woord geschreven. Dit is een mooie tussenstap van het ‘lezen’ van plaatjes naar het lezen van letters. Kinderen worden er op deze manier van bewust gemaakt dat je gesproken taal kunt vangen in plaatjes en uiteindelijk in letters.

Pictoverhalen kunnen al in de kleutergroepen worden aangeboden als kinderen nog geen letters kennen, maar blijven ook een belangrijke rol spelen tijdens het aanvankelijk leesproces in groep 3. Hier vervangen de pictogrammen woorden met leesmoeilijkheden die pas in de hogere groepen worden aangeboden, bijvoorbeeld woorden als ‘paraplu’, ‘pinguïn’ of ‘pyjama’. Hierdoor wordt het mogelijk om teksten inhoudelijk sterker te maken.

Pictoverhalen in de kleutergroep

Pictoverhalen geven in de kleutergroepen de mogelijkheid om samen met de kinderen te lezen. De leerkracht leest de woorden hardop voor en de kinderen ‘lezen’ het plaatje. De kinderen voelen zich trots en competent, omdat ze al actief met de leerkracht kunnen meelezen. De leesnieuwsgierigheid wordt gewekt en ook de eerste stap naar formeel lezen is gezet.

De kinderen zijn op deze manier actieve toehoorders en worden uitgedaagd om mee te doen. Het actief betrekken van leerlingen bij het onderwijs is een kenmerk van effectieve leerkrachten (Onderwijsinspectie, 2011).

Het meelezen vraagt bovendien concentratie en aandacht van de leerlingen. Hiermee is het pictolezen een goede voorbereiding op het technisch lezen dat ook een grote inspanning van de kinderen vraagt. 

Didactische aanwijzingen voor toepassing in de kleutergroep

Het is belangrijk dat de kinderen de tekst goed kunnen zien.

  • In een kleine werkvorm kunnen de kinderen naast de leerkracht zitten.
  • Bij een werkvorm met de hele klas is het goed om te kiezen voor een frontale opstelling, zodat kinderen de leesrichting op de juiste manier zien. 

De leerkracht wijst met de vinger of een aanwijsstokje de woorden aan die gelezen worden. Door bij te wijzen en hardop te lezen, horen kinderen dat je letters en woorden kunt verklanken. Woorden en letters worden steeds hetzelfde uitgesproken, de tekst is iedere keer precies hetzelfde: kinderen leren hierdoor dat gesproken taal kan worden ‘bewaard’ in letters.

Door aan te wijzen maakt de leerkracht de kinderen bewust dat de klanken en woorden betekenis hebben. Leesvormen waarbij leerlingen worden gewezen op de letters en woorden, hebben een positief effect op de leesontwikkeling (Justice & Ezell, 2002). 

De kinderen zien ook dat een tekst van boven naar beneden en van links naar rechts wordt gelezen. Dat is namelijk niet vanzelfsprekend voor kinderen. Door aan te wijzen maken we de leesrichting visueel. Ook kan het aanwijzen worden overgenomen door de kinderen, waardoor ze nog meer worden geactiveerd.

Wacht even bij een plaatje, zodat de kinderen de kans krijgen het juiste woord erbij te zeggen. Om raden te voorkomen worden de woorden bij de plaatjes vooraf even kort benoemd en door de kinderen herhaald (Schraven, 2013). Wordt dit niet gedaan, dan kan er in het hoofd van de kinderen een ongewenste associatie ontstaan die er moeilijk weer uit te krijgen is (De Wit, 2013).

 
Figuur 2. De woorden bij de plaatjes kort benoemen en herhalen(Boeke, 2013).

Pictoverhalen in groep 3

In de eerste helft van groep 3 leren kinderen steeds meer letters. Hoe meer letters er zijn aangeboden, des te meer woorden er kunnen worden gevormd. Hierdoor kunnen er ook steeds langere en meer samenhangende zinnen en teksten worden gelezen. 

Doordat er in de eerste weken van groep 3 nog maar weinig letters zijn aangeboden, is het lastig om goede teksten te vormen. Leesboekjes bij leesmethodes bevatten daarom vaak te korte teksten met een onduidelijke samenhang, zie figuur 3. Met plaatjes kan eenvoudig een inhoudelijk beter verhaal worden gemaakt met dezelfde letters, zie figuur 4.


Figuur 3. Voorbeeld van een tekst uit een leesboekje bij een leesmethode voor de eerste weken van groep 3.

In bovenstaand verhaal zijn de volgende letters aangeboden: i, k, m, aa, n, r, oo, s, v, o, p, e.

Het is belangrijk om de aangeleerde letters en woorden zo snel mogelijk in een betekenisvol geheel te kunnen gebruiken (Schraven, 2013). Door het gebruik van plaatjes kan eenvoudig een inhoudelijk beter verhaal worden gemaakt met dezelfde letters:


Figuur 4. Zelfgemaakte tekst met enkel de aangeboden letters, aangevuld met pictogrammen (Sclera.be)

Voor de lidwoorden wordt een vast pictogram gebruikt, namelijk een blokje (Schraven, 2013). Eventueel kan het lidwoord in het blokje worden geschreven. Voor veelvoorkomende woorden spreken de leerkrachten van de groepen 1, 2 en 3 vaste pictogrammen af om zodoende een doorgaande lijn te realiseren.

Door het gebruik van plaatjes ontstaat een samenhangend verhaal waarover met de kinderen kan worden gesproken. Het praten over de inhoud van een tekst beïnvloedt de leesvaardigheid positief (Smits, 2013). Bovendien is het van groot belang dat kinderen zich bewust worden van het centrale doel van lezen: begrijpen wat er staat (Smits, 2013)

Een leerkracht die zelf pictoverhalen schrijft, krijgt goed zicht op de leesopbouw en –leerlijn. Ook heeft de leerkracht de kans om gebeurtenissen uit de klas en namen van de kinderen toe te voegen.  Dit verhoogt de emotionele binding met de tekst en daarmee de betrokkenheid en motivatie voor het lezen. 

De namen van de kinderen hoeven in tegenstelling tot de rest van de woorden niet klankzuiver te zijn en mogen ook letters bevatten die nog niet zijn aangeboden (Schraven, 2013).

Figuur 5. Fragment uit een zelf geschreven pictoverhaal met namen en gebeurtenissen uit de eigen klas (picto’s van Sclera.be)

In de tweede helft van groep 3 zijn alle letters aangeboden en worden de plaatjes ingezet om woorden te vervangen met leesmoeilijkheden die nog niet zijn aangeboden.

Tot slot

Pictoverhalen zijn een effectieve manier om de leesnieuwsgierigheid op te wekken in de kleutergroepen. Daarnaast maken de kinderen op deze manier kennis met de verschillende leesvoorwaarden. Het inzetten van pictoverhalen in groep 3 maakt teksten inhoudelijk sterker, waardoor het mogelijk wordt om over de inhoud te spreken met de kinderen. 

Zelf aan de slag?

De pictogrammen in dit artikel zijn afkomstig van  op www.sclera.be. Op deze website zijn duizenden gratis pictogrammen onder de CreativeCommons licentie te downloaden.

Dit artikel is eerder in verkorte vorm verschenen in MeerTaal, nummer 3, 2014.

Bronnen en referenties

  • J. BOEKE (2013). Dikkie Dik meeleesboek. Haarlem: Gottmer.
  • M. CHORUS (2000). Ouderpagina’s in Leesleeuw kleuters: schooljaar 1999-2000. Tilburg: Zwijsen.
  • W. EEKHOF – J. VAN DER VOO (2000). Koning Jaap van Geeuw tot Gaap. Tilburg: Zwijsen.
  • L.M. JUSTICE – H.K. EZELL (2002). Use of storybook reading to increase print awareness in at-risk children. American Journal of Speech-Language Pathology, 11, 17–29.
  • ONDERWIJSINSPECTIE (2011). De kwaliteit van leraren. Verkregen op 05-11-2013 via tinyurl.com/kwaliteitvleraren
  • H. PAUS - S. BACCHINI - R. DEKKERS - T. PULLENS - M. SMITS (2002). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs. Bussum: Coutinho.
  • J.L.M. SCHRAVEN (2013). Zo leer je kinderen lezen en spellen. De Lutte: CPF-La Linea.
  • A. SMITS (2013). RALFI, lezen op een betekenisvolle en motiverende manier. Verkregen op 05-11-2013 via tinyurl.com/smitsralfi
  • T. DE WIT (2013). Het aanleren van een picto. Verkregen op 05-11-2013 via tinyurl.com/tdewit

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

E-learning module
Hoe gebruik je de taxonomie van Bloom?
Hoe gebruik je de taxonomie van Bloom?
De taxonomie van Bloom in de praktijk
Wij-leren.nl Academie 
Hoge verwachtingen
Verwachtingen van kinderen? Leer van het Rosenthaleffect!.
Marcel Schmeier
Formatieve evaluatie literatuuronderwijs
Fictie- en literatuuronderwijs formatief ingestoken
Gerdineke van Silfhout
Effectief leesonderwijs
Aantrekkelijk en effectief leesonderwijs: motiverend!
Paul Filipiak
Tips woordenschat
Knikkers spelers en spel: tips voor woordenschatonderwijs.
Paul Filipiak
Grip op leesbegrip
Beter toetsen en evalueren van lezen met begrip
Karin van de Mortel
Interactief voorlezen
Interactief voorlezen onder de loep
Sieneke Goorhuis
Taal bij het jonge kind
Taalontwikkeling bij het jonge kind
Sieneke Goorhuis
Letters leren
Letters leren: vandaag in staat, een leven lang paraat
Ewald Vervaet
Woordenschat differentiatie
Differentiëren binnen woordenschatonderwijs
Martie de Pater

Wij-leren.nl Academie

Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

Wat is tegenwoordig nog de waarde van kennis?
Wat is tegenwoordig nog de waarde van kennis?
redactie
Het belang van maakonderwijs op de basisschool. Tjipcast 020
Het belang van maakonderwijs op de basisschool. Tjipcast 020
redactie
Wat is een lerende organisatie? En hoe word je het? Tjipcast 019
Wat is een lerende organisatie? En hoe word je het? Tjipcast 019
redactie
Wat zijn de meest hardnekkige onderwijsmythes? Tjipcast 030
Wat zijn de meest hardnekkige onderwijsmythes? Tjipcast 030
redactie
Didactische werkvormen in een video van één minuut uitgelegd
Didactische werkvormen in een video van één minuut uitgelegd
redactie
[extra-breed-algemeen-kolom2]



curriculum
didactische werkvorm
kerndoelen
leerlijn
leerstofaanbod

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest