Ouders moet je niet in een onderwijsleerproces zetten
Machiel Karels
Directeur Wij-leren.nl | onderwijsadviseur bij Wij-leren.nl
Geraadpleegd op 12-12-2024,
van https://wij-leren.nl/luc-stevens-school-kinderen-ouders.php
Luc Stevens over ouderbetrokkenheid
Machiel Karels sprak uitgebreid met Luc Stevens over actuele onderwijskundige thema’s. Dit gesprek is uitgewerkt in drie artikelen. Dit derde deel gaat over de rol van ouders in het onderwijs. De andere delen gaan over passend onderwijs en over het doel van het onderwijs.
Binnenkort verschijnt er op deze site een verslag van de lezing van Luc Stevens over pedagogisch leiderschap die hij hield op het AVS-congres. Wilt u het niet missen? Schrijf dan in voor de maandelijkse nieuwsbrief.
Ouders in het onderwijsleerproces
Ouderbetrokkenheid is een actueel thema. Peter de Vries van het CPS geeft aan: uit onderzoek blijkt dat ouderbetrokkenheid net zo veel invloed heeft op leerprestaties als goede leerkrachten en directeuren. Dat moeten we dus blijkbaar meenemen in de herinrichting van ons onderwijsproces. Wat vindt u van het invoegen van ouders in het onderwijsleerproces?
We weten eigenlijk al heel lang dat ouderbetrokkenheid belangrijk is voor goede onderwijsresultaten. In de jaren ‘60 en ‘70 kregen we echt aandacht voor de kinderen met achterstanden. Toen werd al snel duidelijk dat de programma’s waarbij ouders betrokken waren de beste resultaten opleverden. Ouders voelden zich mede-eigenaar van het programma.
Dus de ouders horen er bij. Maar dat is niet gemakkelijk voor een school. Een school had daar niet op gerekend. En dat is nog zo, er is grote afstand.
In een aantal gevallen bedoelt u, want je kunt niet alle scholen over één kam scheren in dat opzicht.
Jawel, je kan ze over één kam scheren daar waar ze de ouders geen toegang verlenen tot hun pedagogische praktijk. Daarin zijn ze allemaal hetzelfde.
"Scholen verlenen ouders geen toegang tot hun pedagogische praktijk"
Dat is interessant! Wat bedoelt u daarmee?
Je krijgt als ouder geen toegang tot een leerkracht die niet functioneert. Ik vind dat echt een punt. Die leraar hoeft helemaal niet te luisteren. Hij heeft een vaste aanstelling, punt. Een vervelend voorbeeld, maar het komt mij te vaak voor. De ouders hebben helemaal geen invloed op het functioneren van de leerkracht van hun kind.
U zegt: een leerkracht die niet functioneert, daar kunnen de ouders niets mee. Maar hoe ziet u dat dan wel voor zich? Heeft u daar een concrete opvatting over?
Ja, leerkrachten moeten verantwoording afleggen aan de ouders. Leraren zijn verantwoordelijk voor het leerresultaat, samen met hun leerling. De cultuur op de meeste scholen is zo dat de leerlingen verantwoordelijk zijn voor het leerresultaat. De leraar doet gewoon z’n best. Dat is te weinig! Leraar en leerling zijn sámen verantwoordelijk voor het leerresultaat. En dat voor welk onderwijsresultaat dan ook! Samen leggen ze verantwoording af aan de ouders.
“Leerkrachten moeten verantwoording afleggen aan ouders over de ontwikkeling van het kind”
En geen tienminutengesprekken. Die hebben geen zin. Dat is geen verantwoording afleggen, maar ter verantwoording roepen. Daar wordt ook helemaal geen gesprek gevoerd, dat weten we allemaal. Je raakt er aan gewend en je kinderen redden zich meestal wel. Ik heb drie keer ervaring gehad. En als het jaar over is, dan hoop je op betere kansen. Je legt je er bij neer, terwijl het niet oké is.
Maar zoals u het net formuleert, leraar en leerling leggen samen verantwoording af aan de ouders: dat lijkt nog niet op ouderparticipatie.
Nee, en ouders moeten ook niet in het onderwijsproces participeren. Zij zijn betrokken! Zij tonen zich geïnteresseerd. En zij vragen hun kinderen naar hun welbevinden en of ze het gevoel hebben dat ze tot hun recht komen. Als ouders vragen hoe was het op school, dan bedoelen ze een heleboel tegelijk. Dat is een hele serieuze vraag. Ouders zijn wel degelijk betrokken bij de school. Maar ze weten dat ze er geen stem hebben.
Zet ouders niet in een onderwijsleerproces, maar houdt ze wel dicht bij de schoolse ontwikkeling van hun kinderen. Ouders en school hebben een intensief contact met elkaar. En school zoekt de ouders ook op. Scholen als pedagogische instituten zijn medeverantwoordelijk voor het eindresultaat. Ze hebben zo’n grote invloed op kinderen.
"Zet ouders niet in een onderwijsleerproces"
Er zijn momenteel initiatieven waarbij ouders wel degelijk participeren in het onderwijs. Participatieschool noemen ze dat, waarbij ouders delen van het lesprogramma uitvoeren.
Ja, maar dan zijn en blijven ze het hulpje van de leerkracht en dat is niet oké. Ouders hebben hun eigen verantwoordelijkheid: thuis. En die verbinding met de school, daar is geen theorie over. Daarover zou ik zelf wat meer aan theorie willen werken. Ouders horen hun verantwoordelijkheid thuis te realiseren en niet in school. Wat mij betreft is de school de grond van de kinderen. Leraren zijn daar de professionals. En ouders hebben een goede verstandhouding met die school en laten zich informeren. En het kind is de ambassadeur. Het kind informeert de ouders ook over de vorderingen, over de tegenvallers enzovoort. Alleen in een selectiesysteem is dat lastig. Terwijl we er zo over spreken, denk ik: wat komen we nog aan reflectie tekort!
We komen zoveel aan reflectie tekort als het gaat over de relatie tussen school en ouders. Er wordt ontzettend veel gepraat en erg weinig gezegd. Ik weet wél dat de school actiever naar de ouders zou kunnen zijn. Ook om het kind een veilige plaats te bieden. Een kind moet in school een veilige plaats krijgen, dat wil zeggen, een plaats waarvan het weet dat de ouders die plaats ook respecteren. En dat zijn ouders ook naar de school luisteren.
"Kinderen moeten op school een veilige plaats hebben, en ouders moeten die plek respecteren"
Feitelijk zegt u: ieder heeft zo z’n eigen verantwoordelijkheid en z’n eigen bekwaamheid. Ouders hebben hun verantwoordelijkheid en bekwaamheid. Leerkrachten hebben hun verantwoordelijkheid en bekwaamheid. En dat raakt elkaar natuurlijk wel als het gaat over opvoeden.
Ja, beiden voeden op. Hoewel in heel verschillende contexten. En de school is daarin ook initiator. De school zit niet te wachten op een conflict en tot de ouders eindelijk komen. Nee, die is een actor. En als ze dan zeggen: daar hebben we geen tijd voor of daar zijn we niet voor opgeleid. Dat klopt allemaal, maar daar moet je tijd voor maken en daar moet je voor opleiden.
Veerkracht van kinderen
Uw organisatie, het NIVOZ, maakt zich sterk voor de rechten van kinderen.
In de huidige maatschappij zie je twee tegenstrijdige bewegingen rond ouders en kinderen. Je ziet dat ouders heel bewust kiezen voor het ouderschap. Ze zijn ook maximaal betrokken bij de ontwikkeling van hun kind. Dat is de ene kant. Je ziet echter ook dat ouders hun kinderen soms voor lange tijd naar een kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang sturen. Bijna van 7 tot 7. Dat lijkt elkaar een beetje te bijten. Hoe kijkt u daar tegen aan?
Daar zit ook spanning inderdaad. Dat weten we allemaal. Werkende vrouwen worden gemakkelijk op hun werk gebeld door kinderen die alleen zitten of een probleem hebben. Dat maken we allemaal mee. De moeder bellen ze dan het eerst. Alle ouders lossen dat op hun eigen manier op. De term ‘quality time’ is daarvoor uitgevonden. Dat is ook essentieel, dat áls je je kinderen dan hebt, dat je er echt bent. Niet dat je met de kinderwagen loopt en tegelijk de telefoon aan het oor hebt. Je bent er voor het kind, ook al kan het nog niet praten. Je beschikbaarheid wordt ervaren en je niet beschikbaar zijn ook. Als je die tafereeltjes ziet, dan knijp ik m’n tenen wel eens samen.
Kinderen zijn over het algemeen heel veerkrachtig. Mits de gehechtheid met hun ouders in orde is. Als er sprake is van veilige gehechtheid, dan kan een kind veel aan. Als het kind in de tijden dat het de ouders ontmoet zich ook met de ouders kan verbinden en er volle aandacht is voor het kind. Ook voor de vrijheid van het kind. Je hoeft niet de hele dag met het kind te praten of spelletjes te doen. Kinderen willen dat niet. Ze willen wel dat de ouders beschikbaar zijn.
"Kinderen willen dat hun ouders beschikbaar zijn"
Ik vind het eigenlijk meer een punt dat de ouders niet beschikbaar zijn omdat hun telefoon iedere keer aan staat en dat het werk verwacht dat jij bereikbaar bent, dan dat een kind zo lang op een crèche zit. Dat hoeft niet zo’n bezwaar te zijn. Ik ben er ook niet enthousiast over en ik zou het ook graag anders zien. Maar ik zie ook dat het niet anders kan. En in andere landen is het al lang zo. We leven op zo’n welstandsniveau dat het onbetaalbaar is voor een eenverdiener. Dat is zo geworden de afgelopen decennia. Dus ze moeten. Kinderen hebben het ook niet altijd even gemakkelijk, dat klopt. Maar die hoeven daar niet altijd grote schade van te lijden.
Kinderen lijden schade door onveiligheid, gebrek aan aandacht, gebrek aan erkenning, conflicten tussen de ouders. Conflicten tussen de ouders, die zijn levensgevaarlijk voor de zelfbeleving van een kind. Daar praat ik graag over! Dat vind ik essentiëler als gespreksonderwerp dan de lange dagen die de kinderen maken. Die zijn te lang, ik zie jonge kinderen uitgeput thuiskomen. Die zijn vrijdag geen mens meer. Dat zie ik om me heen gebeuren. Maar als er thuis een basisveiligheid is, kunnen ze veel hebben.
Tenslotte
Samengevat komt het er op neer dat er op het vlak van ouders en school nog veel ontwikkelkansen zijn. Er is ook behoefte aan een verdere doordenking van dit thema. Leerkrachten moeten verantwoording afleggen aan de ouders over de ontwikkeling van het kind. En als het gaat over het welbevinden van kinderen, dan is dat ook in de thuissituatie een punt van aandacht voor de ouders.