Met welke interventies kunnen middelbare scholen zich duurzaam en wederkerig verbinden met de wijk, als context voor burgerschapsontwikkeling van leerlingen?
Geplaatst op 16 december 2020
Succesfactoren bij het aangaan en onderhouden van een relatie met de omgeving zijn een gedeelde visie, leiderschap en coördinatie, draagvlak, communicatie, vertrouwen, kwaliteit en aandacht voor randvoorwaarden. Aanvullingen op of afwijkingen van deze factoren zijn afhankelijk van het doel waarmee de school voor voortgezet onderwijs de samenwerking aangaat. Naar samenwerking specifiek gericht op de vormgeving van burgerschap is in Nederland geen onderzoek verricht.
Scholen hebben een kwalificerende, socialiserende en vormende taak. Deze taken voert de school deels in samenwerking met de omgeving uit. De samenwerking tussen school en de omgeving kan op ieder van deze taken gericht zijn en afhankelijk van het doel verschillende vormen aannemen.
Algemene succesfactoren voor samenwerking
In een succesvol samenwerkingsverband hebben de school en de partners in de omgeving een gedeelde visie en een duidelijk doel. Leiderschap en coördinatie zijn vastgelegd, en er is helderheid over verwachtingen, verantwoordelijkheden en rollen. Binnen alle betrokken organisaties is draagvlak voor de samenwerking en ze kennen elkaars mogelijkheden en werkwijze. Er is vertrouwen in elkaar en aandacht voor praktische randvoorwaarden zoals tijd en budget. De communicatie is op orde. Afhankelijk van de samenwerkingsvorm zijn er aanvullingen op deze succesfactoren te benoemen of kunnen factoren minder belangrijk zijn.
Samenwerking gericht op burgerschapsontwikkeling
Specifiek onderzoek naar samenwerking tussen school en omgeving voor burgerschapsontwikkeling is in Nederland niet uitgevoerd. In het buitenland is dat beperkt gedaan en spitst het zich veelal toe op het in kaart brengen van partnerschappen die scholen zijn aangegaan. Voorbeelden daarvan zijn lokale overheden, culturele organisaties, de bibliotheek, sportclubs, en NGO’s als het Rode kruis en Amnesty International.
De achterliggende gedachte van deze samenwerking is dat de omgeving een krachtige context voor burgerschapsvorming is. Het biedt leerlingen ruimte voor leren dat op school niet mogelijk is. Zo vormen excursies, het opzetten en uitvoeren van acties, maatschappelijke stage, bezoeken van musea of andere instellingen een aanvulling op de reguliere lessen.
In Nederland is het aanbod van burgerschapsactiviteiten buiten school gering in vergelijking met het internationale gemiddelde. Uitzondering hierop zijn acties voor kansarme personen of groepen, culturele activiteiten en sportevenementen.
Vier vormen van samenwerking tussen school en wijk
Leerlingen (en hun ouders) kunnen ondersteuning krijgen bij activiteiten die buiten de strikt educatieve taak van de school vallen; bijvoorbeeld opvoeding of gezondheid. Er zijn ruwweg vier samenwerkingsvormen te onderscheiden, oplopend in complexiteit.
In zijn simpelste vorm coördineert de school de dienstverlening van verschillende partners. Succesfactoren in de samenwerking zijn: kunnen netwerken, voldoende tijd om in de samenwerking te investeren, leiderschap, en evalueren van activiteiten en resultaten.
De samenwerking gaat een stap verder wanneer de school deze diensten aanbiedt. De school en de partners stemmen dan hun werkwijze en procedures op elkaar af en stellen een bestuursstructuur op.
De school en samenwerkingspartners kunnen de diensten voor leerlingen en hun ouders ook openstellen voor wijkbewoners. En andersom, de school staat open voor initiatieven vanuit de wijk. Succesfactoren bij deze vorm van samenwerking zijn: voortbouw op eerdere samenwerking en aansluiting bij bestaande netwerken. Het is hierbij van belang dat elke organisatie de eindverantwoordelijkheid op zijn eigen terrein behoudt.
Voorbeelden zijn de Brede School en de Vreedzame wijk, waarbij alle jeugdvoorzieningen in de wijk volgens dezelfde principes werken en ook zichtbaar zijn voor iedereen.
De meest complexe variant heeft tot doel om samen met de school de omgeving te transformeren. Er vindt dan een proces van gelijktijdige vernieuwing plaats, met gedeeld eigenaarschap. Deze vorm van samenwerking bevordert kritisch burgerschap en nodigt uit tot burgerparticipatie.
Uitgebreide beantwoording
Opgesteld door: Georgia Vasilaras (kennismakelaar Kennisrotonde)
Vraagsteller: Programmacoördinator voortgezet onderwijs
Vraag
Met welke interventies kunnen vo-scholen zich duurzaam en wederkerig verbinden met de wijk (buurtbewoners, bedrijven, organisaties), als context voor burgerschapsontwikkeling van leerlingen?
Kort antwoord
Er is veel onderzoek gedaan naar de samenwerking tussen scholen en de regio. De meest genoemde succesfactoren bij het aangaan en onderhouden van een relatie met de omgeving zijn een gedeelde visie, leiderschap en coördinatie, draagvlak, communicatie, vertrouwen, kwaliteit en aandacht voor randvoorwaarden.
Aanvullingen op of afwijkingen van deze factoren worden gevonden afhankelijk van het doel waarmee de samenwerking wordt aangegaan. Samenwerking specifiek gericht op de vormgeving van burgerschap is in Nederland niet onderzocht. Internationaal zijn hier wel in beperkte mate gegevens over voorhanden.
Toelichting antwoord
Scholen hebben een kwalificerende, socialiserende en vormende taak. Deze taken worden deels in samenwerking met de omgeving uitgevoerd (Verhoeven e.a. 2012). De samenwerking tussen school en de omgeving kan op ieder van deze taken gericht zijn en afhankelijk van het doel verschillende vormen aannemen.
Algemene succesfactoren in de samenwerking zijn:
- De partners hebben een gedeelde visie en een duidelijk doel
- Leiderschap en coördinatie zijn belegd
- Binnen de organisaties is draagvlak voor de samenwerking
- Er is helderheid over verwachtingen, verantwoordelijkheden en rollen
- De communicatie is op orde
- De partners spreken kennen elkaars mogelijkheden en werkwijze
- Er is vertrouwen in elkaar
- Er is blijvend zicht op kwaliteit
- Er is aandacht voor praktische randvoorwaarden zoals tijd en budget
(Hogeboom e.a., 2012; Kennisrotonde, 2017; Sanders, 2001; Smeets e.a. 2018, Van Genugten e.a., 2017; Wienke 2014).
Afhankelijk van de vorm van samenwerking zijn er aanvullingen op deze succesfactoren in samenwerking te benoemen, of kunnen factoren minder belangrijk zijn.
Samenwerking gericht op burgerschapsontwikkeling
Expliciet onderzoek naar de samenwerking tussen school en de omgeving in het kader van burgerschap is in Nederland niet uitgevoerd. In het buitenland is er wel beperkt onderzoek gedaan. Dit spitst zich veelal toe op het in kaart brengen van welke partnerschappen worden aangegaan. Samenwerking is er met lokale overheden, culturele instanties, publieke voorzieningen als bijvoorbeeld de bibliotheek of sportclubs, vrijwilligersorganisaties, en NGO’s als het Rode kruis, Amnesty International.
Een doel van samenwerking kan zijn om leerlingen een context voor leren aan te bieden die op school niet gerealiseerd kan worden. Voor burgerschap zoeken scholen vaak samenwerking met partners buiten school. Activiteiten als excursies, opzetten en uitvoeren van acties, maatschappelijke stage, bezoeken van musea of andere instellingen buiten school vormen een aanvulling op de lessen op school. De achterliggende gedachte is dat de omgeving een krachtige context voor burgerschapsvorming biedt (Bekkers, 2010; Bronkhorst, 2016; Hands, 2008; Inspectie van het Onderwijs, 2016, 2020; Klomp, 2010; Verhoeven e.a., 2012).
In Nederland is het aanbod van burgerschapsactiviteiten buiten school gering in vergelijking met het internationale gemiddelde. Uitzondering hierop zijn acties ten behoeve van kansarme personen of groepen, culturele activiteiten en sportevenementen. Dit bleek uit een onderzoek waar het burgerschapsonderwijs in vierentwintig landen binnen en buiten Europa vergeleken werd (Munniksma e.a., 2017).
Vier vormen van samenwerking tussen school en wijk
Samenwerking kan ook gericht zijn op activiteiten die buiten de strikt educatieve taak van de scholen vallen. Leerlingen en hun ouders kunnen daarbij maatschappelijke ondersteuning krijgen, of ondersteund worden op het gebied van opvoeding of gezondheid. Het is ook mogelijk dat deze ondersteuning voor iedereen in de wijk openstaat. Deze vormen van samenwerking zijn wel onderzocht. Ruwweg worden ze in vier groepen onderscheiden, oplopend in complexiteit (Valli e.a., 2014).
In zijn meest simpele vorm coördineert de school de dienstverlening van verschillende partners. Succesfactoren in de samenwerking zijn het kunnen netwerken, voldoende tijd hebben om in de samenwerking te investeren, leiderschap, en het evalueren van de activiteiten en resultaten.
De samenwerking gaat een stap verder wanneer de bovengenoemde diensten binnen school worden aangeboden. Werkwijze en procedures van school en de andere partners moeten dan op elkaar afgestemd worden, en er moet een structuur van gezamenlijk bestuur worden opgesteld. Partners zijn deskundig en professionaliseren gezamenlijk als dat nodig is (Smeets e.a., 2018).
Bij de derde vorm wordt er een samenwerkingsverband opgezet tussen school en diverse organisaties in de omgeving, waarbij de diensten niet alleen open staan voor leerlingen en hun ouders, maar ook voor anderen in de wijk. Ook kunnen vanuit de wijk initiatieven in de school worden gebracht. Omdat hier idealiter ook de wijkbewoners partner zijn, en niet alleen professionele organisaties, is hier een andere vorm van leiderschap nodig. Verdere succesfactoren zijn het voortbouwen op eerdere samenwerking en aansluiten bij bestaande netwerken (Smeets e.a., 2018) concrete problemen aanpakken, en draagvlak vergroten door zichtbare successen te behalen. Ook is het belangrijk dat iedere organisatie de eindverantwoordelijkheid op het eigen terrein vasthoudt (Wienke, 2014).
Nederlandse voorbeelden van deze manier van samenwerken zijn de Brede School en de Vreedzame wijk, waarbij alle jeugdvoorzieningen in een wijk volgens dezelfde principes werken. Deze principes zijn zichtbaar voor iedereen in de wijk.
Als vierde vorm van samenwerking noemen de onderzoekers de situatie waarbij het doel is om samen met de school de hele omgeving te transformeren. Er vindt dan een proces van gelijktijdige vernieuwing plaats, met gedeeld eigenaarschap. Sales e.a. (2017) wijzen erop dat deze vorm van samenwerking kritisch burgerschap bevordert. Zij doen de aanbeveling samenwerkingsverbanden uit te breiden met burgerparticipatie.
Geraadpleegde bronnen
- Bekkers, R. H. F. P., Spenkelink, S., Ooms, M., & Immerzeel, T. (2010). Maatschappelijke Stage en Burgerschap: Rapportage Schooljaar 2008/2009. Utrecht: Universiteit Utrecht.
- Bronkhorst, L.H. & Akkerman, S.F. (2016). Continuities and discontinuities in learning across school and out-of-school contexts. Educational Research Review, 19, 18-35.
- Hands, C. M. (2008). Circles of influence: The role of school–community partnerships in the character formation and citizenship of secondary school students. Alberta Journal of Educational Research, 54(1), 50-64.
- Hogeboom, B.; Koch, J.; Potiek, S.; van Veldhuizen, S. (2012a). De kracht van samenwerking. Vormen van samenwerking tussen scholen en partners. Amersfoort: CPS., in opdracht van het ministerie van OCW.
- Hogeboom, B. & van Veldhuizen, S. (2012b). Binnen en buiten de kom. Deel 2: Interventies. Onderzoek naar sturen op het verbinden van binnen- en buitenschools leren. Amersfoort: CPS.
- Hogeboom, B. & van Veldhuizen, S. (2013). Binnen en buiten de kom. Deel 3: meer profijt van buitenschools leren. Amersfoort: CPS.
- Inspectie van het Onderwijs (2016). Burgerschap op school. Een beschrijving van burgerschapsonderwijs en maatschappelijke stage.
- Inspectie van het Onderwijs (2020). Themaonderzoek Burgerschapsonderwijs en het omgaan met verschil in morele opvattingen.
- Kennisrotonde (2017). Hoe kunnen scholen en educatieve partners effectief samenwerken op het gebied van gezondheid en sport, techniek, cultuur en natuur? (KR. 99). Den Haag: Kennisrotonde.
- Klomp, M. (2010). Buitenschools leren en burgerschapsvorming. Hoe wordt hierover gedacht binnen het onderwijs. Zwolle: Windesheim
- Munniksma, A.; Dijkstra, A.B.; van der Veen, I.; Ledoux, G.; van de Werfhorst, H.; ten Dam, G. (2017.). Burgerschap in het voortgezet onderwijs. Nederland in vergelijkend perspectief. Amsterdam: Amsterdam University Press.
- Sales, Auxiliadora; Moliner, Odet y Lozano, Josefina (2017). Strategies to link schools to their territories. A survey study, Procedia - Social and Behavioral Sciences, 237, 692-697.
- Sanders, M. G. (2001). A study of the role of “community” in comprehensive school, family, and community partnership programs. The Elementary School Journal, 102, 19–34.
- Smeets, E., & Van Veen, D. (2018). Samenwerking tussen onderwijs, gemeenten en jeugdhulp. Onderzoek naar succesfactoren in praktijkvoorbeelden. Nijmegen/Zwolle: KBA Nijmegen / Hogeschool Windesheim / NCOJ.
- Valli, L., Stefanski, A., & Jacobson, R. (2014). Typologizing school–community partnerships: A framework for analysis and action. Urban Education, 2, 19–31.
- Van Genugten, M., de Kruijff, J., Zwaan, P., & van Thiel, S. (2017). Samenwerken aan effectieve regionale samenwerking. Radboud University: Nijmegen.
- Verhoeven, S. c.s. (2012) Opvoeden en ontwikkelen doen we samen! Praktijkgericht onderzoek naar de manier waarop scholen in primair en voortgezet onderwijs hun maatschappelijke opdracht praktisch kunnen vormgeven. Den Bosch, KPC groep.
- Wienke, D. (2014). School en wijk verbonden Aansluiting van het onderwijs op een wijk-, gebieds- of stedelijke aanpak voor opvoeden en opgroeien. Wetenschappelijke reflectie op do’s en dont’s in vernieuwen, verbinden en implementeren. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Gerelateerd

oo.nl


ANWB


Wij-leren.nl Academie


Augeo



































