Kennisplatform
Kindgesprekken voeren - hoe doe je dat? Gratis leermodules van Noëlle Pameijer en Karen van Kooten.

Iedere ouder telt

Anne van Hees
Onderwijskundige bij hulp bij adhd  

Hees, A. van (2016) Iedere ouder telt.
Geraadpleegd op 04-10-2024,
van https://wij-leren.nl/iedere-ouder-telt-def.php
Geplaatst op 1 juni 2016
Iedere ouder telt

In veel literatuur over de omgang met ouders, ligt de nadruk sterk op gesprekstechnieken. In dit artikel wordt het perspectief op ouders breder gemaakt, om zo te komen tot een visie op de vitale plek die ouders innemen in de schoolloopbaan van hun kind. Juist ook die ouders die de weg naar school moeilijk lijken te vinden, zijn belangrijk. Want een school heeft de ervaringskennis van iedere ouder over ieder kind nodig: “Er bestaat een direct verband tussen het succes van leerlingen op school en ouderbetrokkenheid.”

Laevers over ouders

Ferre Laevers benoemt in het boek ‘Praten met ouders’ van Prenen en Wysmans (2004) een aantal principes die hij onderschrijft in het contact met ouders. Een eerste belangrijk principe is het aansluiten bij de zorg van de ouders, die willen weten hoe hun kind het op school maakt. Vervolgens geeft hij aan dat ouders gerespecteerd dienen te worden als de eerste opvoedingsdeskundigen.

‘Ouders dienen gerespecteerd te worden als eerste opvoedingsdeskundigen’

Ook dient er respect voor het kind te zijn die in het gesprek uitdrukkelijk als volwaardige deelnemer wordt aangesproken.

Bij de begeleiding staat voor Laevers voorop: de inleving in de ander en het begrip voor het feit dat elk zijn perspectief heeft. Het besef dat die ene ouder met wie je in gesprek bent, deel is van een ‘systeem’ – de partner, de zussen en broers, grootouder(s) – en dat je tenminste die afwezige vader erbij moet zien te krijgen.

Want hij kan het zijn die bij de enthousiaste thuiskomst van de moeder die een uitweg gevonden lijkt te hebben, roept: “Tom medicatie geven? Over mijn lijk!”.

Veranderende rol van ouders

De rol van ouders is de laatste tijd wezenlijk veranderd. Drie ontwikkelingen spelen daarin een bepalende rol. Kozen ouders vroeger voor een school vanwege de denominatie, door de ontzuiling wordt de kwaliteit van de school bepalend voor hun keuze. Het gevolg daarvan is dat ouders veel kritischer zijn ten aanzien van de kwaliteit.

Ook het onderwijs zelf verandert. Leerlingen moeten op een veranderende maatschappij worden voorbereid. Dat betekent dat ze niet alleen kennis moeten opdoen, maar ook vaardigheden als zelfstandig werken, coöperatief leren en een portfolio maken. Bovendien krijgen scholen er allerlei taken bij: de zorg voor voor- en naschoolse opvang, het zich moeten ontwikkelen tot een Brede School.

Ten slotte weten ouders meer van het onderwijs dan vroeger. Toetsresultaten zijn transparanter geworden en ouders zijn door internet op de hoogte van inhoudelijke ontwikkelingen van het onderwijs (De Vries, 2007).

De wereld rondom de leerling is dus steeds ingewikkelder geworden. Volgens De Vries (ibid., 2007) moeten scholen hun taak dan ook niet meer geïsoleerd willen uitvoeren. In de huidige maatschappij heeft een school ouders nodig voor een optimale ontwikkeling van de leerling.

Vijf schooltypes

Scholen kunnen vanuit een interne gerichtheid contact hebben met ouders: ze willen graag contact. Ook kunnen scholen vanuit een externe gerichtheid contact hebben met ouders: ze moeten contact hebben.

Bij dit laatste kun je denken aan de verplichte medezeggenschapsraad en de eis dat toetsresultaten transparant dienen te zijn. Vanuit de dimensie van externe gerichtheid naar interne gerichtheid kunnen er vijf types scholen worden onderscheiden:

  • De informatiegerichte school: gericht op het verstrekken van de juiste informatie aan ouders;
  • De structuurgerichte school: richt zich naast schooltype 1 ook op het helder vormgeven van duidelijke structuren (hoe lopen de lijnen met ouders?);
  • De relatiegerichte school: richt zich naast schooltype 2 ook specifiek op de relatie met ouders;
  • De participatiegericht school: investeert naast schooltype 3 ook in optimale participatie van ouders;
  • De innovatiegerichte school: de school is erop uit om met de ouders het onderwijs en de rest van de school(organisatie) te innoveren, waarbij ook alles wordt gedaan van schooltype 4.

Bewezen belang van ouderbetrokkenheid

De gelijkheid en kwaliteit van het onderwijs is grotendeels afhankelijk van de kwaliteit van de relatie tussen leraren en ouders (Agirdag & Van Houtte, 2011). De schoolcultuur sluit echter vaak aan bij de sociaaleconomische vooroplopende gezinnen en haast nooit bij de cultuur van allochtone gezinnen en gezinnen met lage inkomens (ibid., 2011).

Als gevolg hiervan zijn allochtone gezinnen als vanzelf minder verbonden met school dan autochtone gezinnen uit de middenklasse.

Er bestaat een direct verband tussen het succes van leerlingen op school en ouderbetrokkenheid (Kugler, 2011). Dit vraagt een zorgvuldig beleid in de omgang met ouders en extra aandacht voor ouders die minder goed bereikbaar zijn.

Waarom elke ouder telt

Ouders brengen om verschillende redenen een grote mate van deskundigheid met zich mee. Allereerst zijn zij contextdeskundigen. Ze maken hun kind dag en nacht mee en hebben al zijn karaktertrekken al vanaf de geboorte leren kennen. Daarnaast kennen zij het hele medische dossier van hun kind en zijn kansen en bedreigingen.

Zij weten als geen ander waar hij tegenop ziet of hoe je het kind het best kunt motiveren. Ook geeft het contact met ouders veel informatie over de mate en soort van wederzijdse loyaliteit, die het welbevinden en de betrokkenheid van kinderen sterk beïnvloedt. Verder weten ouders tegenwoordig meer over onderwijs, dankzij het zogenaamde ‘google-effect’; dit biedt een kans om deze deskundigheid de school in te krijgen (De Vries, 2007).

Ouders die niet zichtbaar zijn voor de school kunnen niet alleen hun eigen kind minder goed ondersteunen, zij kunnen ook hun waardevolle inzichten over hun kind niet delen met school en geen bijdrage leveren waarvan alle kinderen kunnen profiteren (Kugler, 2011).

Onzichtbare ouders

Eileen Gale Kugler (2011) constateert dat onzichtbare ouders vaak ongeschoolde ouders zijn die thuis een andere taal spreken. Ze heeft vanuit haar uitgebreide ervaring met (veelal in eerste instantie onzichtbare) ouders in Zuid-Afrika een aantal ideeën ontwikkeld over hoe je deze groep toch kunt betrekken bij school.

Uitgangspunt daarbij is dat bijna alle ouders hun kind dolgraag willen helpen om hun dromen te verwezenlijken, maar zij weten vaak niet hoe zij dit kunnen doen. Er dient gezocht te worden naar een verbinding die hun ervaring, cultuur en kennis respecteert. Ook ouders zonder opleiding hebben ons lessen te leren en veel om te delen. Alleen zo kan er een oprecht ‘partnership’ worden gebouwd die kinderen ondersteunt en stimuleert.

Vanuit hoge verwachtingen naar een nieuwe aanpak

Scholen dienen zich volgens Kugler nieuwe strategieën eigen te maken om aan de huidige diversiteit van ouders tegemoet te komen, zoals:

  • verbinding zoeken via activiteiten die niet-bedreigend en verwelkomend van sfeer zijn;
  • verbinding maken met de (culturele- of geloofs-)gemeenschap waarin de ouders verkeren;
  • contact zoveel mogelijk persoonlijk leggen, zowel bij goed als bij slecht nieuws;
  • ouders op diverse manieren uitnodigen. Voeg bijvoorbeeld een persoonlijke notitie toe aan de algemene uitnodiging;
  • alternatieve manieren benutten om bepaalde doelgroepen te bereiken. Soms kunnen gerespecteerde personen binnen een gemeenschap een brugfunctie hebben;
  • ouders ondersteunen, zodat zij hun kinderen kunnen ondersteunen. Dit kan bijvoorbeeld door bijeenkomsten te houden over de (pedagogische)aanpak op school.

Alles wat een school en wat leraren doen moet gestoeld zijn op hoge verwachtingen naar ouders, juist ook naar ouders die in eerste instantie onzichtbaar zijn.

Verder kijken dan verschillen

In Gent (België) wordt volgens het Brugfiguren-project gewerkt aan het leggen van verbinding met ouders met een diverse etnische achtergrond. Doel van het project is het creëren van gelijkwaardige kansen voor de kinderen binnen onderwijs.

Zoals de naam van het brugfigurenproject al aangeeft wordt er gewerkt met ouders die als brug functioneren tussen thuis en school. Dit project heeft zijn succes aan te danken aan de onafhankelijkheid van de brugpersoon, de etnische overeenkomst van de gezinnen en de brugpersoon en de toewijding van de brugpersoon om voorbij verschillen te denken en leerkrachten bewust te maken van hun eigen potentiële vooroordelen, zodat zij de complexe realiteit van sociaal benadeelde kinderen en hun ouders leren begrijpen.

Een voorbeeld is dat leerkrachten de verwachting hebben dat ouders minder betrokken zijn omdat ze weinig interesse hebben in of kennis hebben van het onderwijs. Deze verwachting vormt dan de basis voor hun handelen, terwijl hij feitelijk onjuist is (Agirdag & Van Houtte, 2011).

Zorg dat iedere ouder telt!

Wat zowel Kugler (2011) als Agirdar & van Houtte (2011) indirect heel duidelijk maken is dat contact, laat staan een constructieve samenwerking, niet als vanzelf ontstaat met ‘onzichtbare’ ouders. Scholen en leerkrachten dienen nieuwe keuzes te maken, uit hun comfortzone te komen en tot nieuwe manieren van handelen over te gaan. Gesprekstechnieken kunnen waardevol zijn, maar hoe dan ook is er moed nodig om de waarde van iedere ouder in te zien en te benutten.

Bronnen:

  • Agirdag, O. & Van Houtte, M. (2011). A Tale of Two Cities – Bridging Families ans Schools. In: Educational Leadership (pp. 42-46), vol. 68, no. 8. Alexandria (U.S.A.): ASCD.
  • Kugler, E.G. (2011). Is Anyone Listening to Families’ Dreams? In: Educational Leadership (pp. 32-36), vol. 68, no. 8. Alexandria (U.S.A.): ASCD.
  • Prenen, R. & Wysmans (2004). Praten met ouders. Leuven: CEGO Publishers.
  • Vries, P. de (2007). Ouders in de school. Amersfoort: CPS.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.