Kennisplatform
Hoe geef je een passend schooladvies?

Samenwerking bevordert opbrengstgericht werken

Annemieke Top
Kwaliteitszorgmedewerker / beleidsondersteuner bij Hoornbeeck College  

Nifterik, A. van (2016). Samenwerking bevordert opbrengstgericht werken.
Geraadpleegd op 14-12-2024,
van https://wij-leren.nl/opbrengstgericht-werken-samenwerking-groepsplannen.php
Geplaatst op 1 juni 2016
OGW en samenwerking

Leerkrachten, directeuren en bestuurders in het primair onderwijs staan positief tegenover opbrengstgericht werken. De afstemming tussen groep, school en bestuur laat echter nog ruimte voor verbetering.

Opbrengstgericht werken, en daarmee het verhogen van de onderwijskwaliteit, is een doel dat vooral in de groep wordt nagestreefd. Maar ook de schooldirectie en het bestuur zetten zich ervoor in. Daarom zijn onderzoeken uitgevoerd naar opbrengstgericht werken, op drie niveaus: groep, school en bestuur.

Ruimte voor verbetering

In de klas wordt opbrengstgericht werken nog niet optimaal uitgevoerd, zo wijst onderzoek van de Universiteit Twente uit. Differentiëren blijkt een complexe professionele vaardigheid te zijn. Leerkrachten weten in hun groepsplannen al wel goede leerdoelen op te stellen, maar ze maken nog weinig gedifferentieerde groepsplannen. Bovendien werken ze er nog weinig flexibel mee. Ze vormen bijvoorbeeld slechts eens per half jaar nieuwe instructiegroepen.

"Leerkrachten maken nog weinig gedifferentieerde groepsplannen"

De aanpak van directeuren en bestuurders

Niet alleen de inzet van de leerkracht is belangrijk voor het opbrengstgericht werken, ook schooldirecteuren en -besturen spelen daarbij een belangrijke rol. Onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen gingen na hoe directeuren en bestuurders opbrengstgericht werken kunnen bevorderen, vooral bij scholen die aan verandering onderhevig zijn. Drie belangrijke redenen voor verandering zijn: krimp, achterblijvende resultaten en streven naar excellentie.

Krimpscholen

Bij zogenoemde krimpscholen met weinig leerlingen spelen veel andere zaken die aandacht vragen. Het kleine team, de parttime aanwezigheid van de directeur en de kleine aanstelling van de intern begeleider kunnen de aandacht afleiden van opbrengstgericht werken. Deze afleidingen worden ook in ander onderzoek genoemd. Door de geringe groepsgroottes zijn de groepsscores bovendien lastiger naast de normen van de Inspectie te leggen. Daarom is over het effect van kleinere scholen op leerprestaties weinig te zeggen. Krimp brengt niet alleen risico's met zich mee, maar ook kansen. Het kan aanleiding zijn om schooloverstijgende netwerken te vormen en de zelfstandigheid en gezamenlijkheid binnen het team te vergroten.

Achterblijvende resultaten

De kwaliteitsproblemen op scholen met slechtere leerprestaties kunnen een impuls zijn om meer opbrengstgericht te gaan werken. Deze scholen kijken vaak meer dan voorheen naar de data uit de leerlingvolgsystemen. Wel is er een beperking: een negatieve beoordeling van de Inspectie heeft een emotionele impact. Directeuren moeten daarom vaak eerst tijd vrij maken om hun leerkrachten bij te staan en een veilig werkklimaat te creëren.

Excellentie

Veel scholen zijn ambitieus en willen goede resultaten behalen maar ambiëren niet het landelijke excellentielabel. Zij willen zich liever onderwijsinhoudelijk profileren met een bijzonder onderwijsconcept. Opbrengstgericht werken speelt daarbij nauwelijks een rol. Terwijl een opbrengstgerichte houding, waardoor ambities duidelijk worden en doelen worden gesteld, nuttig zou kunnen zijn.

Onderwijskwaliteit

Besturen spelen een belangrijke rol in het stimuleren van een opbrengstgerichte aanpak in hun scholen. Zij verschillen echter sterk in hun vermogen om scholen onderwijskundig aan te sturen. Een opbrengstgerichte cultuur komt vooralsnog slechts voor een deel van de grond. Het overheidsbeleid kan besturen gericht ondersteunen door evidence-based practices aan te reiken, bijvoorbeeld via materialen en instrumenten van School aan Zet. Vooral de zogenoemde ‘eenpitters’, die vaak een bestuur hebben van vrijwilligers met weinig onderwijskundige expertise, hebben dat nodig. Deze scholen vragen dan ook om een sterke schoolleider, in wiens handen de verantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit ligt.

Rekening houden met verschillen

De grotere besturen die meerdere scholen vertegenwoordigen en professioneel georganiseerd zijn, zijn zich bewuster van de noodzaak van opbrengstgericht werken. In het algemeen blijken besturen echter weinig te sturen op opbrengstgericht werken in scholen. Als de scholen uit zichzelf opbrengstgericht proberen te werken, is daar vaak geen adequate controle op. Daarom is focus op professionele leergemeenschappen in scholen belangrijk, zodat leerkrachten samen aan doelen kunnen werken en van elkaar kunnen leren.

"Houd rekening met contextfactoren die verandering kunnen belemmeren"

Contextfactoren

Bovendien zijn er contextfactoren die opbrengstgericht werken kunnen bemoeilijken. Het is bijvoorbeeld lastig om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren op basis van opbrengstgericht werken als de samenstelling van het team en/of de schoolleiding voortdurend wisselt, zonder dat je daar zelf als school grip op hebt. Of als de schoolleider of intern begeleider te weinig uren heeft om de onderwijskwaliteit te bevorderen. Daarom is het van belang dat bij ondersteuning rekening wordt gehouden met contextuele verschillen waarmee scholen en leraren te maken hebben. Een manier om rekening te houden met verschillen en daarom het opbrengstgericht werken uit de groep te laten komen, is uitgewerkt in een stappenplan. Er zijn vier stappen te onderscheiden:

  1. Inventariseren welke vragen er leven rondom opbrengstgericht werken;
  2. Inventariseren of er een duidelijke visie is of niet rondom opbrengstgericht werken;
  3. Actieonderzoek;
  4. Aan de slag en elkaar informeren over de voortgang en resultaten.

Bronnen

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.