Kleutersprongen 2.0 opbrengstgericht werken in groep 1 en 2
Lianne Jongsma
Trainer en eigenaar bij De Kleuterspecialist
Geraadpleegd op 07-10-2024,
van https://wij-leren.nl/kleutersprongen-opbrengstgericht-werken.php/kleutersprongen-opbrengstgericht-werken.php
Auteur: Monique Jeurissen
ISBN: 9789056760878
Uitgeverij: CED groep
De afgelopen jaren is het verhogen van leeropbrengsten één van de belangrijkste speerpunten in het onderwijs geweest. Haal eruit wat er in zit zonder door het onderwijsproces te verbeteren, zónder aan kinderen te trekken. Omdat het onderwijs aan kleuters een vak apart is, vraagt dit om specifieke kennis en vaardigheden. In het boek Kleutersprongen 2.0 wordt beschreven hoe je het optimaliseren van het onderwijs in groep 1 en 2 praktisch vorm kunt geven.
Hoofdstuk 1: Waarover gaat dit boek?
In dit korte hoofdstuk wordt de inhoud van het boek toegelicht. Door te werken met de werkcyclus opbrengstgericht werken (OGW) in 4D kun je kinderen helpen om sprongen te maken in hun ontwikkeling. Het biedt een kapstok voor kwaliteitsverbetering. Ook al geeft de titel aan dat de focus ligt op het kleuteronderwijs, het is ook geschikt voor leerkrachten in groep 3. We zien steeds vaker dat ook zij spel een prominente plek willen geven binnen hun onderwijs. Dit boek geeft ook hen praktische handvatten.
Hoofdstuk 2: Opbrengstgericht werken in 4D in groep 1-2
Kleuters leren door te proberen, door te kijken, voelen, luisteren en al hun zintuigen te gebruiken. Nieuwe ervaringen koppelen ze aan dingen die ze eerder hebben meegemaakt. Op deze manier leren ze de wereld om zich heen steeds beter te begrijpen. Om tot spelen – en zo tot leren- te komen is een uitdagende leeromgeving van groot belang. Deze kenmerkt zich onder andere door:
- een overzichtelijke en aantrekkelijke inrichting van het lokaal
- een spel- en activiteitenaanbod dat aansluit bij de belevingswereld van de kinderen
- een omgeving die veiligheid biedt en waar ze zichzelf kunnen zijn
- een ondersteunende en stimulerende leerkracht
Opbrengstgericht werken bij kleuters betekent dat je vanuit een weloverwogen visie alle kleuters optimale ontwikkelingskansen biedt in een omgeving die het beste bij hen past.
De werkcyclus opbrengstgericht werken in 4D wordt vorm gegeven door vier stappen:
1. Data: Het verzamelen van beschikbare gegevens
2. Duiden: Het analyseren van de beïnvloedbare (onderwijs) kenmerken
3. Doelen: Stellen van meetbare, hoge ambities
4. Doen: Realiseren van doelen met passende interventies
Hoofdstuk 3: Schoolstandaarden en ambities
Als je het beste uit je leerlingen wilt halen, moet je de lat hoog leggen en uitdagende doelen stellen. Daarom moet je ambities formuleren voor kleuters. Dit doe je stap voor stap waarbij de volgende vragen houvast kunnen bieden:
1: Wat wil je dat de kleuters eind groep 2 kunnen en kennen?
2: Welke gemiddelde ontwikkelingsgroei / -tempo heb je voor ogen?
3: Welke ambities heb je als school geformuleerd?
Als je deze vragen hebt beantwoord, kun je het onderwijsaanbod gaan formuleren.
Hoofdstuk 4: Een visie op onderwijs aan het jonge kind: spelen moet!
Als je de ambities bepaald hebt, moet je ook bedenken op welke manier je de doelen wilt behalen. Dit is afhankelijk van je visie op onderwijs aan kleuters. Een visie kun je concretiseren aan de hand van 5 dimensies:
Identiteitsdimensie: Wie wil je zijn als school en hoe straal je dat uit?
Maatschappelijke dimensie: Welke maatschappelijke onderwerpen hebben jullie expliciet vormgegeven in jullie school?
Pedagogische dimensie: Wat hoort volgens jullie bij opvoeding en wat bij onderwijs?
Onderwijskundige dimensie: Hoe leren jonge kinderen en op welke manier geven wij jonge kinderen de meest optimale ontwikkelingskansen?
Professionele dimensie: Welke vaardigheden vraagt deze manier van werken van mij?
Hoofdstuk 5: Data
Het verzamelen van data is de eerste stap binnen de werkcyclus van opbrengstgericht werken in 4D. Deze data kun je op verschillende manieren verkrijgen. Allereerst kun je je richten op je observaties en de gemaakte aantekeningen die je hebt vastgelegd in het kindvolgsysteem. Ter aanvulling op deze observaties kun je ook gebruik maken van specifieke observatielijsten en – schema’s. Deze zet je in als je beeld op sommige gebieden nog niet helemaal duidelijk is. Als derde manier wordt aangegeven dat het belangrijk is dat je reflecteert op je eigen handelen zoals je klassenorganisatie of pedagogisch en didactisch handelen. Daarnaast kun je er ook voor kiezen om een aanvullende leerlijn binnen een bepaald ontwikkelingsdomein aan je kindvolgsysteem toe te voegen.
De vijfde manier, die alleen wordt geadviseerd in specifieke gevallen, is het toetsen van kinderen. Tenslotte kun je uit gesprekken met ouders ook belangrijke informatie halen.
Hoofdstuk 6: Duiden
Met de verzamelde data ga je aan de slag in de volgende stap van de werkcyclus: het duiden. Dit duiden doe je in drie vaste stappen:
Stap 1: Het vergelijken van de data met de gestelde doelen en ambities. Hoeveel kleuters uit jouw groep halen die ambities?
Stap 2: Het analyseren van de data op basis van het onderwijsleerproces. Kijk hierbij kritisch naar de knoppen waar jij aan kunt draaien en waar jij als leerkracht invloed op hebt.
Stap 3: Toewijzen aan een passende aanpak. Bij nieuwe kleuters kun je van start gaan met een basisaanpak. De verdiepte aanpak is voor kinderen die meer aankunnen. Binnen de intensieve aanpak werk je toe naar het voldoende functioneringsniveau op een ontwikkelingsgebied. De zeer intensieve aanpak, gebruik je voor slechts 5% van de kinderen. Met hen werk je toe naar het minimum functioneringsniveau.
Hoofdstuk 7: Doelen
Formuleer concrete tussendoelen waar je de komende periode met jouw groep naartoe werkt. Stel een beredeneerd aanbod samen waarin je je thematische basisaanpak beschrijft. En stel ook je tussendoelen op. Hierbij houd je rekening met je eerder geformuleerde ambities. Maak niet alleen gebruik van de ambities die je met elkaar hebt opgesteld, maar gebruik ook de leerlijnen. Een hulpmiddel hierbij vormen de inhoudskaarten van het SLO.
Het geheel aan doelen en de beschrijving hoe je hiermee aan de slag gaat leg je vast. Maak hierover gezamenlijke afspraken, leg vast waar je naartoe werkt en hoe je je onderwijs gedifferentieerd vormgeeft.
Hoofdstuk 8: Doen
Waar je in de voorafgaande fases vooral het voorbereidende werk deed, is het bij deze vierde fase belangrijk dat je gericht aan de slag gaat. Dat doe je door het onderwijs aan te scherpen, namelijk door te draaien aan zes ‘knoppen: de beïnvloedbare kenmerken van het onderwijsleerproces.
De zes knoppen waar de leerkracht zelf invloed op heeft zijn:
- Het leerstofaanbod
- Het klassenmanagement
- De leertijd
- Het didactisch handelen
- Het pedagogisch handelen
- Het Schoolklimaat
In dit hoofdstuk wordt iedere knop uitgebreid toegelicht. Het geeft je tevens concrete handvatten om je onderwijs bij kleuters aan te scherpen.
Conclusie:
Kleutersprongen 2.0 vind ik onderscheidend ten opzichte van de vele andere boeken over het jonge kind. In dit boek ligt de focus heel concreet op het opbrengstgericht werken. Het geeft stapsgewijs aan hoe je dit vorm kunt geven binnen je onderwijs.
Het is mijn ervaring dat leerkrachten in de onderbouw behoefte hebben aan praktische voorbeelden. Deze zijn volop in het boek verwerkt. Daarnaast, en dat vind ik ècht heel sterk, vind je na ieder hoofdstuk het onderdeel ‘zelf aan de slag’. Dit zijn praktische en kritische vragen die je met je team kunt doorlopen om te bepalen waar je staat en waar je je nog op kunt focussen. Op deze manier kun je het boek gebruiken als een handleiding, waardoor je een grote kwaliteitsslag kunt behalen.
Bestellen
Het boek Kleutersprongen opbrengstgericht werken is te bestellen via: