Hybride leeromgeving (1): over de grens tussen werk en school

Rens Gresnigt

Docent, Consultant, Onderzoeker bij Fontys University

 

  Geplaatst op 21 mei 2021

Dit artikel is geschreven samen met Peter Bos.

Het onderwijs en de werkplek kijken steeds vaker bij elkaar in de keuken. Sterker nog, opleidingen en werkveld werken steeds vaker intensief samen. Zo’n samenwerking waarin de grenzen tussen beroepspraktijk en school vervagen noemen we een ‘hybride[1] leeromgeving’. Door deze intensievere samenwerking ontstaan niet alleen mogelijkheden om leren en ontwikkelen van studenten te bevorderen, maar ook van alle andere betrokkenen. Vaak staan authentieke vraagstukken centraal waardoor hybride leeromgevingen bijdragen aan het beantwoorden van echte (maatschappelijke) vraagstukken.

Bij uiteenlopende initiatieven binnen zowel het mbo, hbo als het wo zien we een vervlechting van school en werk (Bouw et al., 2020). Vanuit deze contexten is er ook steeds meer bekend over de inrichting van hybride leeromgevingen. In drie artikelen zetten we aan de hand van vijf vragen de belangrijkste uitgangspunten rondom hybride leeromgevingen op een rij. De artikelen kunnen zo een basis vormen voor als je zelf ook aan de slag wilt gaan met hybride leeromgevingen.

In dit eerste artikel staan we allereerst stil bij de vraag wat hybride leeromgevingen nu precies zijn (het wat), waarbij enkele kenmerkende elementen van hybride leeromgevingen de revue zullen passeren. In artikel twee staan we stil bij het nut van hybride leeromgevingen (het waarom). Tot slot focussen we in artikel drie op het ontwerpen van hybride leeromgevingen en op de vraag hoe hybride een hybride leeromgeving eigenlijk kan zijn (het hoe).

Wat is een Hybride leeromgeving?

In een hybride leeromgeving is de scheiding tussen ‘leren doe je op school’ en ‘werken op je werk’ niet meer van toepassing. Leren vindt juist plaats op het grensvlak van werk en school. Waar in een schoolse context vaak theorie of een fictieve casus centraal staat in het leerproces, nodigt een hybride leeromgeving studenten, docenten en werkveldprofessionals uit om samen te werken aan authentieke vraagstukken uit de praktijk (Custers et al., 2018).

Er zijn tal van verschillende verschijningsvormen van hybride leeromgevingen. Om een beeld te krijgen van hybride leeromgevingen schetsen we twee voorbeelden.

  1. Een hybride leeromgeving kan bijvoorbeeld als deel van een opleiding worden ingericht. Een opleiding en werkveldpartner kunnen samen een leeromgeving ontwerpen waarbij studenten, docenten en praktijkprofessionals bijvoorbeeld gedurende een half jaar fysiek aanwezig zijn in een de werkomgeving van de praktijkpartner.

Een plek waar zoiets gebeurt is bijvoorbeeld de Brainport Industries Campus. Daar zitten studenten van MBO en HBO opleidingen en technologiebedrijven als Fujitsu en Siemens allemaal onder het zelfde dak. De leeromgeving kan dan zo ontworpen worden dat een groepje studenten samen met één of meerdere werknemers en docenten gedurende meerdere maanden één team vormen. Dit team werkt aan authentieke vraagstukken vanuit het werkveld, de klant of maatschappij. Taken worden over alle deelnemers gespreid.

Zo werkt de hele groep onder gedeelde verantwoordelijk aan het vraagstuk. De deadlines, werkritmes en verantwoordelijkheden in het team zijn hetzelfde als voor alle andere werknemers. Tijdens de ontwerpfase hebben de opleiding, het werkveld en alumni van de opleiding samen nagedacht over het type vraagstukken dat geschikt is voor de leeromgeving en welke competenties en vaardigheden ontwikkeld (moeten) kunnen worden.

De hybride leeromgeving biedt niet alleen studenten een plek om te groeien, maar is ook een ideale context voor werkveldpartners en docenten om te werken aan hun professionele ontwikkeling.

  1. Een ander voorbeeld focust zich op een hybride leeromgeving die een heel opleidingstraject omvat. Zo kan je denken aan een opleiding pedagogiek waar je als lerende vanaf het begin van de opleiding werkt aan ‘pedagogische kwesties’. Dit zijn authentieke kwesties die spelen in de beroepspraktijk en waar praktijkprofessionals ook echt hulp bij kunnen gebruiken.

Samen met een coach van de opleiding, de werkveldpartner en de professional in opleiding wordt de pedagogische kwestie eerst in kaart gebracht. Vervolgens gaat de professional in opleiding aan de slag met de pedagogische kwestie, er is overleg met de werkveld partner over tussenresultaten en met de docenten van de opleiding om passende kennis in te zetten. Bij de beoordeling krijgt het werkveld een belangrijke stem omdat zij het best kunnen inschatten of de professional in opleiding een waardevolle bijdrage heeft geleverd aan de pedagogische kwestie.

Op deze manier zet de lerende gedurende de hele opleiding telkens zijn tanden in een nieuwe kwesties van (andere) werkveldpartners waardoor er steeds andere kennis en vaardigheden ontwikkeld kunnen worden.     

Bovenstaande voorbeelden laten zien dat in hybride leeromgevingen studenten, opleiders én werkveldpartners betrokken zijn in een ‘lerende driehoek’ (Platform Samen Opleiden & Professionaliseren, 2019). In een hybride leeromgeving hebben álle drie de partners een actieve rol. Bijvoorbeeld bij het leren of ‘leven lang ontwikkelen’: niet alleen de student leert, maar ook de vertegenwoordigers van de werkplek kan zich blijven ontwikkelen doordat authentieke problemen centraal staan die voor de werkveldpartner een reëel vraagstuk zijn in zijn eigen werk. De opleiders ontwikkelen zich doordat zij steeds op de hoogte zijn van nieuwe, actuele, dilemma’s uit de beroepscontext waarvoor zij opleiden.

In een hybride leeromgeving kunnen traditionele rolpatronen worden doorbroken. Leren en ontwikkelen staat niet alleen open voor alle betrokkenen, ook het ‘werken’, ‘opleiden’ en ‘onderzoeken’ kan door andere actoren worden gedaan. Het ‘opleiden’ is bijvoorbeeld niet alleen meer een taak van de opleiding maar ook van het werkveld. Bovendien kunnen studenten actief betrokken worden bij het ontwerpen, begeleiden en uitvoeren van het curriculum. En ook ‘werken’ kan door studenten gebeuren als zij de verantwoordelijkheid krijgen voor deelprojecten op de werkplek.
Er ontstaat in een hybride leeromgeving dus diversiteit in rolpatronen:

  • onderwijsleerdoelen van het curriculum worden in samenwerking met het werkveld afgestemd op de meest actuele ontwikkelingen in het beroep
  • werkveldpartners kunnen betrokken zijn bij de beoordeling van studenten en onderzoek van onderzoeksgroepen
  • studenten geven elkaar peer-feedback
  • opleiders participeren samen met studenten en werkveld in multidisciplinaire teams om zichzelf te ontwikkelen en bij te dragen aan een oplossing voor praktijkproblemen.

We kunnen een hybrideleeromgeving beschrijven met de metafoor van twee driehoeken die als een pimpampet-wiel over elkaar kunnen draaien. Een driehoek waarin je rollen beschrijft en een driehoek waarin je actoren beschrijft. In figuur 1 zitten deze twee driehoeken zo gepositioneerd dat de actoren de rollen uitvoeren zoals dat bij traditioneel onderwijs regelmatig gebeurt.

Leren en ontwikkelen

Figuur 1

In een hybride leeromgeving kan de blauwe driehoek telkens een zetje krijgen waardoor hij gaat draaien en elke actor andere rollen kan gaan vervullen (bijvoorbeeld figuur 2). Zo kan het in een hybride leeromgeving zijn dat een student resultaatverantwoordelijk is voor een deelproject in een werkproces met werkveld collega’s, dat een docent gedurende een bepaalde periode zichzelf ontwikkelt door mee te denken over actuele authentieke vraagstukken en dat een werkveldpartner intensiever een rol neemt als opleider en leeractiviteiten ontwerpt.

Het kan ook zijn dat juist de student meedenkt over leerdoelen van de hybride leeromgeving en zo betrokken is bij de rol van opleider, dat een werkveldpartner mee participeert in een onderzoeksproject van de opleiding en op die manier zichzelf ontwikkelt en dat een docent participeert in een multidisciplinair team op de werkplek om op die manier bij te dragen aan een authentiek praktijkvraagstuk. 

Figuur 2

Natuurlijk kan het ook zo zijn dat de driehoek soms halverwege stopt met draaien waardoor sommige actoren rollen uit meerdere hoeken aannemen. Ook kan aan het pimpampet-wiel met rollen en actoren binnen een hybride leeromgeving vaker gedraaid worden. Zo kan een docent bijvoorbeeld zowel ‘begeleiden’ als ‘actuele beroepssituaties verkennen’. En een werkveldpartner kan naast ‘werken’ ook ‘studenten (mede)beoordelen’ en ‘nieuwe inzichten vanuit een lectoraat/practoraat opdoen’.

Deze metafoor van twee draaiende driehoeken geeft ook gelijk het onderscheid aan tussen een hybride leeromgeving en een meer ‘traditionele’ stage. Bij een stage blijven de rollen die de actoren vervullen meestal gelijk aan figuur 1, de rolverdeling blijft redelijk traditioneel en gescheiden. Als er tijdens een stage wel een rol verschuiving plaatsvindt is het meestal alleen de student die vanuit ‘leren’ doorschuift naar ‘werken’.
Dit in tegenstelling tot een hybride leeromgeving, waar alle actoren zich gezamenlijk verantwoordelijk voelen voor alle rollen en bij gelegenheid regelmatig wisselen van rolpatroon om zo authentieke vraagstukken op te kunnen lossen. Bovenstaande metafoor met twee driehoeken kan desgewenst uitgebreid worden met meer rollen en actoren. Handvatten daarvoor vind je in twee vervolgartikelen.

Kortom: Een hybride leeromgeving is een plek waar professionals in opleiding (bv. studenten), werkveldprofessionals en onderwijsprofessionals samen leren, werken en onderzoeken. Door synergie in de samenwerking kan van traditionele rolpatronen worden afgeweken en ontstaat er een cultuur van leven lang ontwikkelen en het samen aanpakken van authentieke praktijkvraagstukken.

Dit artikel is het eerste in een drieluik over hybride leeromgevingen. In deel 2 wordt verder gekeken vanuit welke onderwijsvisie hybride leeromgevingen ontstaan. In deel 3 wordt het ontwerpen van hybride leeromgevingen belicht. Deel 3 bevat ook de bronvermelding van alle artikelen.


1. We constateren dat de term ‘hybride’ een gewilde term is geworden in onderwijsland en in het nieuws. Daarbij wordt niet door iedereen hetzelfde bedoeld met de term ‘hybride’. In een blogpost van Erica Aalsma (2020) worden verschillende betekenissen van het woord ‘hybride’ mooi naast elkaar gezet. Ter wille van de omvang van dit artikel schetsen wij een dergelijk kader niet in dit artikel. Wij focussen met de term ‘hybride leeromgeving’ op het grensvlak tussen school en beroep.

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

E-learning module
Wat is de taxonomie van Bloom?
Wat is de taxonomie van Bloom?
Wat de taxonomie van Bloom wel en niet is
Wij-leren.nl Academie 
Cursus
Onderpresteren in het basisonderwijs
Onderpresteren in het basisonderwijs
Effectieve aanpak van onderpresterend gedrag
Medilex Onderwijs 
Hybride leeromgeving (3): het ontwerp
Hybride leeromgeving (3): het ontwerp
Rens Gresnigt


Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

Hoeveel eigenaarschap kunnen professionals aan? Tjipcast 0012
Hoeveel eigenaarschap kunnen professionals aan? Tjipcast 0012
redactie
[extra-breed-algemeen-kolom2]



coaching
informeel leren
leeromgeving
leerproces
verantwoordelijkheid

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest