Bewust bezig zijn met taal

Dolf Janson

Senior onderwijsadviseur en -ontwikkelaar bij Jansonadvies

  

  Geplaatst op 1 juni 2016

Als een school het eigen onderwijs typeert als great learning, great teaching, great fun, dan is de kans groot dat zij daar werken met het International Primary Curriculum (IPC), een integraal, thematisch en creatief curriculum (zie kader). In Nederland werken inmiddels zo’n 140 basisscholen met het IPC. In dit artikel gaan we op een van die scholen na hoe zij hun taalonderwijs verbinden met zo’n thematische aanpak. 

Een van die scholen is jenaplanschool De Wilgetoren in Hilversum. Deze school werkt alweer vijf jaar met de thema’s en aanpak van het IPC. Jente Oldenhof, IPC-coördinator op deze school, vertelt enthousiast over de effecten die zij en haar collega’s daarvan merken. “Wij merken hoe belangrijk het is dat de leerlingen bewust bezig zijn met leren. Van onze leerlingen heeft ca. 40% een andere thuistaal. Daardoor is het uitbreiden van woordenschat en het op allerlei manieren bezig zijn met taal van groot belang. Wij zijn van mening dat leerlingen dit niet leren uit een boekje. Een taalmethode is niet in staat in te spelen op de voorkennis en interesses van leerlingen. Door het werken met de thema’s van het IPC lukt het om onze leerlingen allemaal actief en betekenisvol bezig te laten zijn met taal. De doelen bepalen bij ons de activiteiten. Als je dat eenmaal gewend bent kan je je niet meer voorstellen dat dit niet op elke school gewoon is.”

Aan de wanden van de lokalen hangen mindmaps, woordclusters, eigen doelen en de uitwerkingen daarvan, als illustratie van die activiteiten van de leerlingen.

De leerlingen bepalen vanuit het thema niet alleen de inhoudelijke doelen die zij willen bereiken. Voor de presentaties spreken zij ook criteria af waaraan hun taalgebruik moet voldoen. In de eerste plaats gaat dat over wat ze aan de anderen willen overdragen. Dat kan gaan over het gebruik van termen en de uitleg daarvan, maar ook over de opbouw en het onderscheiden van hoofd- en bijzaken. Daarnaast gaat het over de verzorging van de taal. Bij mondeling taalgebruik gaat het dan om de formulering van zinnen, de uitspraak en/of het spreektempo. Bij schriftelijke presentaties spelen de spelling, de leestekens, de leesbaarheid en/of de lay-out een rol. Dergelijke criteria kunnen dan weer aanleiding zijn om daaraan specifieke aandacht te besteden. Dat kan een extra instructie zijn, maar ook gerichte oefening of samenwerken en bespreken met een maatje.

In de bovenbouw leggen de leerlingen na hun presentatie in hun map vast wat zij hebben ontworpen of onderzocht. Hieruit blijkt ook hoe zij zich in het onderwerp hebben verdiept en welke woorden zij daardoor weten te gebruiken. 

Tijdens het werken aan een thema geven de leerlingen aan hoe zij hun activiteit ervaren. Daartoe kunnen zij kiezen uit vier varianten van wat ‘looking for learning’ wordt genoemd, weergegeven met de (Engelse) aanduidingen:

this learning is new         this is becoming secure 

I am treading water         I am drowning 

Dat deze termen op De Wilgetoren al in de stamgroep van leerjaar 3/4 onvertaald op het bord hangen komt doordat de school ook vroeg begint met het leren van en lesgeven in het Engels.

IPC
Het International Primary Curriculum is een integraal, thematisch en creatief curriculum voor kinderen van 4-12 jaar gericht op de creatieve vakken en de zaakvakken. Het is gebaseerd op een duidelijk leerproces met specifieke leerdoelen voor elk vak. Daarmee speelt het ook in op een steeds kleiner wordende wereld door doelen voor (wereld)burgerschap te definiëren.
Het IPC is oorspronkelijk door het (Engelse) Fieldwork Education ontworpen voor de scholen van Shell, die overal in de wereld gevestigd waren. Uitgangspunt daarbij  waren hoge verwachtingen voor alle leerlingen op academisch en persoonlijk vlak en het bijbrengen van een internationaal perspectief.

De eerste twee termen zijn positief: je begint met wennen aan iets nieuws en merkt vervolgens dat je er steeds meer mee vertrouwd raakt. De andere twee zijn niet zo gewenst: je verveelt je of je gaat kopje onder. Dat is te vertalen als ‘teveel van hetzelfde’ of ‘te hoog gegrepen’. De leerlingen hangen hun naam onder een van deze kopjes, zodat de leraar hieruit kan afleiden of ondersteunen of bijsturen gewenst is. Belangrijk is ook hier weer dat de leerling zich dit eerst bewust moet zijn en zich zo steeds meer eigenaar leert voelen van het leerproces waarmee hij/zij bezig is.

Om diezelfde reden hanteert de school ‘assessment for learning’. Voordat ze iets gaan onderzoeken of oefenen moeten de leerlingen eerst inschatten wat ze al kunnen of weten. Dat kunnen ze zelf doen, of samen met een maatje, of via een instructiemoment.

"Dit helpt de leerlingen om zich verantwoordelijk te kunnen voelen voor wat ze doen."

Jente onderstreept het belang van het eigenaarschap: “De leerlingen gaan niet zomaar aan het werk. Dat is steeds een bewuste keuze. Ook al zijn er allerlei onderwerpen waarvan wij aangeven dat ze belangrijk zijn, door die te koppelen aan de thema’s van IPC, krijgen ze voor de leerlingen betekenis. Zo hebben we elke week drie woordclusters van ten minste vijf woorden. Die komen niet uit de lucht vallen, maar komen voort uit de onderwerpen waarmee de leerlingen bezig zijn.

Werkcyclus
Werken met IPC kent een vaste structuur, waarin het leerproces van de leerlingen centraal staat. Elk thema (‘unit’) begint met een verrassende en uitdagende start. Dan volgt de ‘kennisoogst’, waarin de leerlingen nagaan wat zij al van het thema weten. Op basis daarvan bespreken ze wat ze nog meer van het onderwerp zouden willen leren. De leraar vertelt dan wat zij binnen het thema gaat behandelen (‘uitleg thema’). Vanuit de verschillende vakgerichte invalshoeken geeft de leraar het thema inhoud. Daarbij ligt het accent zowel op het leren van vaardigheden als op opdoen van kennis. Dit gebeurt vooral door eigen onderzoek door de leerlingen en een daarbij passende verwerking daarvan. De groep sluit het thema af met een bijzondere activiteit. Dit kan een uitstapje zijn, een presentatie, een tentoonstelling of een feestje. Regelmatig nodigt de groep de ouders daarbij uit.​ 
Alle stappen van het project zijn te volgen op de wanden van het lokaal. De doelen en dat wat de kinderen hebben gedaan en/of geleerd zijn daarop in woord en beeld terug te vinden.​ 

Veel praten over die onderwerpen is steeds van groot belang. Verwoorden van wat je ziet en denkt gebruiken we in de wekelijkse observatiekring, waarin een (opmerkelijk) voorwerp centraal staat. Dat doen we ook in de speciale taalklas die we hebben voor leerlingen die het Nederlands nog niet of nauwelijks beheersen. Zo leren zij naast woorden en begrippen ook de opbouw van zinnen en van teksten herkennen en gebruiken. Ook daar is de taal gekoppeld aan de thema’s waarmee we vanuit IPC werken.”

Dit artikel verscheen in MeerTaal jrg. 3 nummer 2 (2016)

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

Webinar
Taalontwikkeling en taalbeleid
Taalontwikkeling en taalbeleid
Gratis webinar met Karen Heij
Wij-leren.nl Academie 
Lesprogramma
Probeer gratis de Leerlijn Lezen en Schrijven
Probeer gratis de Leerlijn Lezen en Schrijven
Complete leesmethodiek voor begrijpend- en voortgezet technisch lezen
De Schoolschrijver 
Begrijpend lezen is een houding
Begrijpend Lezen - geen vak maar een houding
Terry van de Beek
Taalgericht onderwijs
Taal in alle vakken - De sleutel naar taalgericht onderwijs
Gerdineke van Silfhout
Tips woordenschat
Knikkers spelers en spel: tips voor woordenschatonderwijs.
Paul Filipiak
Tweetaligheid
Tweetaligheid is geen probleem
Sieneke Goorhuis
Woordenschatlessen
Wat maakt woordenschatlessen effectiever?
Jos Cöp
Goed taal- en leesonderwijs
Vijf onderwijskundige voorwaarden voor goed taal- en leesonderwijs
Jos Cöp
werken met website Lezeninhetvmbo.nl
Een positieve leesspiraal in het vmbo
Gerdineke van Silfhout
leesonderwijs, hoe anders
Leesonderwijs: wat is er mis en hoe kan het anders?
Jos Cöp
Communicatieve klas
De communicatieve klas - deel 1
Paul Filipiak
Communicatieve klas deel 2
De communicatieve klas - deel 2
Paul Filipiak
Woordkennis en taalbeschouwing
Woordselectie (3) -4-
Paul Filipiak
Woordgebruik
Nadenken over goed woordgebruik
Paul Filipiak
Geïntegreerd thematisch onderwijs ontwerpen
Zes stappen om geïntegreerd thematisch onderwijs te ontwerpen
Bertine van den Oever
Geïntegreerd thematisch onderwijs ontwerpen
Zes stappen om geïntegreerd thematisch onderwijs te ontwerpen
Bertine van den Oever
Geïntegreerd thematisch onderwijs ontwerpen
Zes stappen om geïntegreerd thematisch onderwijs te ontwerpen
Bertine van den Oever
Geïntegreerd thematisch onderwijs ontwerpen
Zes stappen om geïntegreerd thematisch onderwijs te ontwerpen
Bertine van den Oever
Uitdagend en functioneel taalonderwijs
Uitdagend en functioneel taalonderwijs
Machiel Karels
Balans in basisbehoeften
Zorg voor balans in relatie, competentie, autonomie
redactie
Ontwikkelingsdyslexie
Ontwikkelingsdyslexie: Maken wij kinderen dyslectisch?
Ewald Vervaet

Wij-leren.nl Academie

Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

[extra-breed-algemeen-kolom2]



engels
woordenschat

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest