Waarom stoppen pabo-studenten of startende leerkrachten ermee?

Geplaatst op 10 december 2023

Sinds 2014 is de uitval van pabo-studenten afgenomen. In het studiejaar 2015/2016 stopte 13 procent van de voltijdstudenten voortijdig en 28 procent van de deeltijdstudenten. Het gaat vooral om mannen, studenten met een niet-westerse achtergrond en studenten met een mbo-vooropleiding.
Ook onder startende leerkrachten neemt de uitval de laatste jaren af. Na 1 jaar houdt ongeveer 8 procent het voor gezien, na 3 jaar zo’n 15 procent. Redenen om te stoppen liggen op het persoonlijke vlak of hebben te maken met gezondheid. Andere redenen zijn werkdruk en stress, minder goede relaties met collega’s en leidinggevenden, en gebrek aan doorgroeimogelijkheden.

Inzicht in de oorzaken van uitval van pabo-studenten en startende leerkrachten kan helpen hen te behouden voor het onderwijs. Dat is hard nodig. De verwachting is dat het primair onderwijs in 2024 tegen de 2000 leerkrachten en directeuren tekort komt, niet in de laatste plaats door vergrijzing. Als er niets verandert, loopt dit tekort waarschijnlijk op tot meer dan 8000 in 2029.

Dalende uitval van pabo-studenten en van startende leerkrachten

De uitval van pabo-studenten is de afgelopen jaren vergelijkbaar met de uitval bij andere (bachelor)opleidingen in het hoger onderwijs. Cijfers over diplomarendement laten zien dat van de pabo-studenten die startten in 2010 en die na het eerste studiejaar de opleiding vervolgden, 65 procent binnen 5 jaar een diploma had behaald.
Het percentage startende leerkrachten onder de 30 jaar dat in de eerste 5 jaren stopt, neemt sinds 2013 af. Dit geldt zowel voor uitvallers na een jaar (een kwart uitval in 2013, 8 procent in 2017), na 2 jaar (11 procent in 2016) en na 3 jaar (15 procent in 2015). Van de bevoegde afgestudeerden uit 2013 die binnen een jaar gingen lesgeven, was 12 procent na 5 jaar niet meer werkzaam in het onderwijs.
De uitvalcijfers van leraren die beginnen aan een onderwijsbaan maar binnen 5 jaar na afstuderen uitvallen, zijn vergelijkbaar voor primair en voortgezet onderwijs. Een vergelijking met andere zogeheten frontlinieberoepen – de zorg en de politie – is bij gebrek aan gegevens niet goed te maken. Wel blijkt dat werkdruk bij zorg en politie een belangrijke reden is om te stoppen, voor zowel startende als meer ervaren werknemers.

Persoonlijke en contextfactoren zijn redenen voor uitval starters

Persoonlijke omstandigheden en gezondheidsproblemen zijn belangrijke redenen voor uitval van starters in het onderwijs. Verder noemen ze kenmerken van het beroep en van de school als reden om af te haken. Het gaat dan om werkdruk, stress, een laag salaris, onduidelijke verwachtingen, het ontbreken van doorgroeimogelijkheden, en slechte interne communicatie. De uitvallers missen steun en feedback, en goede relaties binnen de school, met zowel collega’s als leidinggevenden.
Daarnaast zijn enkele achtergrondkenmerken relevant. Zo zijn een jaar na het afstuderen van de pabo mannen vaker dan vrouwen in het onderwijs aan het werk. Daarnaast is de kans om na een jaar in het onderwijs te werken als je in het westen van het land woont groter dan in het noorden. Deze kans is ook groter voor afgestudeerden zonder migratieachtergrond. Een deel van de afgestudeerden van de pabo staat overigens een jaar na afstuderen nog ingeschreven als student in het hoger onderwijs. Waarschijnlijk volgen zij op dat moment een andere opleiding.
Scholen kunnen veel doen om uitval onder startende leerkrachten te voorkomen. Zo verkleint het aanbieden van introductieprogramma’s de kans op afhaken. Begeleiding van starters draagt bij aan de werktevredenheid.

Uitval PABO studenten

Sinds 2014 is de uitval van pabo-studenten afgenomen. In het studiejaar 2015/2016 viel 13% van de voltijd- en 28% van de deeltijdstudenten uit. Een deel van de studenten die uitvallen kiest voor een andere (ho)opleiding. Mannen, studenten met een niet-westerse achtergrond en studenten met een mbo-vooropleiding vallen relatief vaker uit.

Ook onder startende leraren in het po neemt de uitval de laatste jaren af. De meest recente cijfers laten zien dat na één jaar ongeveer 8% van de starters het beroep verlaten heeft en na drie jaar ongeveer 15%. Uitvalredenen van starters in het po lijken vergelijkbaar met die van starters in het vo. Het betreft vooral persoonlijke omstandigheden (bijvoorbeeld persoonlijke of gezondheidsproblemen), kenmerken van het beroep (bijvoorbeeld werkdruk en stress), kenmerken van de school (bijvoorbeeld gebrek aan doorgroeimogelijkheden, haperende communicatie), en minder goede relaties binnen de school met collega’s en leidinggevenden.

Vergelijkingen met andere sectoren zoals zorg en politie zijn bij gebrek aan gegevens lastig te maken. Wel is in alle sectoren sprake van een relatief hoge werkdruk, die lijkt bij te dragen aan uitval van (startende) medewerkers.

Startende leraren

De afgelopen jaren is de belangstelling voor uitval van startende leraren toegenomen, onder meer door het oplopende lerarentekort in Nederland. Uitval betekent het verlaten van het beroep van leraar, al dan niet vrijwillig, voordat de pensioenleeftijd is bereikt.
Eerder heeft de Kennisrotonde al een vraag beantwoord over uitval van startende leraren in het vo (Kennisrotonde, 2019). Het huidige antwoord gaat over voortijdige uitstroom van pabo-studenten uit de opleiding en van startende leraren uit het po.

Studenten en startende leraren behouden is belangrijk, mede gezien lerarentekorten

De verwachting is dat het po in Nederland in 2024 tegen de 2000 (fulltime) leraren en directeuren tekort komt. Dit tekort loopt waarschijnlijk op tot meer dan 8000 in 2029, als er niets verandert in beïnvloedende factoren (Onderwijs in cijfers, 2019a). Het aantal onvervulde vacatures (vacaturedruk) is het grootst in regio’s waarin de leerlingaantallen toenemen. Het tekort aan leraren in het po is terug te zien in een gunstige arbeidsmarktpositie voor pabo-afgestudeerden (Loopbaanmonitor onderwijs, 2019) en ook neemt de deelname aan de pabo toe, mogelijk deels door de interesse voor alternatieve routes naar het leraarschap (zie verder tekstkader).

Gunstige arbeidsmarktpositie pabo-afgestudeerden

Het tekort aan leraren in het po is terug te zien in een gunstige arbeidsmarktpositie voor pabo-afgestudeerden Steeds meer pabo-afgestudeerden geven aan dat ze na hun afstuderen een baan vinden binnen het onderwijs, dat ze een regulier contract hebben (dus anders dan bijvoorbeeld vervanging van zwangerschapsverlof) en dat ze zicht hebben op een vast contract. Ongeveer 90% van de pabo-afgestudeerden uit 2018 heeft een half jaar na afstuderen een baan in het onderwijs. Ter vergelijking: voor afgestudeerden van de lerarenopleiding vo en middelbaar beroepsonderwijs (mbo) is dit 73%.

Groeiende deelname aan de pabo en meer routes naar het leraarschap

Sinds 2016 neemt het aantal deeltijdstudenten op lerarenopleidingen toe. Mogelijk heeft dit te maken met de toegenomen interesse voor alternatieve routes naar het leraarschap (Van den Berg & Scheeren, 2019). Ten eerste heeft bijvoorbeeld van de deeltijdstudenten op de pabo 71% al eerder een opleiding in het hoger onderwijs voltooid (Inspectie van het Onderwijs, 2019). Een tweede alternatieve route is om een lesbevoegdheid te verwerven via een zij-instroomregeling. Deelnemers daaraan zijn niet officieel ingeschreven als student en ontvangen geen hbo-diploma, maar wel een lesbevoegdheid. Dit traject wordt steeds populairder, met bijvoorbeeld in 2018 337 aanvragen voor zij-instromers in het po (Van den Berg & Scheeren, 2019). Ten derde is het sinds 2008 mogelijk om een opleiding tot leerkracht basisonderwijs te volgen aan de academische pabo. In 2016 was 5% van het totale aantal pabo-studenten ingeschreven op een academische pabo (Sectorbeeld Onderwijs, Inspectie van het Onderwijs, 2017).

De oorzaken van de tekorten aan leraren zijn divers en complex, en hebben voor een groot deel te maken met vergrijzing. Nieuwe leraren kunnen de tekorten wel enigszins opvangen, maar de uitval onder starters remt dit af. Inzicht in de uitval(redenen) van pabo-studenten en startende leraren in het po kan helpen de starters te behouden in het onderwijs, wat zowel kwantitatief gezien (genoeg handen in de klas) als vanuit kwalitatief oogpunt (onderwijskundig kapitaal) van belang is (zie ook Kennisrotonde, 2019).

Dalende uitval van pabo-studenten en van startende leraren in het po

Het beschikbare onderzoek over uitval uit pabo en po komt uit verschillende bronnen met deels verschillende onderzoeksgroepen. Uitgaande van de meest recente beschikbare cijfers is het - wat verbrokkelde - beeld als volgt:[1]

  • Tijdens de pabo: De uitval uit de pabo was tot en met 2014 met name hoog bij mbo-instromers. In het studiejaar 2014/2015 was de uitval van voltijdstudenten op de pabo tijdens het eerste studiejaar 21%. Hierna daalde de uitval van de voltijders sterk (13% in 2015/2016). Daarmee vergeleken was en bleef de uitval onder deeltijdstudenten op de pabo hoger: 30% in 2014/2015 en 28% in 2015/2016 (Sectorbeeld Onderwijs, 2017). Overigens daalde tussen 2015 en 2017 het aantal pabo-studenten met meer dan 20% (Sectorbeeld Onderwijs, 2017), mede door herziene vooropleidingseisen en (daarmee samenhangende) dalende instroom van mbo’ers.
    De uitval van studenten op de pabo is de afgelopen jaren steeds vergelijkbaar met de uitval bij andere (bachelor)opleidingen in het hoger onderwijs. Cijfers met betrekking tot diplomarendement laten zien dat van de pabo-studenten die startten in 2010 en die na het eerste studiejaar de opleiding vervolgden, 65% ook binnen vijf jaar (nominale duur + 1 jaar) een diploma had behaald (Sectorbeeld Onderwijs, 2017).
  • Direct na het afstuderen van de pabo: van het cohort dat in 2013 afstudeerde van de pabo is 13% direct na het afstuderen niet binnen vijf jaar in het onderwijs gaan werken (De Vos e.a., 2019). Deze cijfers blijven door de jaren heen redelijk stabiel. Zo is van het cohort dat afstudeerde in 2017 na één jaar 15% niet werkzaam binnen de onderwijssector (De Vos e.a., 2019). Een deel van de niet-starters in het onderwijs gaat vermoedelijk op een later moment nog wel in het onderwijs werken, maar daar zijn echter (nog) geen cijfers over bekend.
  • Startende leraren binnen vijf jaar na het afstuderen van de pabo: het percentage startende leraren onder de 30 (en al dan niet bevoegd) dat in de eerste vijf jaren uitvalt uit het po, neemt sinds 2013 af. Dit geldt zowel voor uitvallers na een jaar in het beroep (24% uitval in 2013, 8% in 2017), na twee jaar (11% in 2016) en na drie jaar (15% in 2015) (Onderwijs in cijfers, 2019b). Van de bevoegde afgestudeerden uit 2013 die in het eerste jaar daarna in het onderwijs startten, was 12% na vijf jaar niet meer werkzaam in het onderwijs (De Vos e.a., 2019).

Vergelijkingen met andere lerarenopleidingen, vo en andere sectoren

Volgens het Sectorbeeld Onderwijs (2017) is het percentage voltijdstudenten dat uitvalt na één jaar op de opleiding het hoogst op de tweedegraads lerarenopleiding (meest recente cijfers uit 2014: 24%). Op de pabo vallen wel verhoudingsgewijs meer deeltijdstudenten uit dan in de tweedegraads lerarenopleiding (in 2014 30% tegenover 21% tweedegraads). De uitval na één jaar op de opleiding is het kleinst op de universitaire lerarenopleiding: in 2014 viel 12% van de voltijdstudenten en 16% van de deeltijdstudenten uit (Sectorbeeld Onderwijs, 2017).
Van de pabo-afgestudeerden is na één jaar een groter aandeel (78% van het afstudeercohort 2017) werkzaam in het onderwijs in vergelijking met de afgestudeerden van de tweedegraads lerarenopleiding (61%) en de universitaire lerarenopleiding (67%) (De Vos e.a., 2019).
De uitvalcijfers van leraren die beginnen aan een onderwijsbaan maar binnen vijf jaar na afstuderen uitvallen, zijn vergelijkbaar voor po en vo (Kennisrotonde, 2019). Een vergelijking met andere frontlinieberoepen zoals in de zorgsector en bij de politie is bij gebrek aan gegevens niet goed te maken. Wel blijkt dat werkdruk een belangrijke redenen is voor uitval onder zowel startende als meer ervaren werknemers in genoemde sectoren (zie ook Kennisrotonde, 2019).

Overstap naar andere studies en persoonlijke kenmerken hangen samen met uitval pabo

Over de redenen voor uitval tijdens de pabo is niet veel bekend. Wel is duidelijk dat een deel van de studenten die stopt met de pabo overstapt op een andere studie. Voor cohort 2010 was na één jaar 17% van de studenten geswitcht naar een andere opleiding en na vijf jaar 22% (Sectorbeeld Onderwijs, 2017). De meerderheid van deze studenten kiest voor een (andere) opleiding buiten de onderwijssector. Een ander deel van de studenten verdwijnt helemaal uit het hoger onderwijs.
Er is wel enig onderzoek naar factoren die samenhangen met uitval tijdens de pabo (Sectorbeeld Onderwijs, 2017). Zo vallen mannen iets vaker uit dan vrouwen en vallen studenten met een niet-westerse achtergrond iets vaker uit dan studenten met een westerse achtergrond. Ook is er een relatie met het opleidingsniveau: studenten met een mbo-vooropleiding vallen vaker uit dan studenten met een havo- of vwo-achtergrond. Zoals eerder genoemd is de uitval van studenten met een mbo-achtergrond wel gedaald sinds het aanscherpen van de vooropleidingseisen in 2015.

Persoonlijke en contextfactoren zijn redenen voor uitval starters primair onderwijs

Er is nog niet veel onderzoek gedaan naar redenen voor uitval uit het onderwijs. Zoals het eerdere Kennisrotonde-antwoord over uitval uit het vo beschrijft, worden vooralsnog vier categorieën als de (belangrijkste) redenen voor uitval van starters (in zowel po als vo in Nederland) onderscheiden (Kennisrotonde, 2019):

  • persoonlijke omstandigheden (persoonlijke problemen, gezondheidsproblemen);
  • kenmerken van het beroep (werkdruk, (on)tevredenheid, (emotionele) stress, laag salaris);
  • kenmerken van de school (onduidelijke verwachtingen, ontbreken van doorgroeimogelijkheden, ontbreken van communicatie);
  • (minder goede) relaties binnen de school (ontbreken van steun en feedback, slechte relatie met het management en collega’s, gevoel van isolatie) (Den Brok, Wubbels, & Van Tartwijk, 2017).

Daarnaast blijken enkele achtergrondkenmerken relevant (De Vos e.a., 2019). Zo zijn een jaar na het afstuderen van de pabo mannen vaker dan vrouwen in het onderwijs aan het werk, is de kans om na een jaar in het onderwijs te werken als je in het westen van het land woont groter dan in het noorden, en is deze kans ook groter voor afgestudeerden zonder migratieachtergrond in vergelijking met afgestudeerden met migratieachtergrond. Een deel van de afgestudeerden van de pabo staat overigens één jaar na afstuderen nog ingeschreven als student in het hoger onderwijs (De Vos e.a., 2019). Waarschijnlijk volgen zij op dat moment dus nog een andere opleiding.
Verschillende studies geven aan dat startende leraren begeleiden in de vorm van inductieprogramma’s succesvol is in het verkleinen van uitval onder startende leraren (Borman & Maritza Dowling, 2008; Ingersoll & Strong, 2011; Smith & Ingersoll, 2004) en dat begeleiding van starters bijdraagt aan de werktevredenheid (De Vos e.a., 2019).

Geraadpleegde bronnen 


[1] De meest recente cijfers over uitval tijdens de pabo, direct na het afstuderen van de pabo, en binnen vijf jaar na het afstuderen van de pabo staan in verschillende Nederlandse rapportages die gaan over verschillende onderzoeksgroepen. Het Sectorbeeld Onderwijs van de Inspectie van het Onderwijs (2017) richt zich op het onderwijs op de pabo en uitval hierbinnen. De raming van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gaat over leraren onder de 30 jaar die instromen in het po, zowel afgestudeerden als leraren die nog in opleiding zijn (Onderwijs in Cijfers, 2019). De Loopbaanmonitor Onderwijs (De Vos e.a., 2019) kijkt alleen naar leraren die instromen in het po nadat ze zijn afgestudeerd aan de pabo. Er wordt in de genoemde rapportages geen onderscheid gemaakt tussen de reguliere pabo en de academische pabo; uitvalcijfers vallen alle onder pabo (en niet onder eerstegraads lerarenopleiding). Verder bevatten in de genoemde rapportages geen cijfers over de uitval onder zij-instromers.

 

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

Webinar
Klassenmanagement - vijf kenmerken van een goede les
Klassenmanagement - vijf kenmerken van een goede les
Gratis webinar met Niels de Jong
Wij-leren.nl Academie 
Congres
De intern begeleider als kwaliteitscoördinator
De intern begeleider als kwaliteitscoördinator
Zet in op onderwijskwaliteit, zorg en schoolontwikkeling
Medilex Onderwijs 
Gratis webinar
Gratis serie webinars over actuele onderwijskundige thema's!
Gratis serie webinars over actuele onderwijskundige thema's!
Bekende experts delen hun kennis
Wij-leren.online Academie 
Gratis serie webinars over actuele onderwijskundige thema's!Klassenmanagement
Klassenmanagement - welke leerkrachtvaardigheden zijn belangrijk?
Arja Kerpel
Redenen waarom leraren binnen vijf jaar stoppen
Waarom stoppen leraren soms binnen vijf jaar?
redactie
Startende leerkracht
De startende leerkracht
Angela Kouwenhoven-de Waardt
Het lerarenregister
Het lerarenregister - instrument voor een professionele beroepsgroep
Korstiaan Karels
Bekwaamheidseisen PO
De bekwaamheidseisen voor de leraar primair onderwijs (groepsleraar)
redactie
Bekwaamheidseisen VHO
De bekwaamheidseisen voor de leraar voorbereidend hoger onderwijs
redactie
Werkdruk bespreekbaar maken (3)
Werkdruk bespreekbaar maken? Doe dit met kennis van de CAO PO. Deel 3
Marjolijn van Noord
Tips tegen werkdruk
Drie tips tegen werkdruk en stress in het onderwijs
Jaap Versfelt
Werkdruk tips
Werkdruk? Wees zuinig op je professionals!
Machiel Karels
Werkdrukbeleving
De dooddoener die werkdrukbeleving heet...
Marjolein Zwik
Startende leraren in het po en vo
Startende leraren in het po en vo
Myriam Lieskamp
Meester Mark -1-
Meester Mark draait door - ten onder in het onderwijs
Arja Kerpel
Meester Mark -2-
Meester Mark vraagt door
Helèn de Jong
Het prachtige risico van onderwijs
Het prachtige risico van onderwijs - Gert Biesta
Machiel Karels
Leraren hebben meer vakantie
Leraren hebben meer vakantie dan mensen die werken
Arja Kerpel
Staat van de leraar
De Staat van de Leraar
Marjolein Zwik

Wij-leren.nl Academie

Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

Hoe kicken we af van zinloze routines? Tjipcast 018
Hoe kicken we af van zinloze routines? Tjipcast 018
redactie
Omix Webtalks met Remco Claassen - Ikologie in het onderwijs
Omix Webtalks met Remco Claassen - Ikologie in het onderwijs
redactie
Hoe krijg je middelbare scholieren geïnteresseerd in het vak van leerkracht?
Hoe krijg je middelbare scholieren geïnteresseerd in het vak van leerkracht?
redactie
Hoe organiseer je als school kwalitatief goed onderwijs? Tjipcast 044
Hoe organiseer je als school kwalitatief goed onderwijs? Tjipcast 044
redactie
Hoe krijg je hoopgeleide mensen met een WW-uitkering voor de klas?
Hoe krijg je hoopgeleide mensen met een WW-uitkering voor de klas?
redactie
Wat doen scholen aan het oplossen van het lerarentekort?
Wat doen scholen aan het oplossen van het lerarentekort?
redactie
[extra-breed-algemeen-kolom2]



bekwaamheidsdossier
beoordelingsgesprek
gesprekkencyclus
integraal personeelsbeleid (ipb)
klassenmanagement
lerarenbeurs
lerarenregister
lerarentekort
normjaartaak
pabo
SBL competenties
werkdruk
werkverdelingsplan

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest