De brugklas is de eerste klas van het voortgezet onderwijs. De term brugklas is geïntroduceerd met de invoering van de Mammoetwet (1963). In Nederland gaan de meeste leerlingen op 12-jarige leeftijd van de basisschool over naar de brugklas.
Brugklassen verschillen van elkaar wat betreft ‘breedte’. In de literatuur wordt ook wel gesproken over verschillende maten van heterogeniteit. Er bestaan categoriale brugklassen met één schooltype, bijvoorbeeld vmbo-tl of gymnasium. Dit is de ‘smalste’ of ‘homogene’ variant. Verder zijn er ‘dakpanklassen’, waar twee schooltypen zijn gecombineerd, bijvoorbeeld vmbo-tl/havo of havo/vwo. Ook de breedst denkbare variant, met schooltypen van vmbo-bb tot en met vwo komt voor. Daartussenin bestaan allerlei combinaties, bijvoorbeeld brugklassen met de vier leerwegen van het vmbo of brugklassen vmbo-tl/havo/vwo.
Heterogene brugklassen duren op de meeste scholen één of twee jaar, soms zelfs drie jaar. Bij alle varianten wordt uiteindelijk een keuze gemaakt voor één schooltype, gericht op het behalen van een diploma in dat schooltype. Brugklassen verschillen dus niet alleen in de breedte, maar ook in de duur. Sommige scholen selecteren de leerlingen al vroegtijdig, andere stellen de selectie uit.
Welk deel van de Nederlandse leerlingen precies in een categoriale klas, dakpanklas of brede brugklas zit, is niet eenvoudig vast te stellen. DUO registreert pas vanaf het 3e leerjaar het niveau dat de leerling volgt, juist omdat veel scholen de eerste 2 leerjaren nog niet met categoriale klassen werken.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Laatst geactualiseerd op 1 augustus 2022