Welke samenhang is er tussen handschrift- en leesproblemen?
Geplaatst op 1 september 2018
Samenvatting
Er is geen direct oorzakelijk verband tussen leesproblemen en handschriftproblemen. Wel zien we vaak dat kinderen met leesproblemen ook meer moeite hebben met schrijven. Belangrijk is onderscheid te maken tussen schrijfproblemen veroorzaakt door cognitieve en didactische factoren (problemen met klank/letterkoppeling) en schrijfproblemen door motorische factoren (problemen met de schrijfbeweging). Wanneer kinderen met leesproblemen handschriftproblemen hebben, is het goed om bij het oefenen van de schrijfbeweging de koppeling met lezen en spellen zo veel mogelijk los te laten. En te focussen op het oefenen van losse letters en vormen.
Leren schrijven is een complexe activiteit, waarin cognitieve, visuele en motorische processen samenkomen. In groep 3 leren kinderen, parallel aan het leren lezen, de kleine letters schrijven, en in groep 4 de hoofdletters. Het handschrift raakt steeds meer geautomatiseerd, waardoor het schrijven sneller en gemakkelijker gaat.
Schrijfproblemen
Het is belangrijk om bij schrijfproblemen goed onderscheid te maken tussen problemen in motorische vaardigheid of problemen met bijvoorbeeld taalvaardigheid, zoals grammaticaal correcte zinnen formuleren.
Deze Kennisrotondevraag betreft de motorische schrijfvaardigheid: het produceren van een leesbaar handschrift. Op school worden lezen en schrijven tegelijkertijd aangeleerd. Als kinderen letters schrijven, herkennen ze letters beter en sneller (zie ook deze vraag van de Kennisrotonde). Dat biedt voordelen bij het leren lezen. Het schrijven van de letters draagt bij aan het leren van de koppeling tussen klank en teken (letter). De schrijfontwikkeling verloopt net als de leesontwikkeling stap voor stap: eerst letter voor letter, dan klankgroep voor klankgroep, en daarna pas het woord in zijn geheel. Voor oudere kinderen geldt: hoe meer hun handschrift geautomatiseerd is, hoe beter zij aandacht en werkgeheugen kunnen gebruiken voor andere cognitieve processen, zoals spellen en stellen.
Lees – en handschriftproblemen
Leesbaar handschrijven neemt een belangrijke plaats in bij de totale ontwikkeling van schrijven en lezen. Maar er is geen eenvoudig lineair en oorzakelijk verband. Leesproblemen leiden niet automatisch tot handschriftproblemen en handschriftproblemen niet automatisch tot leesproblemen. Er zijn kinderen die heel leesbaar kunnen schrijven, maar moeite hebben met lezen, en andersom. Toch zien we lees- en handschriftproblemen vaak gecombineerd voorkomen.
Daarvoor zijn in onderzoek meerdere verklaringen te vinden. Ten eerste vragen beide vaardigheden om fonologisch bewustzijn, of de klank-tekenkoppeling. Bij het lezen wordt het teken omgezet in een klank en bij het schrijven wordt de klank omgezet in een teken. Ten tweede kunnen leesproblemen en handschriftproblemen samen voorkomen door problemen in de visueel-ruimtelijke aandacht en het geheugen. Daardoor hebben kinderen meer moeite de vormen van letters waar te nemen, te onthouden en te (re)produceren.
Schrijfoefeningen
Schrijfoefeningen voor kinderen met gecombineerde lees- en schrijfproblemen moeten onderscheid maken tussen:
- problemen op cognitief niveau (problemen in het goed en snel koppelen van klank aan teken)
- problemen op motorisch niveau, het uitvoeren van de schrijfbeweging (onder andere letterverhoudingen, verbindingen, grootte)
Schrijfoefeningen op cognitief niveau zijn vooral didactisch van aard en passen binnen de school. Schrijfoefeningen op motorisch niveau passen mogelijk beter bij een kinderfysiotherapeut of ergotherapeut. Deze kan in groep 3 en 4 helpen bij het aanleren van de lettersporen en de juiste schrijfbeweging. Vanaf groep 4 kan oefening zich richten op het verbeteren van nauwkeurigheid en snelheid.
Kinderen met leesproblemen kunnen beter oefenen met losse letters en vormen. Dit soort schrijfoefeningen is te verkiezen boven het werken met woorden, dictees en/of teksten die een zwaarder beroep doen op de lees- en spelvaardigheid. Expliciete instructie blijkt de meest effectieve vorm om het schrijven van letters aan te leren. Daarbij doet de leerkracht of therapeut het schrijven van de letter voor en beschrijft daarbij verbaal wat de vormkenmerken van de letter zijn. Hierbij kunnen pijlen en volgcijfers die de schrijfvolgorde aangeven helpen.
Uitgebreide beantwoording
Opgesteld door: Hanneke Wentink (kennismakelaar) en Sandra Beekhoven (kennismakelaar)
Vraagsteller: Kinderoefentherapeut
Vraag
Is er samenhang tussen handschriftproblemen en leesproblemen bij kinderen in groep 3 en 4? Bij welke schrijfoefeningen hebben kinderen met gecombineerde lees- en handschriftproblemen baat?
Kort antwoord
Er is geen direct oorzakelijk verband tussen leesproblemen en handschriftproblemen. Wel zien we vaak dat kinderen met leesproblemen ook meer moeite hebben met schrijven. Belangrijk bij deze kinderen is het onderscheid tussen schrijfproblemen die veroorzaakt worden door cognitieve en didactische factoren (het niet goed en/of niet snel kunnen koppelen van een klank aan een letter) en schrijfproblemen die veroorzaakt worden door motorische factoren (het niet goed of niet snel kunnen uitvoeren van de schrijfbeweging). Wanneer kinderen met leesproblemen handschriftproblemen hebben is het goed om bij het oefenen van de schrijfbeweging de koppeling met lezen en spellen zoveel mogelijk los te laten, en te focussen op het oefenen van losse letters en vormen.
Handschriftontwikkeling in een notendop
Leren schrijven is een complexe activiteit, waarin cognitieve, visuele en motorische processen samenkomen (Hartingsveldt, 2014). Iedere ouder herinnert zich het magische moment waarop zijn/haar kind de eerste herkenbare lettervormen produceerde. Rond het vierde levensjaar beginnen de meeste kinderen een voorkeurshand te ontwikkelen. De oogbewegingen verlopen dan nog schoksgewijs, waardoor kinderen nog niet goed in staat zijn om de omtrek van een figuur systematisch met de ogen te volgen. De schrijfproducten zien eruit als krabbels, waarin soms enige lettervormen zijn te herkennen.
Ter voorbereiding op het schrijfonderwijs in groep 3 oefenen kleuters al eenvoudige schrijfvormen en kleuters die er aan toe zijn al enkele letters, bijvoorbeeld van de eigen naam. In groep 3 leren kinderen, parallel aan het leren lezen, de kleine letters schrijven, en in groep 4 de hoofdletters. Rond het zevende levensjaar zijn de linker- en rechterhand niet meer van elkaar afhankelijk en functioneert de motoriek asymmetrisch. Kinderen leren de letters steeds kleiner en uiteindelijk zonder hulplijnen schrijven. Het handschrift raakt steeds meer geautomatiseerd, waardoor het schrijven sneller en gemakkelijker gaat (zie voor een review Feder & Majnemer, 2007).
Handschrift vs. schrijfproblemen
Het is belangrijk om bij schrijfproblemen goed onderscheid te maken tussen problemen die alleen de motorische vaardigheid betreffen en problemen die breder van aard zijn, en bijvoorbeeld ook gaan over de taalkundige vaardigheid van het formuleren van grammaticaal correcte zinnen met een inhoudelijke boodschap.
Deze Kennisrotondevraag betreft de motorische schrijfvaardigheid: het produceren van een leesbaar handschrift. Behoorlijk wat kinderen in de onderbouw van de basisschool hebben problemen met het leesbaar schrijven. Hartingsveldt (2014) noemt een groep van vijf tot dertig procent met handschriftproblemen, afhankelijk van het instrument waarmee dit wordt gemeten. In verschillende onderzoeken wordt opgemerkt dat handschriftproblemen vaak vanzelf verdwijnen als kinderen ouder worden en extra oefenen.
Hardnekkige handschriftproblemen (ook wel dysgrafie genoemd) komen bij ongeveer zes procent van de leerlingen in groep 5 voor. Van dysgrafie is sprake wanneer het handschrift niet of nauwelijks leesbaar is, het schrijftempo te traag is, de schrijfbeweging niet aangeleerd kan worden en/of pijn ontstaat bij het schrijven, zonder dat er sprake is van een intellectueel tekort of lichamelijke aandoening.
Samenhang tussen handschriftproblemen en leesproblemen
Op school worden lezen en schrijven tegelijkertijd aangeleerd. Bij het leren lezen oefenen kinderen niet alleen met het uitspreken van letters, maar tegelijkertijd leren zij deze letters ook schrijven. Onderzoek laat zien dat het schrijven van letters voordeel biedt bij het leren lezen: kinderen herkennen letters beter en sneller (Longchamp e.a., 2005; Kennisrotonde vraag 130, 2017). Het schrijven van de letters draagt dus bij aan het leren van de koppeling tussen klank en teken (letter).
De schrijfontwikkeling verloopt net als de leesontwikkeling stap voor stap: eerst letter voor letter, dan klankgroep voor klankgroep, en daarna pas het woord in zijn geheel (Kandel & Valdois, 2006). Voor oudere kinderen geldt: hoe meer het handschrift geautomatiseerd is, hoe beter aandacht en werkgeheugen kunnen worden gebruikt voor andere cognitieve processen, zoals spellen en stellen (Jones & Christensen, 1999).
Hoewel leesbaar handschrijven een belangrijke plaats inneemt bij de totale ontwikkeling van schrijven en lezen, is dat niet terug te brengen tot een eenvoudig lineair en oorzakelijk verband (zie ook Kent e.a., 2013). Leesproblemen leiden niet automatisch tot handschriftproblemen en handschriftproblemen niet automatisch tot leesproblemen. Er zijn kinderen die heel leesbaar kunnen schrijven, maar moeite hebben met lezen, en andersom. Toch zien we lees- en handschriftproblemen vaak gecombineerd voorkomen. Daarvoor zijn in onderzoek meerdere verklaringen te vinden.
Ten eerste vragen beide vaardigheden om fonologisch bewustzijn, oftewel de klank-tekenkoppeling. Bij het lezen wordt het teken wordt omgezet in een klank en bij het schrijven wordt de klank omgezet in een teken. Bij kinderen met leesproblemen (dyslexie) zien we vaak problemen in deze klank-tekenkoppeling (Döhla & Heim, 2016). Deze fonologische problemen maken het voor hen moeilijker om het schrijven van letters te automatiseren en met een gemiddeld tempo te schrijven (Sumner, Connelly, & Barnett, 2013). Het is overigens niet zo dat kinderen met dyslexie letters visueel niet kunnen onderscheiden of vaker in spiegelbeeld schrijven (KR antwoord 131).
Ten tweede zijn er onderzoekers die zeggen dat leesproblemen en handschriftproblemen samen voorkomen vanwege problemen in de visueel-ruimtelijke aandacht en het geheugen, waardoor kinderen meer moeite hebben de vormen van letters waar te nemen, te onthouden en te (re)produceren (Adi-Japha e.a., 2007). Weer andere onderzoekers toonden aan dat het verband tussen lees- en schrijfproblemen terug te voeren is op tekorten in bepaalde hersengebieden, zoals het cerebellum, waar het automatiseren van bewegen en taal aangestuurd wordt (Nicolson & Fawcett, 2011).
Als laatste komen lees- en handschriftproblemen vaak gecombineerd voor bij kinderen met DCD (Developmental Coordination Disorder), een motorische ontwikkelingsstoornis (Visser, 2003).
Schrijfoefeningen voor kinderen met gecombineerde lees- en handschriftproblemen
Wanneer er bij het kind sprake is van gecombineerde lees- en schrijfproblemen, moet er bij de schrijfoefeningen goed onderscheid gemaakt worden tussen problemen op cognitief niveau (problemen in het goed en snel koppelen van klank aan teken) en problemen op motorisch niveau, dus op het niveau van het uitvoeren van de schrijfbeweging (o.a. letterverhoudingen, verbindingen, grootte) (Evidence Statement Motorische Schrijfproblemen bij kinderen, 2011). Schrijfoefeningen op cognitief niveau zullen vooral didactisch van aard zijn en een plek krijgen op school, terwijl de schrijfoefeningen op motorisch niveau mogelijk beter passen bij een kinderfysiotherapeut of ergotherapeut.
In groep 3 en 4 kan een fysiotherapeut of ergotherapeut een bijdrage leveren aan het aanleren van de lettersporen en de juiste schrijfbeweging. Vanaf groep 4 kan oefening zich richten op het verbeteren van nauwkeurigheid en snelheid (Evidence Statement Motorische Schrijfproblemen bij kinderen, 2011). Kinderen met leesproblemen zijn beter geholpen bij schrijfoefeningen waarbij het lezen/spellen/stellen een ondergeschikte rol heeft. Om de motorische vaardigheid te verbeteren is het oefenen met losse letters en vormen is te verkiezen boven het werken met woorden, dictees en/of teksten die over het algemeen een zwaarder beroep doen op de lees- en spelvaardigheid.
Het proefschrift van Overvelde (2013) laat zien dat expliciete instructie de meest effectieve vorm is om het schrijven van letters aan te leren. Expliciete instructie houdt in dat de leerkracht of therapeut het schrijven van de letter voordoet (modelling) en daarbij verbaal beschrijft wat de vormkenmerken van de letter zijn. Hierbij kunnen pijlen en volgcijfers die de schrijfvolgorde aangeven helpend zijn.
Geraadpleegde bronnen
- Adi-Japha, E. Landau, Y. E., Frenkel, L., Teicher, M., Gross-Tur, V. & Shalev, R. S. (2007). ADHD and dysgraphia: underlying mechanisms. Cortex, 43, 700-709. doi: 10.1016/S0010-9452(08)70499-4. Verkegen van: http://u.cs.biu.ac.il/~eni/Adi-Japha.pdf
- Döhla, D. & Heim S. (2016). Developmental dyslexia and dysgraphia: What can we learn from the one about the other? Frontiers in Psychology, 6, 2045. doi: 10.3389/fpsyg.2015.02045. Verkegen van: https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4726782/pdf/fpsyg-06-02045.pdf
- Feder, K.P., & Majnemer, A. (2007). Handwriting development, competency, and intervention. Developmental Medicine & Child Neurology, 49(4), 312-317. Verkegen van: http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/j.1469-8749.2007.00312.x/pdf
- Hartingsveldt, van M. (2014) Ready for handwriting? Development of the Writing Readiness Inventory Tool In Context (WRITIC) for kindergarten children in the prewriting phase. Nijmegen: Radboud Universiteit. Verkegen van: http://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/130269/130269.pdf?sequence=1
- Jones, D., & Christensen, C. A. (1999). Relationship between automaticity in handwriting and students' ability to generate written text. Journal of Educational Psychology, 91(1), 44-49. Verkregen van: http://dx.doi.org/10.1037/0022-0663.91.1.44
- Kandel, S. & Valdois, S. (2006). Syllables as functional units in a copying task. Language and Cognitive Processing, 21(4), 432-452.
- Kennisrotonde. (2017). Is het waar dat leren schrijven (handschrift) bijdraagt aan taalvaardigheidsontwikkeling op alle schriftelijke domeinen? (KR.130). Verkegen van: https://www.nro.nl/wp-content/uploads/2017/02/130-Antwoord-Is-het-waar-dat-leren-schrijven-handschrift-bijdraagt-aan-taalvaardigheidsontwikkeling.pdf
- Kennisrotonde. (2017). Is het waar dat aandacht voor de vorm van letters een manier is om (bepaalde vormen van) dyslexie tegen te gaan als kinderen letters leren lezen en schrijven? (KR.131). Verkregen van: https://www.nro.nl/wp-content/uploads/2017/04/131-Antwoord-aandacht-voor-vorm-letters-om-dyslexie-tegen-te-gaan.pdf
- Kent, S., Wanzek, J. Petscher, Y., Al Otaiba, S. en Kim, Y. (2014). Writing fluency and quality in kindergarten and first grade: the role of attention, reading, transcription, and oral language. Reading and Writing, 27(7), 1163–1188.doi: 10.1007/s11145-013-9480-1. Verkregen van: http://diginole.lib.fsu.edu/islandora/object/fsu%3A330625
- Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (2011). KNGF Evidence Statement. Motorische schrijfproblemen bij kinderen. Supplement bij het Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 121(2). Verkregen van: https://www.fysionet-evidencebased.nl/index.php/richtlijnen/evidence-statements-openingspagina/motorische-schrijfproblemen-bij-kinderen
- Longcamp, M., Zerbato-Poudou, M. T., & Velay, J. L. (2005). The influence of writing practice on letter recognition in preschool children: A comparison between handwriting and typing. Acta Psychologica, 119(1), 67-79. Verkregen van: doi:10.1162/jocn.2008.20504
- Nicolson, R. & Fawcett, A. (2011). Dyslexia, dysgraphia, procedural learning and the cerebellum. Cortex, 47, 117-127. doi: 10.1016/j.cortex.2009.08.016. Verkregen van: https://www.researchgate.net/publication/26884202_Dyslexia_dysgraphia_procedural_learning_and_the_cerebellum
- Overvelde, A. (2013). Which practice makes perfect? Experimental studies on the acquisition of movement sequences to identify the best learning condition in good and poor writers (dissertation). Nijmegen: Radboud Universiteit. Verkregen van: http://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/130269/130269.pdf?sequence=1
- Sumner, E., Connelly, V., & Barnett, A. L. (2013). Children with dyslexia are slow writers because they pause more often and not because they are slow at handwriting execution. Reading and Writing, 26(6), 991-1008.
- Visser, J. (2003). Developmental Coordination Disorder: A review of research on subtypes and comorbidities. Human Movement Science, 22, 479-493. Verkregen van: https://www.researchgate.net/publication/9002248_Developmental_Coordination_Disorder_a_review_of_research_on_subtypes_and_comorbidities
Meer weten?
De website van handschriftontwikkeling met veel achtergrondartikelen over de ontwikkeling van het handschrift en het leren schrijven.
De wetenschappelijk onderbouwde handreiking van het Koninklijk Genoot voor Fysiotherapie met informatie over het diagnosticeren en behandelen van motorische schrijfproblemen bij kinderen.
De Nederlandse wetenschappers Anneloes Overvelde en Margo van Hartingsveldt schreven beiden een proefschrift over handschrijven.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Gerelateerd

ANWB


Voedingscentrum


Wij-leren.nl Academie

























