Welk handelingsrepertoire heeft een docent beroepsonderwijs nodig in een praktijknabije leeromgeving?

Geplaatst op 5 april 2016

Samenvatting

Naast de gangbare expertise die een docent in elk geval nodig heeft om in het beroepsonderwijs te werken, zijn er ook negen docentrollen onderkend specifiek voor praktijknabije leeromgevingen. Een hiervan is die van procesbegeleider, ook wel ‘coach’ of facilitator genoemd. Over welk handelingsrepertoire zo’n coach nodig heeft, is nog niet heel veel bekend. Wel weten we dat verschillende begeleidingsvormen, van voordoen tot coaching op maat, van belang zijn.

Voor toekomstbestendig beroepsonderwijs wordt het belang van samenwerking tussen onderwijs en beroepspraktijk onderkend door de beroepsonderwijssector. Samenwerking tussen onderwijs en beroepspraktijk kan leiden tot leeromgevingen waarbij schools leren en werkplekleren dichterbij elkaar worden gebracht, bijvoorbeeld de ‘lerende wijkcentra’ waar studenten activiteiten voor buurtbewoners uitvoeren. Het gaat hierbij om praktijknabije leeromgevingen, zoals hands-on simulations, workplace simulations, hybride leerconfiguraties of hybride leeromgevingen.

Rollen en competenties docent beroepsonderwijs

Uit onderzoek is gebleken dat een docent in ieder geval de volgende expertise nodig heeft om in het beroepsonderwijs te kunnen werken.

  • Kennis en inzicht in het praktisch handelingsrepertoire dat nodig is om een beroep te kunnen uitoefenen(Beroepspraktijk).
  • Kennis en inzicht in de begrippen en concepten die ten grondslag liggen aan de uitoefening van een beroep (Beroepsdomein).
  • Kennis en inzicht die ten grondslag liggen aan de beroepsinhoud (Vakdisciplines).
  • Kennis en inzicht in ontwikkelingsprocessen van studenten in relatie tot beroepsvorming (Menskunde).

Negen docentrollen praktijknabije leeromgeving

Voor leeromgevingen waar studenten werken aan regionale projecten zijn negen docentrollen geïdentificeerd die ook relevant zijn voor omgevingen waar studenten in andere soorten werkprocessen aan het leren zijn. Deze docentrollen relevant voor praktijknabije leeromgevingen zijn:

  1. Als acquisiteur bouwt en onderhoudt de docent relaties met bedrijven met het doel opdrachten binnen te halen.
  2. Als regio-ontwikkelaar is de docent strategisch en beleidsmatig bezig met het verbinden van de school en de regio, om zo gezamenlijk te werken aan regionale ontwikkeling.
  3. Als onderwijsontwikkelaar is de docent verantwoordelijk voor het (verder) ontwikkelen van de leeromgeving in de opleiding (organisatorisch) en de inbedding hiervan in het curriculum (inhoudelijk).
  4. Als coach begeleidt de docent studenten bij het plannen, uitvoeren, afronden van en reflecteren op de opdracht.
  5. Als leervraagarticulator vertaalt de docent thema’s of vragen uit de regio naar uitvoerbare projecten voor individuele of groepen studenten vanuit verschillende disciplines en opleidingsniveaus.
  6. Als beoordelaar komt de docent tot goed onderbouwde en inzichtelijke beoordelingen van het resultaat en het proces van de studenten, waarbij hij/zij zich laat informeren door relevante partijen.
  7. Als vakexpert stelt de docent zijn/haar kennis, vaardigheden en ervaringen gedurende een project ter beschikking aan de studenten.
  8. Als actor is de docent een (gelijkwaardige) partij in het leerproject en draagt hij/zij vanuit zijn/haar eigen regionale positie en kennis bij aan de totstandkoming van het eindresultaat.
  9. Als lerende handelt de docent in het besef dat iedereen in het leerproject aan het leren is. Hij/zij accepteert dat niet alles bekend is en draagt voortdurend zijn/haar steentje bij, zodat het steeds beter gaat en dat iedereen leert (ook van zijn eigen fouten).

Handelingsrepertoire procesbegeleider

Voorgaande geeft vooral een beeld van de expertiseterreinen, rollen en competenties die relevant zijn voor praktijknabije leeromgevingen. Helaas is er nog geen onderzoek beschikbaar over het handelingsrepertoire dat docenten nodig hebben voor het begeleiden van studenten specifiek in dit soort leeromgevingen. We kunnen wel inzichten vinden die relevant en toepasbaar zijn in deze context. Zo zijn er vijf begeleidingsvormen te onderscheiden:

  1. Modelling: de docent denkt en doet voor en de deelnemer kijkt de kunst af.
  2. Guiding: tussenstations bepalen waar naar toegewerkt kan worden, structuur aanbrengen.
  3. Scaffolding: eerst meer begeleiding aanbieden en naarmate student zich verder ontwikkelt, de begeleiding laten afnemen.
  4. Coaching: de student door het stellen van vragen zelf antwoorden laten zoeken en vinden.
  5. Monitoring: in beginfase studenten veel hulp bieden bij zelfregulatie door regulatie (deels) over te nemen en gedurende het proces de regulatie naar student over hevelen.

Uitgebreide beantwoording

Opgesteld door: Annemiek Cox en Ilya Zitter
Vraagsteller: docent aan een groot regionaal opleidingencentrum (roc) voor middelbaar beroepsonderwijs (mbo)

Vraag

  • Welke rollen vervult een docent in een praktijknabije/hybride leeromgeving in het beroepsonderwijs?
  • Welke handelingsrepertoire is nodig van een docent voor het vervullen van deze rollen en specifiek de rol van procesbegeleider (ook wel: coach of facilitator) in dit type leeromgevingen?

Kort antwoord

Naast de gangbare expertise die een docent in elk geval nodig om in het beroepsonderwijs te werken, zijn er ook negen docentrollen onderkend specifiek voor praktijknabije leeromgevingen, waaronder die van ‘coach’. Over welk handelingsrepertoire zo’n coach moet beschikken, is nog niet heel veel bekend, wel weten we dat dat begeleiding in vorm van modelling, guiding, scaffolding, coaching en monitoring van belang zijn. Ook is bekend dat het ontwikkelen van een passend repertoire voor deze specifieke soort leeromgevingen doorgaans een fiks professionaliseringstraject vergt.

Toelichting antwoord

Voor toekomstbestendig beroepsonderwijs wordt het belang van samenwerking tussen onderwijs en beroepspraktijk onderkend door de beroepsonderwijssector (MBO Raad, 2015; OCW, 2015; Poortman & Visser, 2008; Poortman, Illeris & Nieuwenhuis, 2011). Er zijn er (inter)nationaal uiteenlopende ontwikkelingen om deze samenwerking verder vorm te geven. Zo loopt in Australië een grootschalig traject waar onderwijs en bedrijfsleven samenwerken in ‘industry-school-partnerships’ (Flynn, Pillay &
Watters, 2014). In Nederland is een landelijk innovatiearrangement voor het versterken van de samenwerking onderwijs-bedrijfsleven in afronding (Smulders, Van Wijk & Zitter, 2011). 

Samenwerking tussen onderwijs en beroepspraktijk kunnen leiden tot leeromgevingen waarbij schools leren en werkplekleren in één leeromgeving bij elkaar worden gebracht (Smulders, Hoeve & Van der Meer, 2012), bijvoorbeeld de ‘lerende wijkcentra’ waar studenten activiteiten voor buurtbewoners uitvoeren. Het gaat om praktijknabije leeromgevingen, zoals hands-on simulations (Khaled, Gulikers, Biemans, Van Der Wel & Mulder, 2014), workplace simulations (Jossberger, Brand-Gruwel, Van der Wiel & Boshuizen, 2015), hybride leeromgevingen (Huisman, De Bruijn, Baartman, Zitter & Aalsma, 2010; Zitter, Hoeve & De Bruijn, 2016) of hybride leerconfiguraties (Cremers, 2016). 

Hoewel er veel onderzoek is over het doorbreken van de muur tussen school en de werkplek (Dumont & Istance, 2010; Griffith & Guile, 2003; Tynjälä, 2008; Unwin, 2009), zijn er ook kritische geluiden. Bijvoorbeeld dat het nabootsen van de werkplek in de school ertoe leidt dat de toegevoegde waarde van school en de werkplek zal verminderen (Aarkrog, 2005). Dit soort tegengeluid moet zeker worden meegenomen bij de ontwikkeling van optimale praktijknabije/hybride leeromgevingen en de begeleiding van studenten daarin.

In de praktijk zijn veel praktijknabije/hybride leeromgevingen ontstaan en dit vraagt van docenten andere rollen en een ander handelingsrepertoire. In brede zin is er recent onderzoek gedaan naar de expertise die docenten nodig hebben om in het beroepsonderwijs te functioneren. Het gaat om volgende expertisegebieden (Aalsma, Van den Berg & De Bruijn, 2014).

  • Beroepspraktijk: kennis en inzicht in het praktisch handelingsrepertoire dat nodig is om een beroep te kunnen uitoefenen.
  • Beroepsdomein: kennis en inzicht in de begrippen en concepten die ten grondslag liggen aan de uitoefening van een beroep.
  • Vakdisciplines: kennis en inzicht die ten grondslag liggen aan de beroepsinhoud.
  • Menskunde: kennis en inzicht in ontwikkelingsprocessen van studenten in relatie tot beroepsvorming.

Bovenstaande expertise heeft een docent in elk geval nodig om in het beroepsonderwijs te werken en
dus ook in praktijknabije/hybride leeromgevingen. Voor leeromgevingen waar studenten werken aan
regionale projecten zijn negen docentrollen geïdentificeerd die ook relevant zijn voor omgevingen waar
studenten in andere soorten werkprocessen aan het leren zijn. Deze docentrollen relevant voor
praktijknabije leeromgevingen zijn:

  1. Als acquisiteur bouwt en onderhoudt de docent relaties met bedrijven met het doel opdrachten binnen te halen.
  2. Als regio-ontwikkelaar is de docent strategisch en beleidsmatig bezig met het verbinden van de school en de regio, om zo gezamenlijk te werken aan regionale ontwikkeling.
  3. Als onderwijsontwikkelaar is de docent verantwoordelijk voor het (verder) ontwikkelen van de leeromgeving in de opleiding (organisatorisch) en de inbedding hiervan in het curriculum (inhoudelijk).
  4. Als coach begeleidt de docent studenten bij het plannen, uitvoeren, afronden van en reflecteren op de opdracht.
  5. Als regio-ontwikkelaar is de docent strategisch en beleidsmatig bezig met het verbinden van de school en de regio, om zo gezamenlijk te werken aan regionale ontwikkeling.
  6. Als beoordelaar komt de docent tot goed onderbouwde en inzichtelijke beoordelingen van het resultaat en het proces van de studenten, waarbij hij/zij zich laat informeren door relevante partijen.
  7. Als vakexpert stelt de docent zijn/haar kennis, vaardigheden en ervaringen gedurende een project ter beschikking aan de studenten.
  8. Als actor is de docent een (gelijkwaardige) partij in het leerproject en draagt hij/zij vanuit zijn/haar eigen regionale positie en kennis bij aan de totstandkoming van het eindresultaat.
  9. Als lerende handelt de docent in het besef dat iedereen in het leerproject aan het leren is. Hij/zij accepteert dat niet alles bekend is en draagt voortdurend zijn/haar steentje bij, zodat het steeds beter gaat en dat iedereen leert (ook van zijn eigen fouten).

Bovenstaande rollen zijn geïdentificeerd voor praktijknabije leeromgevingen waar studenten werken aan projecten, maar deze inzichten zijn ook relevant voor omgevingen waar studenten in andere soorten werkprocessen aan het leren zijn. De competentie van de rol van ‘coach’ wordt door boven genoemde onderzoekers als volgt beschreven: Als coach begeleid ik studenten bij het plannen, uitvoeren, afronden van en reflecteren op het werk.

Voorgaande geeft vooral een beeld van de expertiseterreinen, rollen en competenties die relevant zijn voor praktijknabije/hybride leeromgevingen, maar gaat nog niet in op het handelingsrepertoire dat docenten nodig hebben in hun rol van procesbegeleider. Helaas is er nog geen onderzoek beschikbaar over het handelingsrepertoire dat docenten nodig hebben voor het begeleiden van studenten specifiek in dit soort leeromgevingen. We kunnen wel in ander onderzoek inzichten vinden die relevant en toepasbaar zijn in deze context. Zo heeft bijvoorbeeld De Bruijn op basis van eerder onderzoek en theoretische onderbouwing vijf begeleidingsvormen onderscheiden (Glaudé, van den Berg, Verbeek & De Bruijn, 2011):

  1. Modelling: de docent denkt en doet voor en de deelnemer kijkt de kunst af.
  2. Guiding: tussenstations bepalen waar naar toegewerkt kan worden, structuur aanbrengen.
  3. Scaffolding: eerst meer begeleiding aanbieden en naarmate student zich verder ontwikkelt, de begeleiding laten afnemen.
  4. Coaching: de student door het stellen van vragen zelf antwoorden laten zoeken en vinden.
  5. Monitoring: in beginfase studenten veel hulp bieden bij zelfregulatie door regulatie (deels) over te nemen en gedurende het proces de regulatie naar student over hevelen.


Ook zijn er inzichten vanuit het begeleiden van werkplekleren die relevant zijn. Uit deze inzichten komen ook monitoring, modelling en coaching naar voren; daarnaast worden ook vraag-en-antwoord dialogen genoemd (Billet, 2000). Er wordt een reviewstudie uitgevoerd naar de didactiek van werkplekleren (NRO, 2016) die ook relevante inzichten zal opleveren die ook van toepassing voor rol van procesbegeleider in praktijknabije/hybride leeromgevingen.

Tot slot kan er worden opgemerkt dat het misschien wel heel handig kan lijken om een welomschreven handelingsrepertoire te hebben voor docenten in praktijknabije/hybride leeromgevingen, waarmee docenten een handboek zouden hebben om studenten beter te begeleiden. De vraag is echter of het zo simpel is. We weten namelijk uit praktijkgericht onderzoek dat het ontwikkelen van een passend handelingsrepertoire voor dit soort leeromgevingen een fiks professionaliseringsproces vergt,
bijvoorbeeld met een ‘critical friend aanpak’ (Jansen, Aalsma & Janssen, 2011). Er is gebleken dat het werken met een critical friend werkt voor het onder de knie krijgen van het praktijknabije/hybride onderwijsconcept en ook bijdraagt aan een lerende beroepshouding. Door steeds samen met een critical friend te reflecteren op het eigen handelen, kan een docent naast het ontwikkelen van een passend handelingsrepertoire, ook een kritische blik op het eigen professionele handelen ontwikkelen.

Geraadpleegde bronnen

  1. Aalsma, E. & Jansen, F. (2012). Inzet van critical friends bij professionaliseren van leraren. Maastricht: Ruud de Moor Centrum - Open Universiteit. https://www.ou.nl/documents/14300/3ec4f9f8-69ea-4e97-ba18-961dfdd11519
  2. Aarkrog, V. (2005). Learning in the workplace and the significance of school-based education: A study of learning in a danish vocational education and training programme. International Journal of Lifelong Education, 24(2), 137-147.
  3. Billett, S. (2000). Guided learning at work. Journal of Workplace learning, 12(7), 272-285. http://citeseerx.ist.psu.edu/viewdoc/download?doi=10.1.1.533.7785&rep=rep1&type=pdf
  4. Billett, S. (2014). Integrating learning experiences across tertiary education and practice settings: A socio-personal account. Educational Research Review, 12, 1–13. doi: 10.1016/j.edurev.2014.01.002 http://citeseerx.ist.psu.edu/viewdoc/download?doi=10.1.1.533.7785&rep=rep1&type=pdf
  5. Cremers, P. H., Wals, A. E., Wesselink, R., Nieveen, N., & Mulder, M. (2014). Self-directed lifelong learning in hybrid learning configurations. International Journal of Lifelong Education, 33(2), 207- 232. doi:10.1016/j.tate.2010.11.007
  6. Bruijn, E. de (2009). De docent beroepsonderwijs: jongleren op het grensvlak van twee werelden. In Hogeschool Utrecht, De identiteit van de HBO-professional (pp. 18-24). Utrecht: Hogeschool Utrecht. https://hbo-kennisbank.nl/record/oai:repository.samenmaken.nl:smpid:38922
  7. Dumont, H., & Istance, D. (2010). Analysing and designing learning environments for the 21st century in H. Dumont, D. Istance, & F. Benavides (Eds.), The Nature of Learning. Using research to inspire practice (pp. 19-34). Paris: OECD Publishing.
  8. Flynn, M. C., Pillay, H., & Watters, J. (2014). Industry–school partnerships: Boundary crossing to enable school to work transitions. Journal of Education and Work, (ahead-of-print), doi:10.1080/13639080.2014.934789
  9. Glaudé, M., Van den Berg, J., Verbeek, F., & De Bruijn, E. (2011). Pedagogisch-didactisch handelen van docenten in het middelbaar beroepsonderwijs. Literatuurstudie. Utrecht/'s Hertogenbosch: Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo).
  10. http://www.ecbo.nl/3_1236_Pedagogisch-didactisch-handelen.aspx
  11. Griffiths, T., & Guile, D. (2003). A connective model of learning: The implications for work process knowledge. European educational research journal, 2(1), 56-73. doi: 10.2304/eerj.2003.2.1.10
  12. Huisman, J., De Bruijn, E., Baartman, L., Zitter, I. & Aalsma, E. (2010). Leren in hybride leeromgevingen in het beroepsonderwijs Praktijkverkenning, theoretische verdieping. ‘s- Hertogenbosch/Utrecht: Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo).
  13. http://www.ecbo.nl/3_1190_Leren-in-hybride-leeromgevingen.aspx
  14. Jansen, F., Aalsma, E., Janssen, S. (2011). Professionaliseren in het hart van de vernieuwing. Leren werken met het concept van de Omgekeerde Leerweg in de Waterfabriek. Maastricht: Ruud de Moor Centrum - Open Universiteit.  https://www.ou.nl/documents/14300/d2ef61e8-bd63-430b-ba36-acea104ca448
  15. Jossberger, H., Brand-Gruwel, S., van de Wiel, M. W., & Boshuizen, H. P. (2015). Teachers’ Perceptions of Teaching in Workplace Simulations in Vocational Education. Vocations and Learning, 8(3), 287-318.
  16. Khaled, A., Gulikers, J., Biemans, H., van der Wel, M., & Mulder, M. (2014). Characteristics of handson simulations with added value for innovative secondary and higher vocational education. Journal of Vocational Education & Training, 66(4), 462-490.
  17. MBO Raad (2015). Het mbo in 2025. Manifest voor de toekomst van het middelbaar beroepsonderwijs. Woerden: MBO Raad. http://mboinbedrijf.nl/images/PDF/manifest-het-mbo-in-2025-eindversie.pdf
  18. NRO (2016). Project Pedagogisch-didactische aspecten van werkplekleren in het beroepsonderwijs. Geraadpleegd op 16 maart 2016, van https://www.nro.nl/kb/405-15-710-pedagogisch-didactischeaspecten- van-werkplekleren-in-het-beroepsonderwijs/
  19. OCW (2015). OCW Kennisagenda. Den Haag: Rijksoverheid. https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/publicaties/2015/03/13/kennisagen da-ocw-2015/kennisagenda-ocw-2015.pdf
  20. Oonk, C., Beers, P. J., Wesselink, R., & Dubbeldam, R. (2013). Doceren in Regioleren: rollen, taken en competenties van docenten in regionale leerarrangementen. Wageningen UR, Leerstoelgroep Educatie-en competentiestudies.  http://edepot.wur.nl/280437
  21. Poortman, C. L., & Visser, K. (2008). Leren door werk. De match tussen deelnemer en werkplek. 's Hertogenbosch/Utrecht: Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo). http://www.ecbo.nl/3_1177_Leren-door-werk_-de-match-tussen-deelnemer-en-werkplek.aspx
  22. Poortman, C. L., Illeris, K., & Nieuwenhuis, L. (2011). Apprenticeship: from learning theory to practice. Journal of Vocational Education & Training, 63(3), 267-287.
  23. Smulders, H., Hoeve, A., & Van der Meer, M. (2012). Co-makership. duurzame vormen van samenwerking onderwijs-bedrijfsleven. 's Hertogenbosch/Utrecht: Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo).
  24. http://www.ecbo.nl/3_1281_Krachten-bundelen_-over-co-makership-tussen-onderwijs-enbedrijfsleven.aspx
  25. Smulders, H., Van Wijk, B., & Zitter, I. (2011). Het innovatiearrangement in vier ontwerpprincipes; evaluatie regeling 2005. Utrecht/'s Hertogenbosch: Expertisecentrum Beroepsonderwijs (ecbo). http://www.ecbo.nl/3_1225_Innovatiearrangement-in-vier-ontwerpprincipes.aspx
  26. Tynjälä, P. (2008). Perspectives into learning at the workplace. Educational Research Review, 3(2), 130-154. http://s3.amazonaws.com/assets.paboweb.nl/assets/353/Werkplekleren_Educational_Research_Review.pdf
  27. Unwin, L. (2009). Connecting workplace learning and VET to lifelong learning (paper beyond current horizons). Beyond Current Horizons project. http://citeseerx.ist.psu.edu/viewdoc/download?doi=10.1.1.595.3271&rep=rep1&type=pdf
  28. Zitter, I., Hoeve, A., & De Bruijn, E. (2016). A design perspective on the school-work boundary: a hybrid curriculum model. Vocations & Learning. doi: 10.1007/s12186-016-9150-y

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

Cursus
Communiceren met impact
Communiceren met impact
Versterk je gesprekstechnieken
Medilex Onderwijs 
Bouwstenen verandercapaciteit
MBO-docenten die samen blijven leren, gaan beter met verandering om
Annemieke Top
Hybride leeromgeving (1): kernelementen en rolverdeling
Hybride leeromgeving (1): over de grens tussen werk en school
Rens Gresnigt


Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

[extra-breed-algemeen-kolom2]



beroepsonderwijs
coaching

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest