Het effect van een digitaal ondersteund voorleesprogramma DIVO - OnderwijsBewijs

Geplaatst op 1 juni 2016

Leerlingen die drie jaar achtereen, groepsgewijs digitaal worden voorgelezen, leren meer woorden en hebben een beter begrip van verhalen. Dat blijkt uit het onderzoek naar het zogenoemde DIVO-programma.
Digitaal voorlezen (DIVO) betekent dat een aantal gedigitaliseerde prentenboeken via een groot beeldscherm wordt voorgelezen. De leerkracht stelt tijdens en na afloop van het verhaal vragen ter verduidelijking van de woorden en de verhaallijn. Ook wordt gebruikgemaakt van computers, waarmee de woordenschat wordt geoefend.
Het onderzoek werd uitgevoerd in groep 1 tot en met groep 3 van zeven basisscholen. Gekeken werd naar het effect op de taalontwikkeling van de kinderen, oftewel het leren van woorden en begrippen en de ontwikkeling van het verhaalbegrip. Deze vaardigheden zijn van groot belang voor het (begrijpend) leren lezen.
DIVO blijkt de woordenschat van leerlingen meetbaar uit te breiden. Leerlingen die meededen aan het DIVO-programma begrijpen ook verhalen beter en kunnen beter relaties leggen tussen verhaalelementen dan leerlingen die reguliere lessen volgen. Er kon in het onderzoek niet worden aangetoond dat DIVO de algemene taalvaardigheid en het begrijpend lezen bevordert.

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Details van het onderzoek

NWO-projectnummer:	ODB08025
Titel onderzoeksproject:	Een experiment ter bepaling van het effect van langdurig gebruik van een digitaal ondersteund voorleesprogramma (DIVO) op de woordenschat, het verhaalbegrip en beginnend lezen in groep 1, 2 en 3.
Looptijd:	02-04-2009 tot 31-12-2012