Spontaan spellen in de praktijk
Henriët Odink
Auteur, taalleesspecialist en schoolcoach bij
Geraadpleegd op 13-07-2025,
van https://wij-leren.nl/spontane-spelling-bij-kleuters-deel-vier-Odink.php
Laatst bewerkt op 30 juni 2025

Jonge kinderen leren niet vanzelf lezen en schrijven - daar is begeleiding voor nodig. Enerzijds hebben ze instructie en begeleiding van de leerkracht nodig, anderzijds hebben ze ruimte nodig om spelenderwijs te ontdekken hoe taal werkt. Met een doordachte combinatie van leerkracht- en leerlinggestuurde activiteiten leg je de basis voor een geletterdheid. Dit artikel laat zien hoe je die balans vindt en zo de schrijfontwikkeling van jonge kinderen optimaal ondersteunt.
Jonge kinderen ontwikkelen vaardigheden op het gebied van geletterdheid niet vanzelf. Ze hebben hierbij hulp en begeleiding nodig van de leerkracht. De ontwikkeling van spontaan spellen is het meest gebaat bij een combinatie van leerkracht- en leerlinggestuurde activiteiten (Taelman, 2015; Quinn et al., 2016). Als de leerkracht kennis en vaardigheden overbrengt aan de leerlingen door middel van het geven van instructie, spreken we van leerkrachtgestuurde activiteiten. Het is ook mogelijk dat leerlingen zelf kiezen wat ze leren en hoe ze dat gaan doen, dan spreken we over leerlinggestuurde activiteiten. Leerlingen verwerven zo zelf kennis en vaardigheden, bijvoorbeeld binnen spelsituaties waarin ze zelf het verloop en de regels van het spel bepalen. Je kunt als leerkracht wel een bijdrage leveren aan het spel.
Leerkrachtgestuurde activiteiten
Voor het leren van nieuwe vaardigheden en het vergroten van kennis, hebben kleuters instructie nodig (Bertu & Leenders, 2024). Binnen die instructie is het van belang dat je begint met een betekenisvolle startactiviteit. Een startactiviteit is betekenisvol als je bijvoorbeeld aansluit bij de interesses en ervaringen van de leerling. Na de kringactiviteit is er ruimte voor leerlingen om te schrijven. Tot slot bied je hen mogelijkheden om hun ideeën en schrijfproducten te delen met anderen (Haeger, 2023).
Je instructie bevat modeling, aansluiten bij het ontwikkelingsniveau van de leerling en interactie. Modeling is hardop-denkend voordoen. Volgens Zurcher (2018) is modelen zeer effectief, omdat beginnende schrijvers de mogelijkheid krijgen om het schrijfproces van ervaren schrijvers te observeren. Aansluiten bij het ontwikkelingsniveau van de leerlingen betekent dat je activiteiten aanpast aan het huidige niveau van de leerling. Je kiest passende interventies om de leerling te begeleiden in diens ontwikkeling. Observeer dus goed wat een leerling al kan en weet, om vervolgens hierbij aan te sluiten. Interactie is van belang, omdat je leerlingen eerst de ruimte wilt geven om te spreken, voordat ze gaan schrijven.
Leerkrachtgestuurde activiteiten kun je aanbieden aan de gehele groep, bijvoorbeeld als kringactiviteit, of in een kleinere setting. Een voorbeeld van een klassikale activiteit is de schrijfworkshop (Writing Workshop), in de jaren zeventig van de vorige eeuw ontworpen door Graves & Murray.
Schrijfworkshop
Een schrijfworkshop heeft als doel bij alle leerlingen een positieve houding tot schrijven te laten ontwikkelen. Een schrijfworkshop bevat 4 elementen:
- een mini-les
- zelfstandig schrijven
- bespreken
- publiceren
In een mini-les leg je uit, demonstreer je en denk je hardop. Deze fase duurt vier tot vijftien minuten en behandelt één lesdoel.
Het zelfstandig schrijven vormt de kern van de schrijfworkshop. Tijdens deze fase zijn leerlingen bezig met het bedenken en uitwerken van ideeën, en het schrijfproces. Het leent zich goed voor differentiatie, omdat alle leerlingen op hun eigen niveau aan een schrijfproduct werken.
In de fase van het bespreken krijgen leerlingen de gelegenheid om met anderen te praten over hun werk. Tot slot geef je alle leerlingen de ruimte om hun werk te publiceren: om het voor te lezen voor de groep of voor ouders, op een prikbord of in een boek bijvoorbeeld.
Het publiceren is van belang, omdat het leerlingen een gevoel van trots en competentie geeft. Bovendien leert het leerlingen dat je altijd schrijft voor een publiek (Stover, 2011; Heimermann, 2016; Zurcher, 2018).
Uitwerking
Aanleiding: Het stormt. Er liggen takken op de grond en in de straat is een boom omgewaaid.
Het lesdoel van de schrijfworkshop is dat de tekening bij de tekst past. In de mini-les maak je een tekening van de omgewaaide boom. Onder de tekening schrijf je: ‘De boom is omgewaaid.’ Je legt uit waarom het van belang is dat de tekening bij de tekst past: als je tekening niet bij de woorden hoort, kan de tekst verwarrend zijn voor de lezer.
Lev tekent een boom. Onder de boom liggen takken en blaadjes. Hij schrijft in krabbels een zin onder zijn tekening: Het waait. Blaadjes en takken vliegen.
Tijdens het bespreken in tweetallen wisselen Lev en Daaf uit wat ze gemaakt hebben. Lev leest zijn zin voor en laat de tekening zien. Daaf merkt op dat het niet klopt. In de zin staat dat de blaadjes en takken vliegen, maar ze liggen al op de grond. Misschien kan Lev nog wat blaadjes in de lucht tekenen?
Na het zelfstandig schrijven mag elke leerling om de beurt plaatsnemen op de schrijversstoel voorin het lokaal. Deze stoel is speciaal voor leerlingen die hun eigen geschreven teksten willen voorlezen aan de groep. Vol trots laat Lev zijn tekening zien: er liggen blaadjes en takjes op de grond en ze vliegen in de lucht.
Leerlinggestuurde activiteiten
Leerlinggestuurde activiteiten zijn die activiteiten waarbij leerlingen zelf een inbreng hebben en keuzes maken. Ze sluiten aan bij de initiatieven en interesses van de leerling. Je kunt hierbij denken aan spel en tekenen, zonder dat jij als leerkracht hier doelen aan verbindt (Jellesma et al., 2022).
Spel
Spel biedt veel aanknopingspunten voor schrijf- en leesactiviteiten. Zoek naar kansen om schrijf- en leesactiviteiten aan het spel toe te voegen. Het is wel van belang je hierbij te realiseren dat het toevoegen van schrijfmaterialen en boeken aan spel alleen leerlingen niet voldoende zal motiveren om te schrijven en te lezen. Het is van belang dat je bewust activiteiten plant en uitwerkt, om zo schrijven en lezen uit te lokken bij leerlingen. Sta in je voorbereiding stil bij de volgende vragen: Hoe wordt geschreven taal doorgaans ingezet in deze situatie? En hoe kan ik dit vertalen naar het spel van mijn leerlingen? De volgende stap is het kiezen van de materialen die je aan gaat bieden (Gerde et al., 2012).
In het tweede artikel van deze reeks las je over Adam en Tess die in de dierenartsenpraktijk spelen. In de voorbereiding stel je jezelf de vraag: In welke vormen zie je geschreven taal in de dagelijkse situatie terug in de praktijk? Mogelijkheden hiervoor zijn bijvoorbeeld:
- de naam van de dierenartspraktijk op de gevel en op de brievenbus;
- het huisnummer bij de deur;
- bordjes voor de verschillende ruimtes: wachtkamer, receptie, behandelkamer;
- recepten;
- facturen;
- folders over verschillende onderwerpen, zoals vlooien bij katten en honden;
- doosjes waarop staat: pleisters, medicijnen, handschoenen, naalden etc.;
- namen van de dieren die in hokken moeten verblijven tijdens hun herstel;
- afsprakenkaart;
- patiëntendossiers.
Deze ideeën lenen zich goed om te vertalen naar het spel van leerlingen. Bedenk wat de leerlingen nodig hebben om bijvoorbeeld folders of een dossier te maken. Voorzie de leerlingen ook van voorbeelden van geschreven taal dat past bij een dierenartsenpraktijk. Gerde et al. (2016) raden aan om foto’s te maken van gebouwen en bedrijven in de directe omgeving, waarbij de naam zichtbaar is. Doordat leerlingen de dierenartsenpraktijk herkennen, is de kans groter dat ze het zullen opnemen in hun spel.
Tekenen
Door middel van tekeningen vertellen kinderen een verhaal. Kinderen kunnen hun creativiteit en expressie kwijt (Schulze, 2016). Een tekening geeft leerlingen een aanleiding om over te schrijven en leent zich daarmee goed als startpunt. Het kan ondersteunend zijn als je de leerling eerst laat vertellen over de tekening, bijvoorbeeld in duo’s, om daarna te gaan schrijven. Het helpt een leerling om eerst ideeën en gedachten onder woorden te brengen, zodat het daarna opgeschreven kan worden.
Er moet onderscheid gemaakt worden tussen tekenen in het kader van spontaan spellen en een taaltekening. In beide gevallen kunnen leerlingen iets tekenen over eigen ervaringen, maar het verschil zit in wie de tekst schrijft. Bij spontaan spellen doen leerlingen dit zelf, met of zonder begeleiding van de leerkracht, met als doel nadenken over geschreven taal en de klanken die je hoort. Als er een taaltekening wordt gemaakt, schrijf je als leerkracht een tekst bij de tekening van de leerling, met als doel het stimuleren van de tekenvaardigheid en taalontwikkeling (Visch, 2021).
Spontaan spellen en tekenen- uitvoering
Zodra een tekening af is, nodig je een leerling uit om jou te vertellen waar de tekening over gaat. Je kunt indien nodig de leerling een aantal vragen stellen, zoals: Waar was je? Wie waren erbij? Wat gebeurde er (toen)? Nodig de leerling daarna uit om in een of enkele zinnen iets te vertellen over de tekening. Daarna schrijft de leerling die zin op (MacKenzie & Veresov, 2013).
Je ondersteunt het proces van spontaan spellen door aan te sluiten bij wat de leerling al kan en weet. Bespreek bijvoorbeeld samen waar op het papier je begint met schrijven. Binnen de ondersteuning pas je ook de werkwijze van ‘moedige spellers’ toe, zoals beschreven in het derde artikel van deze reeks.
Spontaan spellen is goed te verweven in de dagelijkse praktijk. Laat jonge kinderen dagelijks schrijven. Kijk om je heen en zoek naar mogelijkheden om spontaan te spellen. Zo leg je met spontaan spellen de basis voor geletterdheid (Gentry, 2017).
Literatuur
- Bertu, M. & Leenders, Y. (2024). Klassenmanagement in een kleutergroep. Het balanceren tussen structuur en uitdaging. Pica.
- Gentry, J.R. (2017, 30 maart). Landmark Study finds Better Path to Reading Success. Psychology Today. Geraadpleegd op 9 januari 2024, van https://www.psychologytoday.com/us/blog/raising-readers-writers-and-spellers/201703/landmark-study-finds-better-path-readingsuccess.
- Gerde, H.K., Bingham, G.E., & Wasik, B.A. (2012). Writing in Early Childhood Classrooms: Guidance for Best Practices. Early Childhood Education Journal, 40(6):351-59.
- Gerde, H.K., Goetsch, M.E., & Bingham, G.E. (2016). Using print in the environment to promote early writing. The Reading Teacher, 70(3):283-293. https://doi.org/10.1002/trtr.1508.
- Haeger, I. (2023). Implementing Authentic Literacy Centers in a Kindergarten Classroom. School of Education and Leadership. Student Capstone Projects. 914. https://digitalcommons.hamline.edu/hse_cp/914
- Heimerman, J.M.M. (2016). Writer’s Workshop in Preschool: The Effects of Introducing Writer’s Workshop for 5 Year-olds on Stamina, Emergent Writing Skills and Writing Enjoyment [Research Project, Viterbo University]. Geraadpleegd op 17 oktober 2023, van http://jillmmheimerman.weebly.com/uploads/7/9/4/2/79429576/may_14_heimerman__final_research.pdf.
- Jellesma, G., Rottenberg, F., Van Gurp, M., & Winsemius, M. (2022, 1 oktober). Vroeg leren funest voor ontwikkeling jong kind. Algemeen Dagblad. Geraadpleegd op 9 november 2023, van https://www.ad.nl/opinie/vroeg-leren-funest-voor-ontwikkeling-jong-kind~af47eb97/.
- Mackenzie, N., & Veresov, N. (2013). How Drawing can Support Writing Acquisition: Text Construction in Early Writing from a Vygotskian Perspective. Australian Journal Of Early Childhood, 38(4):22-29. https://doi.org/10.1177/183693911303800404.
- Quinn, M.F., Gerde, H.K., & Bingham, G.E. (2016). Help me where I am: scaffolding writing in preschool classrooms. The Reading Teacher, 70(3):353-357. https://doi.org/10.1002/trtr.1512.
- Schulze, A.C. (2016). Helping children become readers through writing. A guide to writing workshop in kindergarten. International Reading Association.
- Stover, E. (2011). Writer’s Workshop in Kindergarten: A Study of Writing Mechanics, Attitudes, and Behaviors (Master’s Theses). Geraadpleegd op 13 oktober 2023, van https://soar.suny.edu/bitstream/handle/20.500.12648/5831/ehd_theses/61/fulltext%20(1).pdf.
- Taelman, H. (2015, 13 december). Aandacht voor letters en klankbewustzijn: mag het of mag het niet? Geraadpleegd op 14 oktober 2023, van https://kleutergewijs.wordpress.com/2015/12/13/aandacht-voorletters-en-klankbewustzijn-mag-het-of-niet/.
- Visch, L. (2021). Praten over taaltekeningen. HJK, (2), 24-27.
- Zurcher, M.A. (2018). Instructing preschool writers: Interactive Writing and the writing Workshop - ProQuest. Geraadpleegd op 1 oktober 2023, van https://www.proquest.com/docview/2160661816 .