Welke onderwijsvormen bevorderen zelfsturend leren onder entreestudenten?
Geplaatst op 27 september 2021
Docenten kunnen zelfsturend leren onder mbo-studenten bevorderen. Dat kan door studenten de praktische relevantie van het leren duidelijk te maken en door reflectie te stimuleren. Daarnaast kunnen docenten zelfsturende vaardigheden onder studenten verhogen door directe instructie te combineren met het geven van advies. Mbo-studenten niveau 1 (entreestudenten) en niveau 2 lijken meer moeite met zelfsturend leren te hebben dan mbo-studenten niveau 3 en 4.
Klassikaal onderwijs komt nog regelmatig voor in de eerste twee niveaus van het mbo-onderwijs, vooral in de entreeopleiding (niveau 1). Veel docenten hebben de wens dat de studenten zelf op een actieve manier bewust keuzes maken, onder andere in welke richting ze zich willen ontwikkelen. Het bevorderen van deze vorm van zelfsturing is mogelijk door studenten inzicht te bieden in de praktische relevantie van het leren en reflectie te stimuleren. En door het geven van instructie en advies.
Inzicht in de praktische relevantie door begeleiding van kleine groepen
Als studenten de praktische relevantie van het leren gaan inzien, bevordert dat de zelfsturing. Wat werkt is wanneer de docent kleine groepen in een probleemgestuurde setting begeleidt. De studenten zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces, doordat ze samen actief aan de slag gaan en samen een probleem analyseren of oplossen. Tijdens dit probleemgestuurde leren is het noodzakelijk een expliciete link tussen theorie en praktijk te leggen. Studenten met een meer praktische achtergrond lijken het moeilijker te vinden om een eigen actieplan te maken en zelfsturend te gaan werken. Meer begeleiding van de docent bij deze groep is wenselijk.
Begeleide reflectie met ondersteuning door peers
Als de docent reflectie bij studenten stimuleert, eventueel ondersteund door peer support, is dat bevorderlijk voor zelfsturing. Op die manier draagt reflectie bij aan de betekenisgeving van de leerervaring. De student wordt daarnaast meer verantwoordelijk voor wat hij of zij wil leren. Oudere studenten hebben een hogere mate van zelfsturing dan jongere studenten. Het kost tijd voordat studenten zich zelfsturend leren hebben eigen gemaakt.
Juist reflectief leren maakt zelfregulerend leren mogelijk. Reflectie op leer- en werkervaringen met trainers, peers en docenten daagt studenten uit om hun ervaringen systematisch toe te lichten en uit te leggen. Peersupport kan hierbij ondersteunend zijn. Hierbij krijgen studenten ondersteuning van gelijkgestemden, waarbij ze leren eisen te stellen aan hun eigen werk. Ze leren waar te nemen, samen te vatten en conclusies te trekken, gegevens te kiezen en te ordenen, feiten van meningen te onderscheiden en samen te werken.
Combinatie van directe instructie en advies
Het geven van een goede instructie en advies door de docent kan zelfsturende vaardigheden onder studenten bevorderen. Studenten worden dan gestimuleerd met hun eigen inhoud te gaan werken. Vooral mbo-studenten op niveau 1, maar ook die op niveau 2, willen liever een instructie lezen dan iets uitproberen. Dit in tegenstelling tot studenten in de hogere niveaus. Ook zijn studenten niveau 1 en 2 minder in staat zelfstandig te werken. Ze hebben meer gedetailleerde instructie nodig en ze hebben een grotere behoefte aan duidelijke opdrachten. Om ervoor te zorgen dat deze studenten actief aan de slag gaan en hun eigen leerproces kunnen sturen, zal de docent hen intensiever moeten begeleiden. Bijvoorbeeld door het geven van advies in plaats van sec feedback.
Uitgebreide beantwoording
Opgesteld door: Maurice de Greef (Kennismakelaar Kennisrotonde)
Vraagsteller: Docent
Vraag
Welke onderwijsvormen bevorderen zelfsturend leren onder entreestudenten?
Kort antwoord
Docenten kunnen zelfsturend leren onder mbo-studenten bevorderen. Dit geldt voor studenten van alle niveaus, hoewel Mbo-studenten Niveau 1 (entreestudenten) en Niveau 2 hier meer moeite mee lijken te hebben dan Mbo-studenten Niveau 3 en 4. Dit kan de docent doen door ervoor te zorgen, dat de praktische relevantie van het leren duidelijk wordt, door reflectie te bevorderen en door studenten te begeleiden met instructie en advies. Inzicht in de praktische relevantie kan de docent stimuleren door kleine groepen studenten in een probleemgestuurde setting te begeleiden. Ten tweede kan zelfsturing toenemen als studenten uitgedaagd worden om samen met trainers, peers en docenten hun leer-en werkervaringen systematisch toe te lichten en uit te leggen. Ten slotte kunnen docenten zelfsturende vaardigheden onder studenten bevorderen door directe instructie te combineren met het geven van advies.
Toelichting antwoord
Klassikaal onderwijs is een onderwijsvorm die nog vrij regelmatig voorkomt in de eerste twee niveaus van het Mbo-onderwijs, vooral in de entreeopleiding (Niveau 1). Veel docenten hebben echter de wens, dat de studenten zelf op een actieve manier bewust keuzes maken, onder andere in welke richting ze zich willen ontwikkelen. De vraag is dan welke onderwijsvormen ingezet kunnen worden om zelfsturing en verantwoordelijkheid onder de studenten te stimuleren.
Verschillen in zelfsturing tussen niveaus
Minder vaardige Mbo-studenten lijken meer moeite te hebben met zelfsturing. Literatuuronderzoek naar zelfsturing in beroepsonderwijs laat zien, dat er verschillen zijn tussen studenten die minder vaardig zijn ten opzichte van meer vaardige studenten (Jossberger et al., 2010). Zo lijkt deze groep zichzelf minder zelfredzaam te vinden, minder intrinsieke interesses te hebben in leertaken en zich minder gericht doelen te stellen. Ze lijken ook eerder afgeleid te zijn door verschillende factoren en zich minder te concentreren en te focussen op hun leertaak en prestaties en dit minder goed te kunnen monitoren. Hierdoor hebben ze minder zicht op afwijkingen in het leren. Ook kunnen ze hun leerstrategie moeilijk aanpassen. Tevens lijkt zelfevaluatie lastiger te zijn, waardoor men minder kan sturen op verbetering van de leerprestatie (Jossberger et al., 2010). Vraag is hoe de docent het onderwijs kan organiseren, zodat ook voor deze Mbo-studenten (waaronder entreestudenten) zelfsturing mogelijk is.
Zelfsturing door praktische relevantie, reflectie en instructie en advies
Zelfsturing kan worden bevorderd door het bevorderen van inzicht in praktische relevantie van het leren, het stimuleren van reflectie en het geven van instructie en advies. Op basis van onderzoek onder meer dan 3500 vmbo-leerlingen en mbo-studenten wordt duidelijk, dat bij loopbaanoriëntatie en -begeleiding (waar de student leert om onder andere zelfsturend te zijn in zijn eigen loopbaan) het faciliteren van de loopbaandialoog in de praktijk en op school van belang is (Kuijpers et al., 2006). Hierbij moeten de ervaringen van studenten in en buiten school aan hun arbeids- en levensloopbaan gekoppeld worden. Volgens Kuijpers et al. (2006, p. 69) zijn hierbij drie zaken belangrijk, namelijk het bevorderen van transfer, reflectie en participatie aan het leerproces op een vraaggerichte manier. Dit kan onder andere worden gestimuleerd door het aanleren van leerstrategieën.
Volgens een literatuurstudie van Van der Vegt (2021) zijn deze leerstrategieën noodzakelijk om de zelfsturing te motiveren. Daar ligt een belangrijke rol voor de docent. Deze kan bevorderen dat de praktische relevantie van het leren duidelijk wordt, reflectie wordt bevorderd en studenten begeleid worden door instructie en advies. Deze drie factoren kunnen het zelf actief leren van studenten en de zelfsturing bevorderen. Zo blijkt ook uit onderzoek (Kostons et al., 2014).
Aangezien er weinig specifiek onderzoek is gedaan naar de beïnvloedende factoren van zelfsturing onder mbo-studenten Niveau 1 en 2 zijn ook de onderzoekresultaten van beïnvloedende factoren voor mbo-studenten op de hogere niveaus voor het antwoord op deze vraag van de Kennisrotonde geanalyseerd.
Praktische relevantie door praktische begeleiding van kleine groepen
Zelfsturing wordt bevorderd doordat studenten de praktische relevantie van het leren gaan inzien, waarbij de docent kleine groepen in een probleemgestuurde setting begeleidt. Onderzoek onder 485 studenten verpleegkunde toont aan, dat studenten die ervaring hebben in een leeromgeving die een leerlinggerichte benadering hanteert hoger scoren op zelfsturend leren (Yuan et al, 2012). Voorbeelden hiervan zijn leren in kleine groepen of probleemgestuurd leren. De leerlingen zijn verantwoordelijk voor hun eigen leerproces, doordat ze samen actief aan de slag gaan en samen een probleem analyseren of oplossen. Tijdens dit probleemgestuurde leren is het noodzakelijk een expliciete link tussen theorie en praktijk te leggen.
Wel wordt duidelijk op basis van onderzoek onder 53 coördinatoren en 200 studenten van beroepsopleidingen, dat studenten met een meer praktische achtergrond in beroepsonderwijs het moeilijker vonden om een eigen actieplan te maken (en zelfsturend aan de slag te gaan) (De Bruijn en Leeman, 2011). Meer begeleiding van de docent bij deze groep is wenselijk.
Begeleide reflectie met ondersteuning door peer support
Als de docent op een kwalitatief goede wijze reflectie faciliteert en er eventueel ter ondersteuning peer support wordt aangeboden, is dat bevorderlijk voor zelfsturing. Op basis van de resultaten van het eerdergenoemde onderzoek van Yuan et al. (2012) onder studenten verpleegkunde wordt duidelijk, dat onder andere reflectie bijdraagt aan de betekenisgeving van de leerervaring. Door deze reflectie wordt de student daarnaast meer verantwoordelijk voor wat hij of zij wil leren. Wel wordt duidelijk, dat oudere studenten een hogere mate van zelfsturing hebben dan jongere studenten. Het kost tijd voordat studenten zich zelfsturend leren hebben eigen gemaakt. Onderzoek onder 200 Mbo-studenten bevestigt het belang van reflectie. De Bruijn en Leeman (2011) constateren dat juist reflectief leren belangrijk is en zelfregulerend leren mogelijk maakt.
Door reflectie op leer- en werkervaringen met trainers, peers en docenten worden studenten uitgedaagd om hun leer-en werkervaringen systematisch toe te lichten en uit te leggen (De Bruijn en Leeman, 2011). Peer support kan hierbij ondersteunend zijn. Resultaten van onderzoek onder 110 mbo-studenten tonen aan, dat peer support zelfsturing kan bevorderen (Petit et al., 2013). Hierbij krijgen studenten ondersteuning van gelijkgestemden die geen docenten zijn, waarbij ze leren eisen te stellen aan eigen werk, waar te nemen, te samenvatten en conclusies te trekken, gegevens te kiezen en te ordenen, feiten van meningen te onderscheiden en samen te werken (Kennisrotonde, 2020).
Belang van instructie en advies
Door het geven van een goede instructie en advies kan een docent ervoor zorgen, dat zelfsturende vaardigheden onder studenten worden bevorderd en dat ze met hun eigen inhoud aan de slag gaan. Onderzoek van Groeneveld en Van Steensel (2009) laat zien, dat met name Mbo-studenten op niveau 1, maar ook op Niveau 2 eerder een instructie willen lezen dan iets uitproberen in vergelijking met de hogere niveaus. Ook blijken Mbo-studenten op Niveau 1 en 2 minder zelfstandig te kunnen werken, meer gedetailleerde instructie nodig te hebben en een grotere behoefte aan duidelijke opdrachten en instructie van docenten te hebben. Om ervoor te zorgen, dat deze studenten toch actief aan de slag gaan en hun eigen leerproces kunnen sturen, zal de docent hen intensiever moeten begeleiden bijvoorbeeld door het geven van advies in plaats van sec feedback.
Experimenteel onderzoek van Kicken et al. (2009) onder een kleine groep eerstejaars Mbo-studenten laat zien, dat als de docent tijdens supervisiebijeenkomsten niet alleen feedback geeft, maar ook advies geeft op basis van een portfolio, dat studenten beter hun leerbehoeften kunnen formuleren, meer certificaten behalen, meer geschikte leertaken selecteren en meer praktische opdrachten afmaken.
Geraadpleegde bronnen
- De Bruijn, E. & Leeman, Y. (2011). Authentic and self-directed learning in vocational education: Challenges to vocational educators. Teacher and Teacher Education, 27, p. 694-702.
- Jossberger, H., Brand-Gruwel, S., Boshuizen, H. & Van de Wiel, M. (2010). The Challenge of self-directed and self-regulated learning in vocational education: a theoretical analysis and synthesis of requirements. Journal of Vocational Education and Training, 62(4), p. 415-440.
- Groeneveld, M.J. & Van Steensel, K. (2009). Kenmerkend mbo: Een vergelijkend onderzoek naar de kenmerken van mbo-leerlingen, vmbo-leerlingen en de generatie Einstein. Hilversum: Hiteq.
- Kennisrotonde. (2020). Met welke lesmethoden (en eventuele andere interventies) gericht op het verwerven van communicatieve vaardigheden (luistervaardigheden en regulerende vaardigheden) kunnen docenten het effectiefst bijdragen aan een betere communicatie in de beroepspraktijk?
- Kicken, W., Brand-Gruwel, S., Van Merriënboer, J.J.G. & Slot, W. (2009). The effects of portfolio-based advice on the development of self-directed learning skills in secondary vocational education. Educational Technology Research and Development 57, p. 439-460.
- Kostons, D., Donker, A.S. & Opdenakker, M.-C. (2014) Zelfgestuurd leren in de onderwijspraktijk. Groningen: GION.
- Kuijpers, M., Meijers, F. & Bakker, J. (2006). Krachtige loopbaangerichte leeromgevingen in het (v)mbo: Hoe werkt het? Driebergen: Het Platform Beroepsonderwijs.
- Petit, R., Thomsen, M. & Verheijen, E. (2013). Support voor peer support? ’s -Hertogenbosch: ECBO: Expertisecentrum Beroepsonderwijs.
- Van der Vegt, A. (2021). Zelfregulatie en eigenaarschap in het voortgezet onderwijs. Retrieved: 27-02-2021. www.onderwijskennis.nl.
- Yuan, H.B., Williams, B.A., Bo Fang, J., Pang, D. (2012). Chinese baccalaureate nursing students’ readiness for self-directed learning. Nurse Education Today, 32, p. 427-431.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Gerelateerd

Medilex Onderwijs


Wij-leren.nl Academie


oo.nl






























