Een gegeneraliseerde angststoornis (GAS) is een psychische aandoening waarbij een kind overmatige, aanhoudende zorgen ervaart over verschillende aspecten van het dagelijks leven. Dit kan gaan over schoolprestaties, sociale situaties, de gezondheid van familieleden of mogelijke gevaren. De zorgen zijn vaak buitensporig in verhouding tot de werkelijke kans dat iets misgaat en zijn moeilijk onder controle te houden.
Kinderen met GAS piekeren voortdurend en hebben moeite om hun gedachten te ontspannen. Ze vragen vaak om geruststelling en hebben moeite met onzekerheid en onverwachte veranderingen. Hierdoor kunnen ze zich extreem verantwoordelijk voelen voor situaties die buiten hun controle liggen. Naast emotionele stress ervaren kinderen met GAS vaak lichamelijke klachten, zoals buikpijn, hoofdpijn, spierspanning en vermoeidheid. Slaapproblemen komen ook regelmatig voor.
Deze voortdurende angst kan leiden tot concentratieproblemen, teruggetrokken gedrag en een laag zelfvertrouwen. Het vermijden van situaties die spanning oproepen kan de angst verder versterken. Ouders en leerkrachten kunnen bijdragen aan het verminderen van GAS door voorspelbaarheid te bieden en het kind te helpen angstige gedachten uit te dagen.
Behandelmethoden zoals cognitieve gedragstherapie (CGT) helpen kinderen om negatieve gedachtenpatronen te herkennen en om te buigen. Ook ontspanningstechnieken en exposure-oefeningen kunnen effectief zijn om het kind te leren omgaan met onzekerheid en controle los te laten. Een geduldige en steunende aanpak van ouders en leerkrachten is hierbij essentieel.
Laatst geactualiseerd op 31 januari 2025