Welke didactische aanpak is in het regulier basisonderwijs effectief om het begrijpend lezen van zwakbegaafde leerlingen te bevorderen?
Geplaatst op 28 juni 2021
Bij het begrijpend leesonderwijs aan zwakbegaafde leerlingen moeten leerkrachten zorgen voor een breed aanbod en voldoende leestijd. Ze geven systematische en expliciete instructie. De leerlingen krijgen veel gelegenheid om (begrijpend) lezen te oefenen. Effectieve instructieprincipes zijn feedback geven, positief bevestigen en belonen, en cumulatief toetsen. Ook ondersteuningskaarten kunnen deze leerlingen helpen bij het begrijpend lezen.
Zwakbegaafde leerlingen hebben een benedengemiddelde intelligentie (IQ tussen 70 en 85), die zorgt voor beperkingen in het geheugen en executieve functies. Executieve functies hebben onder meer betrekking op het wisselen tussen verschillende taken, het negeren van irrelevante informatie, probleemoplossend vermogen en planning. Er is een sterke relatie tussen begrijpend leesvaardigheid en intelligentie.
Geen afwijkende, maar vaak vertraagde ontwikkeling
Een groot deel van de zwakbegaafde leerlingen heeft moeite met begrijpend lezen. Maar er zijn ook zwakbegaafden die gemiddelde lees- en spellingresultaten behalen. De ontwikkeling van begrijpend lezen van zwakbegaafde leerlingen is bovendien niet afwijkend, maar veelal vertraagd vergeleken met groepsgenootjes die zich normaal ontwikkelen. Het begrijpend leesprofiel van zwakbegaafde leerlingen lijkt erg op het profiel van leerlingen die aan het begin van hun leesleerproces staan.
Zwakbegaafde leerlingen hebben intensieve begeleiding nodig
Leerlingen met een benedengemiddelde intelligentie hebben meer taalinstructie nodig. Om deze leerlingen te laten groeien in het lezen van informatieve teksten, moet er in de zaakvakken eveneens aandacht zijn voor begrijpend lezen. Voor leerlingen in het speciaal onderwijs is intensieve ondersteuning van het lezen in kleine groepen belangrijk gebleken. Bij deze leerlingen heeft lage intelligentie ook vaak invloed op het leren. Het is mogelijk dat ook in het reguliere onderwijs intensieve begeleiding essentieel is. De leerkracht doet er daarbij goed aan zowel aandacht te besteden aan de technische leeshandeling als aan begripsvaardigheden.
Aanbod, instructie en oefening
Zwakbegaafde leerlingen zijn gebaat bij een groot en structureel aanbod, systematische en expliciete instructie, en veel oefening in (begrijpend) lezen. Leerkrachten kunnen door hardop te denken laten zien wat er door hun hoofd gaat als ze een tekst lezen. Bij fouten van de leerling geeft de leerkracht duidelijk aan welke fout de leerling heeft gemaakt. Als het lezen goed gaat, is positief bevestigen en belonen van belang. Zowel de instructie als de feedback die de leerkracht geeft, liggen net boven het niveau van de leerling. De leerkracht biedt de leerling daarmee als het ware een opstapje naar het volgende kennisniveau. Cumulatieve toetsen (over de nieuwe en de daaraan voorafgaande stof) maken duidelijk of de kennis en vaardigheden van de leerling zijn toegenomen.
Ondersteuningskaarten met daarop bepaalde leesstrategieën kunnen eveneens werken. Vooral om leerlingen zich ervan bewust te maken dat ze niet zomaar moeten doorgaan met lezen van een tekst als ze een woord niet begrijpen. Met deze kaarten leren ze hulp vragen of kunnen ze zelfstandig proberen om achter de betekenis van het woord te komen.
Een andere mogelijke didactische aanpak is het versterken van het leesbegrip door expliciete instructie te geven over verhaalstructuren. Verder kunnen leerlingen van elkaar leren, bijvoorbeeld door opdrachten in tweetallen of kleine groepjes te maken.
Uitgebreide beantwoording
Opgesteld door: Judith Stoep (antwoordspecialist) en Martine Gijsel (kennismakelaar)
Vraagsteller: intern begeleider
Vraag
Welke didactische aanpak is in het regulier basisonderwijs effectief om het begrijpend lezen van zwakbegaafde leerlingen te bevorderen?
Kort antwoord
Zwakbegaafde leerlingen hebben een benedengemiddelde intelligentie die zorgt voor beperkingen in het geheugen en executieve functies. Hun ontwikkeling van begrijpend leesvaardigheid is niet zozeer afwijkend, maar wel vertraagd ten opzichte van die van kinderen die zich normaal ontwikkelen. Bij het begrijpend leesonderwijs aan zwakbegaafde leerlingen zouden leerkrachten moeten zorgen voor voldoende effectieve leestijd en aan meerdere componenten van leesvaardigheid tegelijk moeten werken.
Expliciet modelen en scaffolden, correctieve feedback, positief bevestigen en belonen en cumulatief toetsen zijn effectieve instructieprincipes. Ook de inzet van ondersteuningskaarten zou leerlingen kunnen helpen bij het begrijpend lezen. Tot slot blijkt expliciete instructie over verhaalstructuren en het samen leren in kleine groepjes of tweetallen effectief. Zaakvakgericht leesonderwijs kan het lezen van informatieve teksten bevorderen.
Toelichting antwoord
Zwakbegaafde leerlingen
Leerlingen met een benedengemiddelde intelligentie (IQ tussen 70 en 85), ook wel minder begaafd of zwakbegaafd genoemd, vormen een zeer gevarieerde groep. De oorzaken van de zwakbegaafdheid kunnen genetisch zijn, al dan niet gerelateerd aan een syndroom, of verworven, bijvoorbeeld een hersenbeschadiging na een verkeersongeval of complicaties bij de zwangerschap of geboorte (Schipper, 2014). In 2014 werd het aantal zwakbegaafde personen in Nederland geschat op 2,2 miljoen (Woittiez, et al., 2014); dat aantal komt overeen met internationale schattingen (Greenspan, 2017). Er is dus een aanzienlijke groep leerlingen die tot deze groep gerekend kan worden (Peltopuro et al., 2014). Desalniettemin is er in de wetenschappelijke literatuur weinig aandacht voor deze doelgroep (Fernell, 2010).
Belemmeringen bij het begrijpend lezen
Een benedengemiddelde intelligentie veroorzaakt vaak achterstanden op het vlak van geheugen en executieve functies. Executieve functies hebben onder andere betrekking op het wisselen tussen verschillende taken (flexibiliteit), het negeren van irrelevante informatie (inhibitie), het probleemoplossend vermogen en planning (Peltopuro et al., 2014). Er is een sterke relatie tussen begrijpend leesvaardigheid en intelligentie (zie Kennisrotonde, 2018b). Toch is er in de groep zwakbegaafden grote individuele variatie in de mate van leesbegrip (Di Blasi et al., 2019). Een deel van de zwakbegaafden heeft moeite met begrijpend lezen, maar er zijn ook zwakbegaafden die gemiddelde lees- en spellingresultaten behalen (Kortteinen et al., 2009).
De ontwikkeling van begrijpend lezen van leerlingen met een verstandelijke beperking is bovendien niet zozeer afwijkend, maar wel vertraagd ten opzichte van groepsgenootjes die zich normaal ontwikkelen. Dat blijkt uit onderzoek van Van Wingerden en collega’s (2017). In hun onderzoek bleek dat het begrijpend leesprofiel van de licht verstandelijk beperkte leerlingen en de zwakbegaafden erg leek op het leesprofiel van leerlingen die aan het begin staan van hun leesleerproces.
Uitdagingen in het leesonderwijs aan zwakbegaafde leerlingen
Aan het leesonderwijs aan zwakbegaafde leerlingen zijn verschillende uitdagingen verbonden. Leerlingen met een benedengemiddelde intelligentie hebben baat bij meer taalinstructie (Bouck & Satsangi, 2015). Om zwakbegaafde leerlingen beter te laten worden in het lezen van informatieve teksten, zou er ook in de zaakvakken aandacht moeten zijn voor begrijpend lezen (Vaughn et al., 2013). In een eerder antwoord van de Kennisrotonde (2018a) werd al uitgelegd dat het voor leerlingen in het speciaal onderwijs, bij wie ook vaak een lage intelligentie een beïnvloedende factor in het leren is, belangrijk is dat zij intensieve ondersteuning van het lezen krijgen in kleine groepen met een getrainde begeleider. Daarbij is het belangrijk om zowel aandacht te besteden aan de technische leeshandeling als aan begripsvaardigheden (Van Wingerden et al., 2018).
Begrijpend leesinstructie aan zwakbegaafde leerlingen
Uit een overzicht van evidence-based technieken voor begrijpend leesinstructie aan leerlingen met een IQ lager dan 70 (zie Kennisrotonde, 2018c) blijkt dat deze leerlingen gebaat zijn bij een groot en structureel aanbod, systematische en expliciete instructie en veelvuldige oefening in (begrijpend) lezen (Allor et al., 2010): Leerkrachten kunnen door middel van hardop denken laten zien wat er door hun hoofd gaat als ze een tekst lezen (expliciet modelleren). Bij fouten van de leerling dient de leerkracht duidelijk aan te geven welke fout de leerling heeft gemaakt (correctieve feedback), maar als het lezen goed gaat is positief bevestigen en belonen van belang.
Zowel de instructie als de feedback die wordt geboden dienen net boven het niveau van de leerling te liggen. De leerkracht biedt de leerling daarmee als het ware een opstapje naar het volgende kennisniveau (scaffolding). Cumulatieve toetsen (over de nieuwe stof én de daaraan voorafgaande stof) maken duidelijk of de kennis en vaardigheden van de leerling zijn toegenomen.
Ook de inzet van ondersteuningskaarten met daarop bepaalde leesstrategieën zou effectief kunnen zijn; met name om leerlingen ervan bewust te maken dat ze niet zomaar zouden moeten doorgaan met het lezen van een tekst wanneer ze een woord niet begrijpen, maar dat ze hulp kunnen vragen of zelfstandig kunnen proberen om achter de betekenis van het woord te komen. Dit concludeerde Van der Laan (2006) op basis van een try-out van materialen bij een zeer kleine groep leerlingen op een zml-school.
Tot slot laat een onderzoek van Shelton en collega’s (2019) zien dat het voor leerlingen met een IQ lager dan 89 belangrijk is dat leerkrachten het verhaalbegrip versterken door expliciete instructie te geven over verhaalstructuren. Ook kunnen leerlingen van elkaar leren, bijvoorbeeld door opdrachten in tweetalen of kleine groepjes te maken (Shelton et al., 2019).
Geraadpleegde bronnen
- Allor, J. H., Champlin, T. M., Gifford, D. B., & Mathes, P. G. (2010). Methods for increasing the intensity of reading instruction for students with intellectual disabilities. Education and Training in Autism and Developmental Disabilities, 45, 500-511.
- Bouck, E.C., & Satsangi, R. (2015). Is there really a difference? Distinguishing mild intellectual disability from similar disability categories. Education and Training in Autism and Developmental Disabilities, 50, 186–198.
- Di Blasi, F. D., Buono, S., Cantagallo, C., Di Filippo, G., & Zoccolotti, P. (2019). Reading skills in children with mild to borderline intellectual disability: a crossâ€ÂÂÂÂÂÂÂÂÂÂÂÂÂsectional study on second to eighth graders. Journal of Intellectual Disability Research, 63(8), 1023-1040.
- Fernell, E., & Ek, U. (2010). Borderline intellectual functioning in children and adolescents–insufficiently recognized difficulties. Acta Paediatrica, 99(5), 748-753.
- Greenspan, S. (2017). Borderline intellectual functioning: an update. Current Opinion in Psychiatry, 30(2), 113-122.
- Kennisrotonde (2018a). Wat is effectief leesonderwijs voor leerlingen in de groepen 3-8 van het sbo met lees- en leerachterstanden en gedragsproblematiek? (KR.336). Kennisrotonde.
- Kennisrotonde (2018b). Wat is er bekend over de relatie tussen intelligentie en prestaties op methodeonafhankelijke toetsen voor begrijpend lezen in groep 5-8? (KR.386). Kennisrotonde.
- Kennisrotonde. (2018c). Wat zijn effectieve manieren om zeer moeilijk lerende kinderen begrijpend lezen te leren? (KR. 334). Kennisrotonde. NRO.
- Kortteinen, H., Närhi, V., & Ahonen, T. (2009). Does IQ matter in adolescents’ reading disability? Learning and Individual Differences, 19(2), 257–261.
- Peltopuro, M., Ahonen, T., Kaartinen, J., Seppälä, H., & Närhi, V. (2014). Borderline intellectual functioning: a systematic literature review. Intellectual and Developmental Disabilities, 52(6), 419-443.
- Schipper, K. (2014). Mensen met een verstandelijke beperking. De feiten op een rij. Nederlands Tijdschrift Geneeskunde, 158: B1105.
- Shelton, A., Wexler, J., Sivlerman, R. D., & Stapleton, L. M. (2019). A Synthesis of Reading Comprehension Interventions for Persons With Mild Intellectual Disability. Review of Educational Research, 89, 612-651.
- Van der Laan (2006). Leren lezen en begrijpen: een verkenning naar leesonderwijs in het ZML. Stichting Leerplanontwikkeling.
- Van Wingerden, E., Segers, E., Van Balkom, H., & Verhoeven, L. (2017). Foundations of reading comprehension in children with intellectual disabilities. Research in Developmental Disabilities, 60, 211-222.
- Van Wingerden, E., Segers, E., Van Balkom, H., & Verhoeven, L. (2018). Cognitive constraints on the simple view of reading: A longitudinal study in children with intellectual disabilities. Scientific Studies of Reading, 22, 321–334.
- Vaughn, S., Swanson, E.A., Roberts, G., Wanzek, J., Stillman-Spisak, S.J., Solis, M., & Simmons, D. (2013). Improving reading comprehension and social studies knowledge in middle school. Reading Research Quarterly, 48, 77–93.
- Woittiez, I., Putman, L., Eggink, E., & Ras, M. (2014). Zorg beter begrepen. Verklaringen voor de groeiende vraag naar zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Sociaal en Cultureel Planbureau.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!
Gerelateerd

ANWB


Wij-leren.nl Academie


























