Kijk ook eens bij ons begeleidingsaanbod voor schoolontwikkeling!

Het gebruik van snelle tekeningen in communicaties (3)

Buijks, J. (2025). Het gebruik van snelle tekeningen in communicaties (3).
Geraadpleegd op 13-07-2025,
van https://wij-leren.nl/snelle_tekeningen_deel3_nog_meer_voordelen_Buijks.php
Geplaatst op 19 juni 2025
Laatst bewerkt op 1 juli 2025
Snelle tekeningen

Onderwijs geven is niet alleen een op leerlingen gerichte instructietaak. De leerkracht heeft ook de constante opgave om te communiceren met de kinderen zelf en met uiteenlopende doelgroepen rondom het kind, zoals ouders, collega’s en interne en externe specialisten. Er is constant overleg nodig om zaken te verduidelijken, te informeren, te structureren, te adviseren, te interveniëren of te begeleiden. Veelal verlopen deze communicaties mondeling, dus auditief en verbaal. Maar hoe verhelderend kan een grafisch visueel beeld van een eenvoudige tekening zijn, gaandeweg het gesprek of de instructie. Een snelle schets, tijdens overleg of uitleg, om de essentie van een boodschap over te brengen of gesproken/geschreven informatie concreter en meer (be)grijpbaar te maken.

Er is gelukkig steeds meer aandacht en acceptatie voor visualisering van communicaties. Bezie deze artikelenreeks (3 delen) als een stimulerende denkoefening, om overleg te verrijken met tekeningen, die in een mum van tijd op papier of bord staan.


Dit artikel is onderdeel van een serie van drie artikelen:

  1. Voordelen van snelle tekeningen in communicaties - deel 1. Overzicht van geraadpleegde bronnen. 
  2. Voorbeelden van snelle tekeningen in communicaties: de lijn, het treintje, het huis.  
  3. Vervolg voorbeelden van snelle tekeningen in communicaties: de weegschaal,  de balansmeter, stokmannetjes

Deel 3. Nog meer voorbeelden van snelle tekeningen in communicaties

De weegschaal met 2 lijnen

Om de ontwikkeling naar een nieuwe balans te visualiseren kan een eenvoudige weegschaal getekend worden met slechts twee lijnen. Kinderen kunnen behoorlijk uit balans raken bij problemen of beperkingen in hun ontwikkeling of door onvoldoende begrip en medeleven vanuit de leerkrachten/ouders.

Een kind met een spraaktaalstoornis heeft bijvoorbeeld een beperking in het verbale functioneren, maar kan tegelijkertijd op het performale vlak een gemiddeld of hoger niveau hebben. Met passende hulp kan de onbalans opgeheven, verminderd of hersteld worden, kan de balans alsnog opgebouwd worden of wordt er begrip en inzicht ontwikkeld voor de bemoeilijkte situatie van een kind. 

Bij kinderen met een taalstoornis is er een grote discrepantie tussen het verbale en performale functioneren, het kind kan hierdoor ernstig uit balans zijn. De horizontale lijn van de weegschaal raakt sterk in een scheve stand: te weinig verbale vermogens (minder gewicht) ten opzichte van de performale (meer gewicht).

De opdracht en het streven van het onderwijs is het kind sterker maken in taal en communicatie. Het doel is de bovenste lijn meer horizontaal en in evenwicht krijgen. 

Bij een hardnekkige problematiek is volledige balans misschien nooit te bereiken, er zal altijd enige scheefte blijven, bijvoorbeeld blijvende moeizame uitdrukkingsvaardigheid. De lijn van verbaal functioneren wijkt of beweegt dan nog steeds teveel naar boven, er is te weinig gewicht op het verbale vlak. Dit gegeven kan dan als geaccepteerd en gekend uitgangspunt dienen voor het passende onderwijs wat nodig is.
Maar een achterstand kan ook ingehaald worden, de lijn wordt horizontaler: er komt meer balans in performaal en verbaal functioneren, ook het welbevinden komt dan meer in evenwicht. Interessant is, dat de performale potenties helpend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de verbale kant. Het is dus waardevol om de performale kant ook sterker te maken, waardoor de horizontale lijn makkelijker in evenwicht kan komen.

Een soortgelijke verhouding is te zien, als de horizontale lijn het technisch en begrijpend lezen uitbeeldt. Een volwaardige leesontwikkeling komt het best tot uiting, als beide leesaspecten gelijkelijk groeien. Kinderen met b.v. een NT2 achtergrond lezen technisch dikwijls veel beter (meer gewicht op TL) dan wat ze van een gelezen tekst begrijpen (minder gewicht op BL). Als een dergelijke onevenwichtigheid wordt geconstateerd, is een bepaalde aanpak nodig, om het leesbegrip te verbeteren, waardoor de onbalans tussen technisch lezen en begrijpend lezen kan verbeteren. Dit is zichtbaar te maken in de weegschaal met 2 lijnen en gelijk is dan de opdracht van de leerkracht duidelijk in welke richting er gewerkt moet worden en met welke doelen.

Kentalis geeft een andere invulling aan de visualisatie met een weegschaal: het betreft kinderen met hoorproblemen, die danig uit balans kunnen raken. Met de weegschaal wordt niet alleen de diagnose van problemen in beeld gebracht, maar ook het proces en het resultaat van behandelingen om meer balans te realiseren.

De balansmeter met 3 pijlen

De mate van mentale balans heeft invloed op het totale psychische, cognitieve en fysieke leven. Hoe beter je in balans bent, hoe gezonder en gelukkiger je kunt zijn, er is dan meer zelfvertrouwen, veerkracht en sociale vaardigheid. Hoe meer onbalans er is, hoe onaangenamer het leven kan zijn en hoe kwetsbaarder je kunt zijn. De balans van draaglast en draagkracht of de min- en pluskanten van sociaal, emotioneel, cognitief of communicatief functioneren kunnen met drie simpele pijlen gevisualiseerd worden in een soort balansmeter.
De middelste pijl, die min of meer gesitueerd is in de bovenste linie, geeft een equilibrerend evenwicht aan, het is normaal dat daar wat beweging in zit. De linker pijl illustreert dat er van een bepaalde vaardigheid te weinig is, de rechter pijl geeft aan dat er te veel is van bepaald gedrag. Met deze eenvoudige opzet van 3 pijlen is niet alleen inzicht in de status duidelijk te maken, maar ook de voortgang of achteruitgang en de beweging naar een volgende of vorige ontwikkelingsfase.

     

De onbalans bij een kind met taalproblemen en (selectief) mutisme b.v. is met de balansmeter duidelijk aan te geven.
Het kind met mutisme is gestart met verstild zwijgen en is van lieverlee uit zijn schulp gekropen, zoekende naar een sterkere balans. In de stille periode voelde het kind zich te onzeker om luidop te communiceren, omdat hij onvoldoende spraaktaalvermogen tot zijn beschikking had. De pijl van de balansmeter zit dan in het linkervak, hoe ernstiger en langer de zwijgende fase duurt, hoe verder de pijl naar links beneden tendeert. Op een dergelijk moment is een handelingsplan nodig, om losmakende en ruimtebiedende communicatie-interventies aan te bieden, zodat het kind langzaamaan tot spreken kan komen. Naarmate het kind meer verbale uitingen durft te maken, gaat de pijl in het linkervak al wat omhoog.
Is het kind eenmaal over zijn spreekangst heen, dan zie je dikwijls een ‘doorschieten’ van de pijl naar rechts: het kind maakt een periode door van overdreven hard praten of ongepast interrumperen. Hij kent de communicatieregels nog niet en is onhandig in communiceren, maar hij is wel blij en uitgelaten, dat hij nu kan en durft te praten. Met de pijlentekening kun je ouders en leerkrachten geruststellen, dat dit overdreven gedrag een normale reactie is op een te lange ongelukkige periode van zwijgen.
Tot slot komt het kind in balans met groei van of herstel naar een meer evenwichtige manier van spreken, met grotere zelfzekerheid en meer communicatieve handigheid. De pijl beweegt zich nu min of meer schommelend in het midden.

Bij autistische kinderen met een verstoring in het sensorische systeem kan men gebruik maken van meerdere balansmeters, weggezet op verschillende vaardigheden van het kind.  
Bogdashina legt uit dat de waarneming van autistische kinderen op velerlei wijzen verstoord kan zijn. Een van de ongewone sensorische ervaringen is het onderscheid tussen hypergevoeligheid en hypogevoeligheid. ‘Onder hypergevoeligheid wordt een intense of verhoogde of zelfs buitensporig hoge gevoeligheid verstaan; hypogevoeligheid staat voor een gevoeligheid, die lager is dan normaal’. Op alle of een aantal sensorische kanalen van visueel, auditief, tactiel, olfactorisch, proprioceptief, vestibulair gebied kan de hyper- of hypometer te ver uitslaan en een onbalans visualiseren.
Bogdashina beschrijft voor elk sensorisch kanaal de belangrijkste kenmerken van hyperreactie en hyporeactie. Auditief hypogevoelig reageren b.v. uit zich in prikkelzoekend gedrag: op voorwerpen slaan, vibratie en herrie maken, harde geluiden maken of galmende ruimtes opzoeken. De balansmeter slaat naar rechts. Auditief hypergevoelig reageren uit zich in prikkelvermijdend gedrag: geluid en lawaai weren, de oren bedekken, licht slapen of angst hebben voor allerlei geluiden. De balansmeter slaat te ver door naar de linker kant. Met auditieve therapie of een aanpak van steeds verdere gewenning aan geluiden en spraak, kan het kind van lieverlee een nieuwe veiligere balans vinden in het reageren op auditieve prikkels. De balansmeter komt dan min of meer in het midden-boven uit.

Stokmannetjes

Het tekenen van mensfiguren is voor velen niet makkelijk, maar als het stokmannetjes mogen zijn, dan kan iedereen een menstekening maken! De zoekterm ‘stokmannetjes’ of ‘stickmen’ is voldoende om op internet een overvloed aan inspiratie op te doen.

Vooral in gesprekjes met leerlingen, ter instructie, begeleiding en correctie, kun je met stokmannetjes snel en gevarieerd visualiseren hoe je gedrag van een kind wil verhelderen en beïnvloeden. Het kind is nagenoeg altijd in staat om zelf mee te tekenen, gewoon vanwege de grafische eenvoud van stokmannetjes. In no time heb je een ingewikkelde situatie of een gebeurtenis met een paar stokmannetjes uitgebeeld en kun je het gesprek op gang brengen, verduidelijken wat het kind of de begeleider bedoelt of sturende adviezen geven.

Je kunt aan de stokmannetjes teksten koppelen, die in een gebeurtenis naar voren kwamen of aangegeven worden door de gespreksdeelnemers. Dit kan met tekstballonnen of anderszins, het gaat er om dat taal meer betekenisvol wordt gemaakt en communicaties (wie zegt wat, hoe is er gereageerd) vastgelegd worden. Van der Most geeft legio voorbeelden op dit vlak.

Omdat het speels, grappig dus ontspannend is, is het tekenen van stokmannetjes inzetbaar bij elke leerling of volwassene. Maar bij kinderen/volwassenen met een taalontwikkelingsstoornis of een andere communicatieve beperking is het veelal noodzaak om te tekenen tijdens het spreken (Van der Most, de Rijdt). Om gecompliceerde sociale gebeurtenissen (b.v. een incident op de speelplaats) te structureren en te verhelderen, wordt taal beter opgepikt, verwerkt, begrepen en onthouden met uitbeelding van dergelijke simpele menstekeningen. Bij communicatieve problemen werkt een tekening ondersteunend voor het moeizame verwoorden, zodat het kind of een volwassene zich beter kan uiten en iets zodanig kan vertellen, dat het begrijpbaar overkomt. Ook verwerking en expressie van sociaal- emotionele gevoelens zijn met tekeningen te faciliteren. Woorden schieten dikwijls te kort of het is gewoon te moeilijk om emoties en gedachten alleen met woorden te uiten.

Vooral kinderen met bemoeilijkte taalexpressie hebben enorm baat bij een eenvoudige menstekening. Tekenen bij TOS (taalontwikkelingstoornis) hanteert eenvoudige pion- en stokmannetjes, die in allerlei situaties gepositioneerd kunnen worden (Van der Most). Juist omdat mondelinge taal zo onzichtbaar en ongrijpbaar is en meteen verleden tijd zodra iets uitgesproken is, kan een tekening cruciaal en noodzakelijk zijn. De tekening ondersteunt en stimuleert de gesproken of geschreven taal, het is niet de bedoeling dat de taal vervangen wordt.

Complexe sociale situaties, zoals een ruzie op de speelplaats kan met stokmannetjes vlot even uitgetekend worden: hoe is het zover gekomen, wie staat waar, wat voelde je, wie deed wat, waar loopt het uit de hand, hoe staat het er voor tijdens de nabespreking.

Ter verduidelijking of correctie van de situatie kunnen de stokmannetjes zodanig getekend worden, dat ze bepaald aangepast of wenselijk gedrag uitbeelden. Welke houding b.v. neem je aan bij een meningsverschil, bij boosheid of angst en bij het goedmaken met een ander. Welke acties kun je ondernemen om een conflict op te lossen: er op los slaan en boos blijven of ga je toenadering zoeken, luisteren naar de ander, informatie opdoen en nieuwe spelvormen kiezen. Wat is je plan, hoe ga je het een volgende keer aanpakken, wat leer je er van.

Bron: dreamstime.com

Bron: de bolder.com

‘Gesprekstekeningen bieden orde en structuur. De visualisatie van het gesprek biedt een kernachtige weergave van soms complexe zaken’ (De Vreede, website). Er ontstaat ‘rust en ontspanning’, omdat gedachten losgelaten kunnen worden, als ze eenmaal op papier staan. Omdat door dit soort menstekeningetjes, gecombineerd met tekst, complexe gebeurtenissen helder uitgebeeld kunnen worden, zien kinderen bevestiging van wat ze bedoelen en krijgen ze het gevoel dat ze ‘gehoord en serieus genomen’ worden. Er ontstaat ‘hoop en structuur’ en er wordt veelal een snelle oplossing van het probleem met deze simpele werkwijze bewerkstelligd (De Vreede website).

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 4000+ artikelen.