Wees welkom op het Onderwijsfestival 2025!

Hoe meet je doelen als zelfregulatie en motivatie?

Geplaatst op 9 april 2020

Gepersonaliseerd leren bij Kunskapsskolan: hoe meet je motivatie en zelfregulering?

Steeds meer scholen in Nederland werken met gepersonaliseerd onderwijs. Een van de meest invloedrijke concepten op dit gebied is afkomstig uit Zweden: Kunskapsskolan Education (KED). Dertig Nederlandse scholen voor voortgezet onderwijs geven inmiddels invulling aan dit model. Centraal staat de gedachte dat leerlingen in verschillend tempo en op verschillende manieren leren. Door leerlingen eigenaar te maken van hun leerproces en hen intensief te begeleiden, beoogt Kunskapsskolan de motivatie en zelfregulering van leerlingen te versterken. Maar hoe meet je of dat ook echt gebeurt?

Wat is Kunskapsskolan?

Kunskapsskolan (letterlijk: de ‘kennisschool’) is een onderwijsvorm waarin maatwerk en persoonlijke leerdoelen centraal staan. Leerlingen stellen, met ondersteuning van een coach, hun eigen doelen vast en kiezen bijpassende leerstrategieën. Ze houden hun voortgang bij in een persoonlijk logboek. Naast vaklessen zijn er leerlinggestuurde workshops waarin ruimte is voor individuele en gezamenlijke opdrachten. De twaalf zogeheten ‘bouwstenen’ van het concept geven structuur aan het onderwijs: persoonlijke coaching, leerdoelen, strategieontwikkeling, samenwerking en reflectie zijn daarin leidend. Het doel is om leerlingen beter voor te bereiden op een toekomst waarin een leven lang leren centraal staat.

Verwachte effecten: motivatie en zelfregulering

Hoewel er nog weinig specifiek onderzoek is gedaan naar de effectiviteit van Kunskapsskolan in Nederland, bieden motivatietheorieën en leertheoretische inzichten wel een sterke onderbouwing voor de aanname dat dit type onderwijs motivatie en zelfregulering kan versterken.

Volgens de zelfdeterminatietheorie van Ryan en Deci (2000) worden leerlingen gemotiveerd als hun basisbehoeften aan autonomie, competentie en verbondenheid worden vervuld. Het Kunskapsskolan-concept sluit hier nauw bij aan:

  • Autonomie: Leerlingen stellen eigen doelen en kiezen strategieën.
  • Competentie: Door coaching en een opbouwend curriculum ervaren zij groei.
  • Verbondenheid: Er is aandacht voor groepsvorming en een sterke band met de coach.

Daarnaast stimuleren gepersonaliseerde leertrajecten het vermogen tot zelfregulatie. Leerlingen leren niet alleen plannen en organiseren, maar ook reflecteren op hun leerproces en hierop bijsturen. Dit zijn sleutelcompetenties in het hedendaags en toekomstig onderwijs.

Wat wil de school meten?

De aanvragende school is recent gestart met de implementatie van Kunskapsskolan en wil nu nagaan of deze aanpak daadwerkelijk bijdraagt aan motivatie en zelfregulerend leren. De school is specifiek op zoek naar meetinstrumenten die inzicht geven in:

  • het stellen van persoonlijke leerdoelen;
  • planning en organisatievaardigheden;
  • reflectie op uitvoering;
  • het benutten van feedback;
  • motivatie (intrinsiek, competentie, autonomie, verbondenheid).

Een belangrijk aandachtspunt hierbij is de beschikbaarheid van valide, Nederlandstalige meetinstrumenten die geschikt zijn voor leerlingen in het voortgezet onderwijs.

Beschikbare meetinstrumenten

1. Intrinsic Motivation Inventory (IMI)

De IMI is ontwikkeld door Ryan en Deci en meet drie relevante aspecten van motivatie: intrinsieke motivatie, ervaren competentie en autonomie. Er bestaat een verkorte Nederlandstalige versie met 24 vragen. Deze lijst kan worden uitgebreid met acht Engelstalige items over ‘sociale verbondenheid’ van de oorspronkelijke IMI.

  • Pluspunt: wetenschappelijk onderbouwd, relatief kort.
  • Let op: vereist kennis van psychometrie om betrouwbaar te scoren en interpreteren.


                      

2. MSLQ – Metacognitive Strategies for Learning Questionnaire

De MSLQ (Pintrich & De Groot, 1990) is een veelgebruikte vragenlijst voor motivatie en leerstrategieën. De lijst bevat 15 subschalen: zes voor motivatie (zoals intrinsieke/extrinsieke doeloriëntatie en zelfeffectiviteit) en negen voor leerstrategieën (zoals planning, monitoring, reflectie en tijdbeheer). De items kunnen per schaal afzonderlijk worden ingezet.

  • Pluspunt: brede dekking van zelfregulatie en motivatie.
  • Let op: het instrument is alleen beschikbaar in het Engels en vrij lang (81 items).

3. SRL-SRS – Self-Regulation of Learning Self-Report Scale

De SRL-SRS (Toering et al., 2012) bestaat uit vijftig vragen die zes aspecten van zelfregulering meten: plannen, zelfmonitoring, evaluatie, reflectie, inspanning en self-efficacy. De lijst is oorspronkelijk ontwikkeld in de context van sport, maar ook geschikt bevonden voor het onderwijs.

  • Pluspunt: gericht op verschillende fases van zelfregulatie.
  • Let op: geen Nederlandstalige versie beschikbaar.

4. iSelf – Webtool van TNO

De iSelf is een interactief, digitaal meetinstrument ontwikkeld door TNO. Leerlingen geven met digitale ‘kaartjes’ aan in hoeverre stellingen bij hen passen. De vragenlijst meet vijf zelfregulatiecompetenties (zoals leerstrategieën en reflectie) én twee motivatiecomponenten (motivatie en zelfvertrouwen). Ook bevraagt het instrument in hoeverre leerlingen de leeromgeving als ondersteunend ervaren.

  • Pluspunt: visueel aantrekkelijk, geschikt voor praktijkgebruik.
  • Let op: het instrument moet worden ingekocht bij TNO en kan niet zelfstandig door de school worden aangepast.

Meer informatie: Theunissen & Stubbé (2014), TNO.


 

Keuze en toepassing van meetinstrumenten

Voor een verantwoorde inzet van meetinstrumenten is het belangrijk dat de school beschikt over expertise in dataverzameling en analyse. Let bij het gebruik op:

  • afwisseling tussen positief en negatief geformuleerde items;
  • het gescheiden scoren van subschalen;
  • afstemming van het instrument op de gekozen doelen van de school;
  • communicatie van resultaten naar leerlingen, ouders en personeel.

Bij voorkeur kiest de school één of twee instrumenten die het beste passen bij de gekozen doelen (bijvoorbeeld motivatie én leerstrategieën). Daarmee wordt voorkomen dat leerlingen worden overbelast met te veel vragenlijsten.

Conclusie

De Kunskapsskolan-aanpak sluit goed aan bij actuele inzichten over motivatie en zelfregulering. Vanuit theoretisch perspectief zijn er sterke aanwijzingen dat deze onderwijsaanpak leerlingen meer autonomie en eigenaarschap geeft. Voor het meten van de effecten zijn verschillende (deels Nederlandstalige) instrumenten beschikbaar. De school kan kiezen uit zelf af te nemen vragenlijsten zoals de IMI en MSLQ, of kiezen voor een extern afgenomen tool zoals de iSelf van TNO. Cruciaal bij elk meettraject is dat de school goed nadenkt over welke aspecten ze wil meten, hoe de resultaten worden gebruikt en wat de vervolgstappen zijn richting onderwijsverbetering.

Geraadpleegde bronnen

  • Duncan & McKeachie, 2005; Duncan, T. G., & McKeachie, W. J. (2005) The Making of the Motivated Strategies for Learning Questionnaire, Educational Psychologist, 40:2, 117-128. http://dx.doi.org/10.1207/s15326985ep4002_6
  • Eiken, O. (2011). The Kunskapsskolan (‘the knowledge school’): a personalised approach to education. OECD. https://www.oecd.org/edu/innovation-education/centreforeffectivelearningenvironmentscele/47211890.pdf
  • Heemskerk, I., Meijer, J., Eck, E. van, Volman, M. & Karssen, M. m.m.v. Els Kuiper (2011) EXPO II. Experimenteren met ict in het PO, tweede tranche. Onderzoeksrapportage. Amsterdam: Kohnstamm Instituut/POWL, UvA. http://downloads.kennisnet.nl/algemeen/Totaal_EXPO_II_eindrapportage_definitief.pdf
  • Ledoux, G., Meijer, J., Veen, I. van der, & Breetvelt, I. (2013). Meetinstrumenten voor sociale competenties, metacognitie en advanced skills. Een inventarisatie. Amsterdam: Kohnstamm Instituut. (Rapport 900). http://www.kohnstamminstituut.uva.nl/rapporten/pdf/ki900.pdf
  • Pintrich, P.R., & Smith, D.A.F. (1993). Reliability and predictive validity of the motivated strategies for learning questionnaire (MSLQ). Educational & Psychological Measurement, 53(3), 801-814.
  • Pintrich, P.R., & Groot, E.V. de (1990). Motivational and self-regulated learning components of classroom academic performance. Journal of educational psychologie, 82(1), 33-40.
  • Ryan, R. M., & Deci, E. L. (2000). Self-determination theory and the facilitation of intrinsic motivation, social development, and well-being. American Psychologist, 55(1), 68-78.
  • Theunissen, N., & Stubbé, H. (2014). iSELF: The development of an internet-tool for self-evaluation and learner feedback. The Electronic Journal of e-Learning, 12(4), 299-325.
  • Toering, T., Elferink-Gemser, M. T., Jonker, L., Van Heuvelen, M.J.G. & Visscher, C. (2012). Measuring self-regulation in a learning context: reliability and validity of the self-regulation of learning self-report scale (SRL-SRS). International Journal of sport and exercise psycology, vol. 10, iss. 1.   Measuring self-regulation in a learning context: Reliability and validity of the Self-Regulation of Learning Self-Report Scale (SRL-SRS)
  • Vansteenkiste, M., Sierens, E., Soenens, B. & Lens, W. (2007). Willen, moeten en structuur in de klas: over het stimuleren van een optimaal leerproces. Begeleid zelfstandig leren 16, p. 37-58. http://www.vfo.be/docs/vfostudiedag2007_vansteenkiste_BZL2007.pdf
  • Verschaffel, L. & Vermunt, J. (1998). Het leren van leerlingen (Onderwijskundig lexicon, editie III). Alphen aan den Rijn: Samsom.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 4000+ artikelen.